Hoofdstuk 1

2.1K 62 4
                                    




Ik zucht en stap uit mijn warme bed. Vandaag begint weer een nieuwe week school en ik voel me belabberd. Ik vraag me af waarom ik al die problemen moet hebben, in plaats van iemand anders. Begrijp me niet verkeerd, maar al heel mijn leven word ik gepest om de domste redenen. 'Oh, wat ben je dik.' en 'Jij luistert naar die homo van een Justin Bieber? Loser.' Ja, dat hoor ik sinds de basisschool en ik word er knettergek van. Het maakt me ziek, depressief en mijn thuissituatie werkt ook niet mee. Ik heb nog nooit een vriendin gehad en eerlijk gezegd weet ik niet eens wat dat inhoudt, maar ik ben het wel gewend. De laatste aantal jaren is het gepest alleen maar erger geworden vanwege het feit dat ik een 'Belieber' ben, iets wat niet klopt. Ik luister naar Justin Bieber zijn muziek en hij is knap, maar ik kan mijzelf geen Belieber noemen. Wel een fan natuurlijk, maar verder dan dat ga ik niet. Ik loop naar mijn armzalige kast toe en pak daar een afgetrapte broek en een zwarte trui en trek het aan.  Nadat ik mijn haar heb gekamd en mijn tanden heb gepoetst, pak ik al mijn school spullen bij elkaar en doe ze in mijn tas. Ik loop langzaam naar beneden, maar wanneer ik zie dat het bijna acht uur is, versnel ik toch maar mijn pas. Ik wil niet te laat op school komen, want dat zou betekenen dat iedereen mij aankijkt. En ik wil zo onzichtbaar mogelijk blijven. Ik loop de woonkamer binnen, pak een appel en doe hem in mijn tas. Ik zeg mijn moeder zachtjes gedag  en zoals ik verwachtte reageert ze niet. Ik schud de zelfmedelijden van me af en voel me volkomen leeg. Iets wat ik heb aangeleerd door de jaren heen en ik kan je zeggen dat het verdomd goed van pas komt. Mijn moeder heeft altijd aandacht voor mijn zusjes, maar nooit voor mij. Bij die gedachten voel ik de tranen al weer opkomen, maar ik blink ze weg. Ik ga niet huilen. Huilen is voor mensen die zwak zijn en ik ben niet zwak. Ook al zegt iedereen dat. Ik stap op mijn kapotte fiets en rij met tegenzin naar school toe.

Aangekomen bij school zie ik mensen allemaal lachen. Ik buig mijn hoofd en kijk naar de vloer terwijl ik naar het klaslokaal loop. Aangekomen bij wiskunde, zit ik – zoals gewoonlijk – helemaal achterin en alleen. Je zou denken dat ik juist vooraan zit, maar bij ons op school is de regel anders. Stoere mensen zitten vooraan met al hun 'vrienden' en de losers mogen achterin zitten. De rede daarachter is omdat de losers dan niks kunnen horen van wat de docent verteld, en dat klopt. Vooraan wordt gelachen, gepraat en noem maar op, maar achterin is het stil. Waarschijnlijk omdat ik de enige loser ben in mijn klas. Fucking hell. Als de les al een tijdje bezig is, en ik geen idee heb van waar we zijn, komt ineens de directeur met een onbekende jongen binnen. Ik kijk eventjes voor een paar seconden en zie dat de jongen knap is dus schenk ik er geen aandacht aan. Ik weet toch wel dat ziet hij mij ook niet staan zoals alle anderen  en hij zal binnenkort ook wel mee pesten. Ik staar naar de letters op het bord, ongeïnteresseerd, maar toch lijkt het alsof al mijn aandacht daarheen gaat. 'Dames en heren, dit is Justin.' Ik kijk 'Justin' weer eventjes aan en schrijf dan toch maar weer verder. 'Ga maar naast Nevaeh zitten, want er is verder geen plek meer.' Door de klas heen hoor ik gelach en zelfs mopperende meiden die geen kans krijgen bij Justin, omdat hij naast mij moet zitten. Like I care.. Ik schrik op uit gedachten en merk dat ik hij naast me gaat zitten, maar ik besteed er geen aandacht aan. 'Mijn naam is Justin.' Zijn enthousiasme is niet te missen en een klein glimlachje verschijnt op mijn gezicht, maar al snel verstop ik die. Voor een paar secondes bestudeer ik Justin en mijn ogen worden groot als ik realiseer dat de Justin Bieber naast mij zit. 'Holy shit, ben jij Justin Bieber?' stotter ik terwijl mijn gezicht zo rood wordt als een tomaat. Eerst grinnikt hij, maar geeft dan uiteindelijk toch antwoord door te knikken. 'Maar hou dit nog maar even geheim, want ik wil niet dat mensen mij gelijk gaan herkennen.' Ik glimlach zwakjes en knik. 'Maar daar komen ze toch zo achter? Je hebt net al je eigen naam genoemd en je bent niet bepaald verandert.' Fluister ik zachtjes. Justin knikt en bijt op zijn lip.
'Dat weet ik, maar mijn naam wordt zo vaak gebruikt. En zoals je het kan zien is mijn haar geverfd en heb ik lenzen in. Wat was je naam ook al weer?' Een steek gaat door mij heen. Mijn naam is serieus net een kwartier geleden verteld en hij is het nu alweer vergeten. Dit bewijst maar weer dat ik niet belangrijk genoeg ben voor deze wereld. En waarom doet het dan nog zo'n pijn, ook al ben ik er gewend aan? Met veel moeite glimlach ik en geef uiteindelijk toch antwoord. 

'Mijn naam is Nevaeh.' Eindelijk is er iets goeds gebeurd in mijn 'leven', maar toch voel ik me zo klote. Hij wist mijn naam niet meer na een kwartier. Ik weet dat ik nooit belangrijk ben geweest, maar om dan het dan toch echt te merken, doet verschrikkelijk veel pijn. Je zou het niet verwachten, maar toch ben ik blij. Blij dat Justin Bieber op mijn school zit voor een of andere reden. Maar ik ben ook teleurgesteld, boos, jaloers, geïrriteerd. Alle emoties gaan door mijn hele lichaam en het voelt alsof ik ga ontploffen.
'Kom je mee?' vraagt Justin. Ik schrik uit gedachten en knik langzaam. Blijkbaar is de bel gegaan, wat betekent dat het tijd is voor pauze. Ik heb er geen behoefte aan en pak zo sloom mogelijk mijn tas in. Altijd als het pauze is word ik uitgelachen omdat ik alleen zit en geen vrienden heb. Na een aantal minuten heb ik dan toch mijn tas helemaal klaar en loop langzaam naar de kantine toe. Ik haat pauzes. En nee, ik overdrijf niet. Begrijp me niet verkeerd, want ik houd ervan om alleen te zijn. Maar op school maakt alleen zijn alles erger. Je hoort nergens bij, want je bent in je eentje. Met groepsprojecten moet je bij een groepje dat jou niet mag en andersom en dan doe jij al het werk of juist helemaal niks. Je kan je mening nooit geven, want het maakt niet uit wat je zegt, alles is verkeerd. Ik zucht en ga aan een lege tafel zitten.
'Mag ik bij jou komen zitten?' Ik kijk op en zie Justin met zijn hand door zijn haar gaan terwijl hij mij wanhopig aankijkt. Het duurt eventjes voordat ik antwoord geef, want er heeft nog nooit iemand aan mij gevraagd of diegene bij mij mocht zitten. 'Ja.' Is het enige wat ik zeg en doe mijn oortjes in mijn oren. Ik merk dat Justin naast me komt zitten en ik kijk hem eventjes aan en zie hem glimlachen 'Ik herken jou ergens van.' Zegt Justin na lang mij onderzocht te hebben. Ik doe een oortje en kijk hem  verward aan. 'Wat vroeg je?'
  'Nee, laat maar.' Ik knik ongemakkelijk en doe mijn oortje weer in mijn oor. Even weg van de wereld, gewoon met je gedachten in de muziek kunnen zitten. Dat hielp mij altijd. Na een paar liedjes te hebben geluisterd komt Be Alright van Justin. Damn, hoe cliché. Ik wil dit liedje eigenlijk helemaal niet luisteren, maar weg klikken kan ik het ook niet. Bij dit liedje word ik altijd emotioneel. En ook dit keer komen er weer tranen. Ik kan er niks aan doen, maar de lyrics van het liedje is zo mooi en aanspreekbaar. Alsof Justin dit liedje schreef en dacht: 'Laat ik direct tegen mijn fans praten.'

'Wat is er?' vraagt Justin geschokt. Ik glimlach zwakjes en doe een oortje uit. '
Niks, dat boeit je toch niet.' Justin fronst en schud zijn hoofd. 'Luister, als het me niks zou boeien, dan vroeg ik er ook niet naar oké?' Ongemakkelijk kijk ik hem aan en knik langzaam. Wat is hij opdringerig.
Ik ga echt niet mijn muur afbouwen voor hem en mezelf openstellen aan hem. Hij mag dan wel een 'beroemdheid op undercover' zijn, maar wat als hij me gaat kwetsen? Hij heeft het al gedaan toen hij mij naam vergat binnen een kwartier. Niet dat hij er iets aan kan doen, want wie blijft mij nou herinneren? 
'Weet je wat we kunnen doen?' Ik haal mijn schouders op en kijk hem aan. 'We zouden nu weg kunnen gaan van school en naar mijn huis gaan om te chillen.' Ik grinnik sarcastisch. Als mijn moeder daar achter komt ben ik dood. En ik overdrijf niet.  'En school dan?' Vraag ik toch maar om niet onzeker over te komen. Grappig eigenlijk, want dat is iets wat iedereen zou zien als ze me aankijken. Nevaeh de onzekere trut van de school. Justin haalt zijn schouders op. 'Een keer spijbelen kan wel hoor.' Wantrouwend kijk ik hem aan en schudt mijn hoofd.
'Sorry, ik vind het een beetje raar. Dit is jouw eerste dag en je wilt nu al spijbelen?' Wantrouwen vult mijn stem en dat merkt Justin ook. Hij zucht en schudt zijn hoofd.
'Ik hoef in principe niet meer naar school toe, maar toch wilde ik het omdat ik het miste. En ik zie dat jij mijn gezelschap wel kan gebruiken. So why the hell not?' Ik denk er nog een keer over na en stem dan uiteindelijk toe. Ik hoop zo dat mijn moeder er niet achter komt, want ik wil morgen niet met blauwe plekken naar school toe. Of erger. Kippenvel verspreidt zich over mijn lichaam als ik er al aan denk. Snel gooi ik mijn rugzak over mijn schouders heen en loop Justin achterna naar zijn auto toe.
'Ik kan  de fiets ook wel pakken hoor.' Mompel ik zachtjes terwijl ik staar naar de oh zo interessante grond. De sarcasme. Justin begint keihard te lachen, waardoor ik van schrik mijn telefoon laat vallen. 'God.' Mompel ik en raap hem op. Er zit een scheurtje in en ik kan mezelf wel voor de kop slaan. Mijn moeder vermoord me.
'Absoluut niet.' Ik kijk Justin vragend aan.

Ik kijk Justin vragend aan.
'Ik woon hier veel te ver weg en het is dan onnozel om te gaan fietsen. Het is onzin als je nu alleen moet gaan fietsen. You are coming with me.' Ik glimlach zwakjes en stap dan toch in zijn auto. Onderweg naar Justins huis.

His girl [[Part one]]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu