11

124 2 0
                                    


Het is kwart over 3. Isabel is al weg. We hebben het laatste uur vrij.

Ik sta te dralen bij mijn kluisje. De portemonnee zit in mijn broekzak.

Ik heb geen plan of idee. Het enige wat ik weet is dat hij die portemonnee moet hebben.

Met zenuwen die mijn keel bijna dichtknijpen loop ik naar de uitgang, het laatste uur is zo afgelopen.

Daar moet ik wachten, wachten tot ik hem zie.

De minuten kruipen traag voorbij. Als de deuren van de lokalen openslaan en gelach en geklets de hal vult sta ik bijna te trillen op mijn benen.

De portemonnee zit nu in het plastic zakje. Samen met het rode boek. Ik heb het uit en het voelt goed het aan hem terug te geven.

Ik hoor de luide stemmen van de jongens voordat ik ze zie. Levi loopt achteraan.

Zijn ogen staan bezorgd. En hij bijt nadenkend op zijn lip.

'Ik heb het!' Wil ik roepen. 'Maak je niet druk!' Maar mijn tong lijkt vastgeplakt aan mijn gehemelte.

Als zijn ogen mij vinden vertraagd hij zijn pas. Hij doet zijn handen in zijn zakken en loopt naar me toe.

Het gebons van mijn hart overstemd alle geluiden. Een paar leerlingen kijken ons aan.

'Hé.' Zijn warme stem doet me opschrikken.

'Hé', stamel ik uiteindelijk. Ik wijs naar het tasje en strek mijn arm.

'Je portemonnee.' Ik probeer een lopende zin te formuleren. 'Je had je portemonnee laten liggen.'

Zijn ogen lichten op en ik zie hoe opluchting zijn lichaam overspoelt.

'Thanks. Ik wist niet dat je hier op school zat?'

Hoe zou hij dat moeten weten? We hebben niet eens een woord gewisseld.

Maar ik knik. 'Ik ook niet.'

Er glijd een vluchtig lachje over zijn lippen.

'Echt dankjewel. Ik ben me helemaal suf geschrokken.'

Het klonk gek om het woord 'suf' uit zijn mond te horen.

Ik gebaar met mijn nu lege handen naar buiten. 'Alsjeblieft Levi.'

Zijn ene wenkbrauw schiet omhoog. 'Hoe weet je mijn naam?'

Ik weet niets uit te brengen en speel met een sliertje van mijn cowboy jasje. 'Van het boek.'

Zijn lach word langzaam breder. 'Oja!'

De leerlingen om ons heen kijken verbaasd van mij naar Levi. Ik voel gewoon hoe er een verse roddel op hun lippen ligt.

'Mag ik jou naam dan ook weten?' Hij lijkt niet van plan te zijn een einde aan het gesprek te maken.

Ik loop langzaam en nonchalant naar buiten, hij volgt.

'Misschien.'

Hij denkt even na en trekt dan het boek tevoorschijn. Het blaadje met de namen valt er onmiddellijk uit.

Hij pakt het en kijkt er aandachtig naar. 'Katy?'

Ik schud lachend mijn hoofd.

'Marie? Elisabeth?'

Ik rol met mijn ogen en haal mijn fiets van het slot.

'Aha! Julie.' Hij spreekt mijn naam voorzichtig uit. Alsof het breekbaar is.

Ik knik en blijf aarzelend naast mijn fiets staan.

'Wacht!' Hij rent de andere kant op en komt terug met een piepende oude fiets.

De kinderen om ons heen stoppen gewoonweg met hun bezigheden staren ons aan.

Ik ben me ineens enorm bewust van mijn rokje met gele bloemetjes en mijn ronde bril.

Hij lijkt niet door te hebben hoe Yarah, de bitch van de school, een jaloerse en wraakzuchtige blik op mij werpt.

Plotseling wil ik hier zo snel mogelijk weg. Ik spring op mijn fiets en dring me een weg door de menigte die zich verzamelt heeft.

Natuurlijk komt Levi me achterna, zijn piepende fiets verraad hem.

Ik draai me geïrriteerd om. 'Je snapt het niet he?'

Ineens ben ik er klaar mee, de sliertjes van mijn bruin met rode cowboy jasje waaien heen en weer.

'Je maakt me belachelijk.' Ik trap hard door.

'Hoezo?'

Mijn smalende lach word mee gevoerd op de wind. 'Een populaire gast, die praat met een onzichtbare boekenfreak.'

Hij blijft even stil. 'Ik hou ook van lezen.'

Ik sluit mijn ogen. 'Ja maar toch is er wel een verschil tussen ons he?'

Zonder mijn hand uit te steken sla ik links af. 'Doei Levi.'

Zodra hij uit zicht is begin ik langzamer te trappen. Ik kom langs het groenten winkeltje van de vader van die oude vriendin.

Ik kan mezelf wel op mijn kop slaan. Waarom doe ik altijd zo dom? Hij doet hartstikke aardig en ik verpest het weer. Met mijn domme kop.

Ik slaak een zo gefrustreerde grom dat twee spelende meisjes op de stoep verbaasd op kijken.

Als mijn huis in zicht is probeer ik weer tot rust te komen.

Helaas. Het lukt niet.

The love you giveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu