15 || Het spijt me

392 9 8
                                    

Ik ben nu al ongeveer een uur aan het rijden, niet per se ergens heen, maar gewoon bijna alleen maar rechtdoor. Volgensmij ben ik nu in de buurt van Zandvoort en ik besluit hier maar even te stoppen. Ik parkeer mijn auto in een vak en ik heb uitzicht richting de zee. Niet dat ik nu zoveel kan zien in het donker, maar het is toch wel een beetje rustgevend.

Ik kan nog steeds niet geloven dat Matthy dat echt tegen me heeft gezegd. Ik weet ook niet of ik het hem überhaupt ooit nog kan vergeven. 

Mijn telefoon ontploft ook al de hele tijd sinds ik weg ben, maar ik heb nog niet de neiging gehad om er daadwerkelijk op te kijken. Toch besluit ik maar even te kijken wat er allemaal binnen is gekomen en ik draai mijn telefoon om.

Alle jongens hebben me meerdere keren gebeld en ook iedereen heeft me meerdere appjes gestuurd. Ik lees ze één voor één en begin met die van Rob. 

Loen kom alsjeblieft terug

Gaat alles goed?

Laat alsjeblieft iets weten

En zo gaat het maar door. Koen, Raoul en Milo hebben ook soortgelijke appjes gestuurd, alleen die van Matthy heb ik nog niet geopend. Met trillende handen klik ik de chat van mij en Matthy aan.

Loen het spijt me zo erg, ik meende het echt niet

Kom alsje alsjeblieft terug

Ik ben echt niet boos op je en ik had het nooit moeten zeggen, het spijt me

Je betekent echt veel voor me, kom alsjeblieft naar huis Loen

Ik blijf staren naar de woorden op mijn telefoonscherm en mijn blik blijft hangen op zijn laatste appje. Wat zou hij daarmee bedoelen? Voor mijn gevoel beteken ik echt bijna niks voor hem, aangezien hij zich altijd zo vaag gedraagt en nu dit weer. 

Ik zucht diep, wat moet ik hier nou mee? Mijn hoofd valt achterover tegen de hoofdsteun van de auto en ik laat mijn telefoon op mijn schoot vallen. Voor een paar minuten staar ik maar gewoon voor me uit, genietend van de rust om me heen, dan voel ik mijn telefoon weer trillen. 

Ik draai hem weer om en zie Matthy's naam verschijnen, ik twijfel of ik zou opnemen of niet. Ik heb eigenlijk niet heel veel zin om met hem te praten, maar misschien is het wel goed om iets te laten weten. 

Ik besluit het gesprek weg te klikken en maar gewoon een appje naar hem te sturen.

Ben oké

Gelijk nadat ik op verzenden heb geklikt zie ik dat Matthy online komt. Hij begint meteen met typen, ik ben benieuwd wat hij gaat sturen, dus ik blijf nog even online.

Luna kom alsjeblieft terug, we maken ons allemaal echt heel veel zorgen, ik wil je echt niet kwijt

Het spijt me

Ik slik even. Het lijkt er wel op alsof hij er echt heel veel spijt van heeft en ook alsof hij echt wat om me... geeft? Ik denk dat ik zometeen maar wel weer terug ga rijden, want heel de avond in de auto blijven zitten lijkt me nou ook niet zo'n groot succes. 

Ik kom deze nacht nog wel naar huis, blijven jullie maar niet wachten, spreek jullie morgen wel.

Ik verzend het appje naar Matthy en wacht nog even voordat ik weer ga rijden. Ik leg mijn telefoon weer weg en luister naar de muziek die zachtjes afspeelt. Ik hoop dat de jongens als ik straks thuis ben daadwerkelijk zijn gaan slapen, want op dit moment heb ik niet heel veel zin om ook maar één van hun te zien. 

Na nog een halfuur in de auto te hebben gezeten besluit ik dat het maar tijd is om weer terug naar huis te rijden. Ook al heb ik niet super veel zin, ik begin toch aardig moe te worden en het is ook niet heel warm in de auto. 

Ik draai de sleutel om en zet mijn auto in z'n achteruit. Voordat ik wegrijd stel ik nog snel even de navigatie in, aangezien ik geen flauw idee meer heb hoe ik terug moet rijden. Ik zet de muziek wat harder en begin mijn reis weer naar huis. 


Na weer ongeveer een uurtje rijden, rij ik mijn auto de oprit op. Ik haal de sleutel uit de auto en sluit mijn ogen en adem nog even een keer diep in. Het huis ziet er donker uit, dus ik gok dat de jongens allemaal gewoon zijn gaan slapen. 

Ik stap de auto uit en loop naar de voordeur. Stilletjes haal ik de deur van het slot en langzaam open ik de deur. Ik hoor en zie niemand, dus ik doe snel mijn schoenen uit en loop door naar de keuken. 

Wanneer ik de keuken inloop zie ik in het donker een figuur op de bank zitten.

'H-Hallo?' fluitster ik terwijl ik het licht aanklik

Matthy's hoofd schiet omhoog en met rode ogen kijkt hij me aan.

'Loen...' 

Heel even blijft hij me aanstaren, maar al snel staat hij op en met grote passen komt hij mijn kant opgelopen. 

Voordat ik ook maar iets kan zeggen sluit hij me al in zijn armen en hij knuffelt me stevig. 

'Het spijt me zo erg' 

Ik kan mijn tranen niet meer inhouden en ik begin te huilen. Ik voel hoe Matthy's grip nog meer verstevigt en ik nestel mijn hoofd in zijn borstkas. 

Na een tijdje laat ik hem los en kijk hem recht in zijn ogen aan. Hij heeft nog steeds een beetje zijn armen om me heen en kijkt me met betraande ogen terug aan.

'W-waarom, waarom zou je zoiets z-zeggen?' zeg ik met een schokkende stem. 

Matthy reageert niet, dus ik verbreek ons oogcontact en laat mijn hoofd naar beneden zakken. Veel tijd om naar de vloer te kijken heb ik echter niet. Met zijn vinger brengt hij mijn kin weer omhoog en zijn duim rust nu op mijn lippen.

'Ik meende het niet Loen, het kwam er oprecht perongeluk uit. Niemand verdient een meisje zoals jij, je bent echt te perfect voor deze wereld. Liam moest is weten wat ie mist.'

Een klein lachje vormt zich door zijn woorden op mijn gezicht.

'Kijk, dat is de Luna die ik wil zien'

Matthy trekt me weer in een knuffel en zo blijven we een paar minuten staan. Ik hoop echt dat hij alles meent wat hij heeft gezegd. 

Na een tijdje laten we elkaar weer los en weer kijken we elkaar even aan.

'Ik ga denk wel slapen Mat, deze avond is best wel vermoeiend geweest' zeg ik terwijl ik een gaap niet kan onderdrukken. 

'Is goed Loen, ik loop wel even met je mee'

Matthy doet het licht uit en samen lopen we de trap op. Voor mijn kamerdeur blijven we staan en een beetje ongemakkelijk kijk ik hem aan. Gelukkig niet voor lang, want al snel trekt hij me weer in een knuffel.

'Slaaplekker kleine' fluistert hij.

Meteen trek ik me weer terug uit onze knuffel en boos kijk ik hem aan. 

'Ik ben niet klein, Matthyas' sis ik terug. 

Nu is het zijn beurt om boos terug te kijken, maar lang houden we het niet vol. Al snel verschijnt er bij ons allebei weer een glimlach op ons gezicht. 

'Slaaplekker'

Ik duw de deur van mijn slaapkamer open en loop mijn kamer in. Voordat ik de deur weer dichtdoe kijk ik nog even achterom en met een klein lachje kijkt hij me aan. Ik plof in bed en echt binnen no time val ik in slaap. 

Unexpected love || BankzittersWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu