Nadat we in Aneasa aangekomen zijn lopen we gelijk door naar het paleis.
Het paleis is gemaakt van een zilverachtig steen en is overal in de stad te zien.
We lopen door kleine straatjes langs allemaal houten huisjes.
Alle elfen in deze stad lijken op elkaar, alleen aan de kleding kan ik ze kan elkaar onderscheiden.
De wandeling is best lang naar het kasteel, maar dat maakt me weinig uit. Als we eenmaal voor de poort staan van het kasteel zijn er twee wachters die ons de weg versperren.
Het zijn twee mannen (weer elfen natuurlijk) en ze hebben een donkerblauw uniform aan met op hun borst een logo van een pijl en boog.
Jarno geeft een brief aan een van de wachters. Hij leest het erg snel en geeft hem daarna terug.
'Kom binnen' zegt hij met een zangerige stem die helemaal niet lijkt te passen bij zijn stevige lichaamsbouw.
We lopen naar binnen. Ik wou eerst vragen wat er in die brief stond, maar ik vergeet mijn vraag al snel als we eenmaal binnen zijn.
Het is er werkelijkwaar prachtig.
Wow
Het is er adembenemend licht in de gang waar we binnenkomen. Het plafond is van licht hout net als de vloer en op de vloer loopt een rood tapijt naar de wenteltrappen en naar de deuren aan het einde van de gang.
Aan het plafond hangen zilveren kroonluchters en aan de muren hangen grote schilderijen die allerlei taferelen laten zien.
'Welkom' hoor ik een vrouw zeggen met weer zo'n zangerige stem.
Is dat bij alle elfen zo? Het irriteert me mateloos.
Ik kijk omhoog naar de wenteltrap waar het geluid vandaan komt en zie een slanke vrouw staan met hetzelfde witblonde haar als Jarno.
Ze heeft een smal gezicht, grijze ogen en een witte jurk aan. Op haar hoofd heeft ze een zilveren tiara in de vorm van bladeren.
Jarno en Anna buigen lichtjes en ik weet niet zo goed wat ik moet doen, maar de vrouw glimlacht alleen maar bij het zien van mij en het schijnt haar niet te deren dat ik niet buig.
'En wie hebben jullie voor mij meegebracht?' vraagt ze.
Jarno antwoord: 'dit is Laura, wij weten bijna zeker dat dit het meisje is waar u om vroeg, majesteit.'
Aha... Het is dus de koningin, was te verwachten
'Hallo Laura,' zegt de koningin en ze loopt sierlijk de trap af en ze stopt recht voor mij.
'Welkom in Aneasa, stad van de elfen.
Ik hoop dat jullie een goede reis hebben gehad?'
'Ja, majesteit,' antwoord Anna.
'Mooi,' zegt de koningin breed glimlachend.
'Annabel en Jarno, jullie kunnen gaan.
Jullie zijn hierbij ook uitgenodigd om vanavond met mij en Laura te komen dineren.'
Anna en Jarno mompelden allebei een bedankje en liepen toen de wenteltrap op.
'Kom Laura, ik zal je je kamer laten zien.' zegt ze en ze loopt naar de wenteltrap waar ze vandaan kwam.
We lopen door een heleboel gangen met aan beide kanten deuren.
'Hier slapen al onze wachters en bedienden.' zegt de koningin.
'Annabel en Jarno dus ook, zij behoren onder de wachters.'
Ik knik alleen maar en probeer alle informatie te onthouden.
Uiteindelijk lopen we een andere gang in, die er veel gezelliger uitziet dan de vorige gangen.
Er staan grote banken en tafeltjes en er zitten ook een paar elfen te lezen en te schrijven. Ze kijken op als we langskomen en knikken als begroeting.
'Hier slapen de officeren, de tovenaars en heksen, onze gasten en andere belangrijke mensen.' zegt ze.
Tovenaars? Heksen?
Ik moest nog echt heel veel leren...
JE LEEST
de stad van Elfen I
FantasiLaura wordt op een ochtend vastgeketend wakker en ze weet niet meer wie ze precies is, alleen dat ze Laura heet en dat ze ontvoerd is. Ze weet te ontsnappen en ontmoet twee elfen die haar naar de stad van Elfen brengen. Daar probeert ze erachter te...