Hoofdstuk 16

1.1K 36 5
                                    

Het is nu twee dagen geleden dat Justin vertrok naar Parijs. Ik kan niet wachten tot hij terugkomt om eerlijk te zijn. Ik heb hem gemist, ook al duurde het maar twee dagen. Soms weet je dat je nooit meer zonder iemand kan. En in dit geval is Justin dat voor mij. Met tegenzin stap ik uit bed. Vandaag moet ik weer naar school toe en ik ben er niet klaar voor. Ik moet nu zoveel confrontaties aan en ik ben daar voor mijn gevoel nog lang niet klaar voor. Ik pak mijn kleding uit de kast en trek het aan. Ik zucht. Ik heb echt geen zin om naar school te gaan. Dat betekent ook dat ik Ryan weer zie. Ik bijt mijn lip en als ik alles klaar heb, loop ik naar beneden toe. Ik kijk op de klok en zie dat ik nog maar vijf minuten over heb. Snel doe ik mijn schoenen aan en ik loop naar de woonkamer toe. Ik geef mijn moeder een glimlach en pak een appel uit de fruitschaal. 'Doei mama!' Roep ik nog snel voordat ik de deur uitga. Geen gehoor. Ik zucht en een negatief gevoel gaat door mijn lichaam heen. Wat nou als ze straks weer wordt zoals vroeger? Dat kan ik echt niet gebruiken, want hoe lang zou ik dat volhouden? Ik voel me net iets beter, maar als het weer wordt zoals vroeger, dan kan je alvast een kistje voor mij bestelen. Ik stap op de fiets en begin toch maar met fietsen. Het liefst zou ik mijzelf verstoppen in mijn bed, maar daar los ik niks mee op. Ik zet ondertussen het liedje 'Believe' van Justin op. Ik heb dat altijd een mooi nummer gevonden.

Aangekomen op school voel ik dat iedereen mij aankijkt. Misschien is het mijn angst, maar dit keer is het anders. Sommige meiden lachen als ze mij zien en een steek van verdriet gaat door mijn lichaam. Niet nog een keer! Ik wil mijn fiets parkeren als ik achter mij een groepje jongens aan hoor komen lopen. Ik doe snel mijn fiets op slot en haal diep adem. Kom op Nevaeh, je kan dit.
'Hey, hoer!' Hoor ik even van de jongens roepen. Onzeker en bang draai ik mij om. Het groepje lacht en schudden hun hoofden. Ik bijt mijn lip en laat mijn hoofd zakken. Ik weet dat ik het niet waard ben, maar om dat erin te wrijven. Waarom zijn mensen zo gemeen? Ik loop richting de ingang, maar ik val verover door een van de jongens. Ze lachen allemaal en kreunend van de pijn sta ik weer op. Mijn handen zijn geschaafd en doen veel pijn. Mijn knieën liggen open en ik zie twee grote gaten in mijn broek. Ik zucht. Ik haat dit. Ik kan ook nooit gelukkig zijn. Ik voel tranen opkomen, maar ik slik ze snel weg. Ik ga hier niet als een zielige trut huilen. Ik loop snel naar binnen toe en negeer alle fluisterende meiden als ik langs hun loop.

Ik loop richting wiskunde en ziet dat er alleen nog maar een plekje naast Vicky vrij is. Ik rol met mijn ogen en ga dan naast haar zitten. 'Hey.' zegt ze blij. Ik negeer haar en pak mijn wiskundeboek. 'Weet jij waarom iedereen me uitlacht?' Vraag ik dan maar. 'Je bent toch met Ryans broer van twintig vreemdgegaan?' Boos en verontwaardigd kijk ik naar Vicky? Dat is waarom iedereen over mij praat en ik uitscheld wordt voor hoer. Mijn woede neemt het over en voor ik het weet sta ik op. 'Ik heb niet met Ryans broer geslapen!' Schreeuw ik kwaad. De docent kijkt mij kwaad aan, maar ik kan er niks aan doen. Als ik boos word, ben ik ook echt kwaad. 'Nevaeh, ga je maar melden!' Roept de docent kwaad. Ik zucht en pak mijn spullen kwaad op. Ik kijk nog snel de klas in en zie Ryan lachen. Hij geniet hier echt van, die klootzak. Ik wil hem slaan, maar dat kan ik beter niet doen. Tranen rollen nu over mijn wangen en ik voel me zo klote. Ik bijt op mijn lip en ren de wc in. Oh, wat wilde ik dat Justin hier was. Hij weet precies hoe hij mij moet opvrolijken. Ik gooi mijn tas op de grond en vlucht in een hokje. Ik doe de deur op slot en begin te huilen. Alle tranen van vandaag stromen als een rivier naar beneden en ik heb mij nog nooit zo kut gevoeld. Waarom zou ik naar bed gaan met de broer van Ryan? Hij wilt mij gewoon terugpakken voor wat ik heb ''misdaan'' volgens hem. Waarom moet ik altijd degene zijn met pijn en verdriet? Verdien ik geen geluk? Ik bijt mijn lip en ik hoor iemand binnen komen. Ik probeer te stoppen met te huilen, maar het lukt niet. Ik blijf snikken en ik kan mijzelf wel slaan. 'Gaat alles goed daar?' Een bezorgde stem vult samen met mijn gesnik het geluid van het toilet. Ik reageer niet en ik hoor het geluid vervagen. 'Ben je er nog?' Vraagt de bezorgde stem weer naar een tijdje. Ik bijt mijn lip en ik weet niet wat ik moet doen. 'Wat wil je van mij?' Vraag ik dan toch maar. 'Ik wil je helpen.' Eerst twijfel ik, maar na een tijdje doe ik toch de deur voorzichtig open.
'Wie ben jij?' Vraag ik best wel onzeker als ik een knap meisje voor mij ziet staan. Ze glimlacht oprecht. 'Ik ben Alicia. Ik zit in de andere klas, maar ik heb veel over je gehoord.' Ik zucht en laat mijn hoofd zakken. 'Ja, maar dat is niet echt positief.' Mompel ik. Alicia begint te lachen en geeft mij een knuffel. Verbaasd kijk ik haar aan. 'Maak je niet druk. Ik weet wat voor jongen Ryan is, en ik heb precies hetzelfde meegemaakt.' Ik kijk haar vragend aan, maar zeg nog niks. 'Ik werd ook altijd gepest door Ryan en de meest verschrikkelijke leugens heeft hij verteld over mij.' Ik haal opgelucht adem. Ik ben niet meer de enige die dit meemaakt. Ik bedoel dit niet gemeen, maar misschien begrijpt zij mij. Ik hoef me misschien niet meer alleen te voelen.
'Oh.' is het enige wat ik kan zeggen. 'Maak je maar geen zorgen. Ik haat het als er gepest word. Ik ga je helpen.' Zegt Alicia glimlachend. Ik glimlach nu ook. 'Wil je dat echt?' Stamel ik onzeker. Wat als dit toch een zieke grap van Ryan blijkt te zijn? Ik kan niemand meer vertrouwen. Ze knikt. 'Nou, ik weet niet wat ik moet zeggen.' Zeg ik eerlijk. 'Dat maakt niet uit. Ik weet dat het moeilijk is om iemand te vertrouwen, maar het is mij ook gelukt.' Ik glimlach zwakjes. 'Dank je.'

'Hey! Ik heb een idee.' Zegt Alicia enthousiast na een dodelijke stilte. Ik kijk haar vragend aan. 'Waarom spijbelen we niet van school en gaan we leuke films kijken bij mij thuis?' Ik twijfel even. 'Is dat wel een goed plan? Ik moet overgaan dit jaar.' Alicia begint te lachen en schudt haar hoofd. 'Voor één keer maakt dat echt niet uit hoor!' Uiteindelijk stem ik dan toch toe. Ik kijk even snel in de spiegel en zie dat mijn make up helemaal uitgelopen is. Ik zucht en schud mijn hoofd. Lelijk blijf ik toch wel. Ik zet die gedachte van mij af en pak mijn telefoon. Drie gemiste oproepen van Justin. Ik frons en haal mijn schouders op. Als het echt noodzakelijk is, belt hij wel terug. 

His girl [[Part one]]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu