31

90 2 1
                                    


Met de kruik onder mijn arm loop ik naar de hal. Of beter gezegd: hinkel ik naar de hal. 

Precies op het moment dat ik de trap oploop gaat eindelijk de deurbel.

Dat heeft lang geduurd. Ik vind overwerken persoonlijk meer een uurtje langer op je werken blijven. Niet pas om 9 uur thuis komen. 

Met nog steeds een chagerijnig gezicht open ik de deur. 'Nou mam welkom in je eigen huis.'

Het blijft stil. Geïriteerd duw ik de deur verder open. De wind blaast mijn haar naar achter. 'Als je buiten wilt blijven staan hoef je niet op de deurbel te drukken hoor.' 

'Goedenavond.' Klinkt het uit Levi's welgevormde mond. 

Mijn mond valt open en ik laat de kruik pardoes uit mijn handen vallen. 'Levi?' 

In de verbaasde stilte die volgt doe ik mijn best te verwerken wat ik zie. 'Ik bedoel Levi? Waarom ben je hier. Ik bedoel.' 

Hij legt een vinger op mijn lippen en trekt de deur achter ons dicht. 

'Ik heb ijs mee.' In zijn linkerhand heeft hij een tas die hij nu trots omhoog houd. 

In zijn pikzwartte ogen branden pret lichtjes. 

Heel voorzichtig loop ik naar voren. Maar blijkbaar ben ik te langzaam. 

Levi laat de tas uit zijn handen vallen en kust me op mijn mond. Elke keer weer verbaas ik me erover hoe zacht zijn lippen zijn. 

Zonder goed na te denken pak ik zijn hand en trek hem mee de trap op. 

'Dat daar is de keuken en de woonkamer.' Ik wijs vaag richting de enige deur in de hal. 

Hij knijpt even in mijn hand en duwt me dan omhoog. 'Jij wacht boven en ik kom zo naar je toe.'

'Wat?' Begin ik. Maar hij is alweer beneden. 

Met plotselinge haast ren ik naar de spiegel in de badkamer. Ik zie er precies even lelijk uit als ik had verwacht. 

De pyjama die ik aan heb is van mijn moeder en mijn haar zit in een rommelige knot. En dan niet het soort messy bun wat je altijd in films ziet. 

Het ziet eruit alsof ik net uit bed kom. Wat overginds ook de harde waarheid is. 

Snel trek ik het oude elastiekje uit mijn haar. Het word er niet beter op. Intussen hoor ik Levi de trap opkomen. 

Met de snelheid van het licht sprint ik weer naar de hal. Mijn wangen zijn roze van verbazing en vloeken bij mijn donker rood bruine haar. 

Als Levi de trap opkomt smelt ik ter plekke. Hij heeft zijn jas uitgedaan en houd een dienblad vast met schaaltjes ijs. In het ijs zijn kleine saté prikkertjes geprikt met gouden sterretjes erop. 

'Ik wilde je toch een paar sterren komen brengen.' 

Ik weet niet wat ik moet zeggen. Mijn lach zegt denk ik voldoende. Levi reageert met een enorme grijns. 

'Ja joh, voel je thuis.' Zeg ik uiteindelijk in een poging mijn ongeloof te verbergen en ik wijs naar het dienblad. 

Hij lacht stilletjes. 'Ik vond het eerlijk gezegd super goed van mezelf bedacht.'

We kijken elkaar breed grijnzend aan. 'Is het niet erg cliché?' 

Hij schud zijn hoofd. 'Welke jongen komt nou door de weeks midden in de nacht ijs met sterretjes brengen?' 

Ik kan hem onmogelijk ongelijk geven. 'Hier geef maar.' En ik pak het dienblad van hem aan. 

Ik laat mijn blik vol bewondering en geluk over zijn gezicht glijden en heb niet door dat hij precies op dezelfde manier naar mij kijkt, als ik naar hem. 

The love you giveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu