'Here it is!' Justin staat enthousiast heen en weer te zwaaien met zijn armen. Ik kan mijn ogen niet geloven! Dit huis is zo groot. Mijn huis zou hier vier keer inpassen. 'Ik kan echt niet geloven dat jij in zo'n groot huis woont!' zeg ik met een glimlach. Dit keer is het een oprechte glimlach, een glimlach vol vreugde. Justin maakt me vrolijk en daar ben ik voor nu dankbaar om.
Zonder erbij na te denken pakt Justin pakt mijn pols ruw beet en trekt me mee naar binnen. Zonder het door te hebben kreun ik van de pijn en trek me van Justin los. Ik krijg een vragende blik, maar negeer het snel.
'Dus, met wie woon je hier allemaal?' Vraag ik voordat Justin vragen gaat stellen. Onopgemerkt kijk ik even naar mijn pols en voel hem steken. Ik bijt op mijn lip en probeer de tranen te verbergen.
'Is er iets?' Hij negeert mijn vraag, natuurlijk. Ik schud mijn hoofd van niet, maar mijn ogen spreken anders, want Justin gelooft me niet. Toch laat hij het met rust en haalt zijn schouders op. 'Oké.' Zo'n botte antwoord had ik niet verwacht en ik begin me schuldig te voelen. Ook al weet ik dat ik dat niet hoef, het zit in mijn natuur om mezelf schuldig te voelen. Dat deed ik vanaf dat ik klein was al. Ik denk dat het begon in 2009. Mijn zusje was net één jaar oud en ik was tien jaar. Ik wilde haar meenemen om te picknicken, maar ik mocht het niet. Mijn moeder was bang dat ik haar iets aan zou doen, maar ik luisterde niet naar haar en nam haar toch mee. Lang verhaal kort, ze brak haar been omdat ik niet goed oplette. Ik heb gemerkt dat het mijn schuld was, want ik heb twee weken met gekneusde ribben op mijn matras moeten liggen.'Nevaeh?' begint Justin als we samen op zijn bed zitten. Ik schrik op uit mijn eigen diepe gedachten en kijk hem vragend aan. 'Vertel nou maar is wat er aan de hand is.' Zuchtend haal ik mijn schouders op. Nu moet ik alles gaan bekennen tegen iemand die mij zo goed als niet kent. Iemand die wel betere dingen te doen heeft dan naar een zielig meisje luisteren. 'Nee.' zeg ik gespannen. Justin houdt mijn hand vast en knijpt even in. 'Ik zie toch dat er iets met je aan de hand is? Ik wil weten wat.' Ik zucht en knik langzaam.
Wat doet hij met me?
'Ik ben altijd al gepest. Vanwege de armoede van mijn moeder en omdat ik dik ben. Sinds dat ik op de middelbare school zit en ik ooit had verteld dat ik naar jou muziek luisterde, werd ik voor 'Hoerige Belieber' en al die onzin uitgescholden. Sindsdien pesten zij mij daarmee en verzinnen ze de ergste roddels , waardoor het lijkt alsof ik alles zelf uitlok.' Ik kijk Justin aan en ik probeer met al mijn kracht de tranen tegen te houden, maar ik faal. De eerste rollen al over mijn wang en ik kan er niks aan doen. Ik kan ze niet tegen houden.
Justin zucht en knikt langzaam.
'Heb je geen vriend of vriendin?' Ik begin keihard te lachen en dan realiseer ik me iets. Het liefst wil ik gillen van de daken! Wat is een vriend? Ja, ik weet wat het is. Maar ik heb het nog nooit in de praktijk gezien. Ik zou echt een slechte vriend zijn, omdat ik niet weet hoe het in elkaar zit.
'Nee, natuurlijk niet.' Mompelend speel ik met mijn haren, hopend dat dit gesprek zo snel mogelijk voorbij is. Ik haat het om zulke gesprekken te voeren, vooral met iemand die je eigenlijk helemaal niet kent.
'Dan is het maar goed, dat je vanaf nu een vriend hebt.' Ik kijk Justin ongelovig aan.
'Ik ben serieus. Iedereen verdient het om een vriend te hebben. Ook jij Nevaeh.' Ik glimlach terwijl er weer een traan over mijn wang rolt. Ik kijk naar de vloer en voel een warmte door mijn lichaam heen gaan.
Een vriend. Ik heb een vriend.
'Hoe laat is het eigenlijk?' Probeer ik van onderwerp te veranderen. Justin pakt zijn iPhone en kijkt hoe laat het is.
'Het is al vijf over vier.' Shit! Mijn moeder kan me nu thuis verwachten. Snel spring ik op en zeg Justin snel gedag.
'Oké, dankjewel dan ga ik alvast naar huis.' Zwakjes zwaai ik nog en ren naar buiten toe.--
Aangekomen thuis zie ik mijn moeder heel boos kijken. Ik bijt op mijn lip en bid tot God dat ze het vandaag rustig aandoet. Ik kan geen blauwe plekken verwelkomen. Maar ik weet dat bidden nutteloos is en dat geldt ook voor hopen. De Hel kan zo elk moment losbarsten.
'En waar was jij tijdens school?' vraagt mijn moeder met een dreigende blik als ik de woonkamer binnenloop.
'Sorry, maar boeit jou dat iets?' snauw ik geïrriteerd. Ik weet dat ik niet zo moet praten tegen haar, want het is en blijft mijn moeder. Maar zo voelt het niet. Ze voelt als een heks, als een duivel die mij kapot wilt maken.
'Ik accepteer die toon van jou niet!' schreeuwt mijn moeder en ik stap achteruit om naar mijn kamer toe te lopen. Helaas heeft mijn moeder dat door en trekt aan mijn haren waardoor ze alle macht over mij bezit. Ik gil het uit, maar ze luistert niet. Ze trekt me mee naar de keuken en duwt me op de grond.
'What the fuck!' gil ik van de pijn. 'Doe normaal!'
Mijn moeder lacht gemeen en het maakt me bang. Angstig, bang voor wat er komen gaat. 'Zeg maar waar je was.' Ik kijk haar boos aan en het liefst gil ik alles bij elkaar, maar als ik dat doe weet ik de consequenties.
'Ik was bij Justin nou goed?'
'Ja tuurlijk, jij denkt dat ik dat geloof?' Ik begin te lachen en haal mijn schouders op. Ondanks dat ik doodsbang ben voor haar, heb ik toch mijn moed niet opgegeven.
'Dan geloof je dat toch niet, zoek het uit. Ga maar lekker naar die rot kinderen van je.' Ik heb gelijk spijt wanneer ik dat heb gezegd, want ik krijg weer een klap in mijn gezicht. Dat wordt weer een blauwe plek en die kan ik niet goed bedekken met mijn restjes make up.
'Oprotten naar je kamer!' spuugt mijn moeder vol woede. 'Wegwezen, ik wil je niet meer zien!' Zo snel mogelijk sta ik op van de grond en alhoewel ik verschrikkelijk veel pijn heb, stamp ik op de trap en sla met de deur als ik op mijn kamer ben.
Zodra ik op mijn kamer ben beginnen de tranen vanzelf te rollen. Ik kan niet stoppen met huilen en eventjes voelt het alsof ik een paniekaanval krijg. Zwarte vlekken verschijnen voor mijn ogen en dat is duidelijk een teken dat ik even moet gaan zitten. Ik pak het bed stevig vast – tenminste wat je een bed kan noemen – en laat mezelf erop vallen. Ik wordt omarmt door een dun, maar toch comfortabele matras. De zwarte vlekken verdwijnen langzaam, maar de pijn rondom mijn oog blijft steken. Langzaam ga ik met mijn hand eroverheen, maar trek al snel weg wanneer de pijn ondragelijk wordt.
Is het gekneusd? Waarschijnlijk wel.
Kan ik daar iets aan veranderen? Absoluut niet.
Elke keer is het weer het hetzelfde liedje en ik vraag me af waarom uitgerekend zij mijn moeder moet zijn? En waar was mijn vader als je die nodig hebt? Juist ja, weg. Ik weet zijn naam niet eens en van mijn moeder krijg ik hem ook niet te weten. Alleen omdat ik het niet waard ben, en langzamerhand begin ik haar te geloven.
Ik ben het niet waard.
Ik ga rechtop zitten met een diepe zucht en pak mijn laptop. Ik start hem op en ga op Twitter. Iets wat ik altijd doe als ik me verveel of gewoon van gedachten wil veranderen. Heerlijk om even van je eigen problemen weg te kunnen lopen door online te gaan.
Ik ga naar mijn mentions en zie dat Justin mij heeft vermeld in een Tweet. 'I met this very special girl today. I wish she was happy about herself.' Twee verschillende emoties overspoelen me. Aan de ene kant ben ik echt blij dat ik Justin heb leren kennen. Maar toch vind ik het volkomen nutteloos als je me gaat vermelden in een tweet, en die tweet is niet een goede bedoeling. Misschien ook wel, maar niemand zet dat zomaar op Twitter. Tenzij je zo erg verslaafd ben aan Twitter, maar ik denk niet dat Justin dat is. Ik vind het trouwens ook echt niet leuk dat hij dat zomaar heeft getweet. Iedereen – letterlijk de hele wereld – leest dit. Iedereen zal mijn naam kennen en mijn emoties. Dat wil ik juist niet.
Laat mij maar lekker anti – sociaal zijn en geen problemen hebben van de buitenwereld. Dan ben ik blij genoeg. Niet blij, want ik weet dat ik altijd gepest zal blijven worden. Het maakt niet uit wat er gebeurt. Ik zal altijd het zielige, wanhopige meisje zijn. Niemand zal mij zien als zijn vriendin en ik zal niet getolereerd worden in de maatschappij. Dat is een feit, een feit die ik bloedserieus neem. Het blijkt maar weer dat niemand mij mag, als zelfs mijn eigen moeder me haat. Justin kan zoveel zeggen als dat hij zelf wilt, maar hij heeft zo makkelijk praten. Hij heeft geen gemene moeder en hij wordt gerespecteerd in de wereld. Ik ben het tegenovergestelde.Ik krijg nog een melding en nu zie ik dat Justin Bieber mij volgt op Twitter. Mijn hart slaat op hol en gelijk krijg ik honderden meldingen. Allemaal Beliebers. Sommige schelden me uit voor aandacht hoer, maar anderen zeggen mij te respecteren. Ik ga voor optie één, niemand die mij respecteert. Vooral niet als ze mij niet kennen. Als ik Justin wil terug volgen zie ik dat ik hem al volg. Natuurlijk volg ik hem al. Ik rol met mijn ogen en sluit mijn laptop af.
Op naar dromenland.
e

JE LEEST
His girl [[Part one]]
Hayran KurguTussen haat en liefde zit een dunne lijn. Het bevat gevoelige onderwerpen zoals zelfdoding.