34

410 34 1
                                    

Omdat ik zo gek geworden was van mijn eigen gedachten weigerde ik mee te eten en sloot ik mezelf op in een lege kamer waar geen 1 strookje licht door scheen.
Zelfs mijn eigen moeder kreeg me er die avond nog niet uit. Ik probeerde een hele nacht om mijn gevoelens weer op stand te laten komen maar geen een van mijn ideeën leken te werken.
Chedar probeerde me zelfs te kalmeren maar ook dat leek hij niet te kunnen.

Ik probeerde alles op een logische rij te zetten maar geen 1 combinatie leek het goed te maken. Alles leek zo absurd.
Uiteindelijk vond ik mijn slaap in het hoekje van de kleine en pikdonkere kamer, en Vanaf daar starte mijn vreselijke nachtmerries.

De volgende ochtend stond Ahren weer aan de metalen deur. Hij klopte er irritant op en zeurde dat als ik nu niet naar buiten kwam ik misschien wel dood zou gaan door het weinige eten.
Maar het was Isabel die me er eindelijk uit kreeg.
Ik eindigde zo in de zetel voor een bord met pasta die er aantrekkelijker uitzag dan normaal.

Isabel en Ahren verlieten het privé terrein en kwamen pas laat rond 12 uur 'S nachts terug.
Ik had mee gewild naar de vergaderingen die de hoofden van de roedel voerden maar dat wilde Ahren niet, en ik had even gedacht dat hij dat expres deed om me bij mijn moeder alleen op te sluiten.

Dat was hem wel mislukt aangezien mijn moeder opgehaald werd door 1 van de bewakers.
Waarvoor wist ik niet. Maar ik bleef wel alleen achter in dit donkere hol. Wat niet fijn is als je bang bent van donkere ruimtes.
Uiteindelijk viel ik in slaap onder een stoffig deken, op een stoffige bank. Ik was zo moe dat ik wakker blijven niet eens probeerde.
En toen Ik wakker werd was het hele groepje weer aanwezig in deze helse ondergrondse stal.

'Luna, je zou wakker moeten worden, over enkele uren verlaten we de kelders en begeven we ons weer naar het Roedelhuis.' Werd me verteld toen ik mijn ogen eindelijk weer open kon trekken. Door dit nieuws was ik onmiddellijk aanwezig en wachtte ik geduldig tot de klok zijn wijzers bewoog.
Ik mocht eindelijk weg hier.

---

Mijn eerste reactie was volgens mij te goed geweest voor wat we aantroffen op de plaats waar ooit leven was.
Het was een zooi.
Bomen waren neergehaald en de ruiten in de huizen waren ingeslagen. De deuren hingen half uit de scharnieren en de meeste vazen en andere breekbare dingen lagen verspreid over het hele terrein. Iedereen was in shock, het was duidelijk niemand opgevallen dat het zo erg zou kunnen zijn. Ahren was de eerste die een duidelijke reactie achterliet, door boos te brullen en weg te lopen van de menigte. Kinderachtig.

Isabel daarentegen gaf volwassen aan dat iedereen moest startte met het wegruimen van de zooi.
Stapels werden zo opgebouwd tegen een boom waar al het vernielde op werd gegooid.
De nog hele dingen werden netjes en ver weg van de rotzooi over het veld verspreid.
Ik bleef staan waar ik eerder stond en keek toe hoe mensen door elkaar scharrelde en dingen schreeuwde zoals 'voorzichtig' en 'dat moet daar' of 'pas een beetje op'.
Het was een ware chaos, zo een waar niemand in wou zitten. En nu zat ik er zelf in.
Twee seconden lang bracht ik mijn hele leven samen op 1 lijn. En ik kwam erachter dat het Ahren zijn schuld was dat ik hier in beland was.
Maar ook mijn eigen schuld.

'Loentje meloentje. Zou je niet beter helpen?' Milo struikelde bijna over zijn eigen voeten en kwam toen voor me staan. Het verbaasde me hoe lang ik hem al niet gezien had. Maar hoe graag ik ook wilde antwoordde, ik zweeg. Want ik was er achter gekomen dat zwijgen beter was dan praten. Je zou nooit weten wat er uit je mond kon komen.
Ik was bang om mezelf te verraden door te vertellen dat ik net zoals die monsters was.
Want dit, had ik aangericht. En Ahren. En iedereen die van de hel kwam.
Milo staarde me vreemd aan. Maar ik was te bang om ook maar iets te zeggen. Dus ik weigerde hem aan te kijken en glipte langs hem weg.
Ik wist dat ik zwijgen kon.
Toen Isis er nog was en ik werd opgesloten in mijn eigen kamer had ik dagen lang geen woord gezegd.
Maar dit maal was het anders. Dit maal was het omdat ik bang was. En voor mijn eigen bestwil.
Ik mocht geen problemen veroorzaken. Helemaal niet zelfs.
Dus ik weigerde om nog tegen iemand buiten Ahren te praten. Ik moest mezelf eerst helemaal kunnen vertrouwen.
Dus daar begonnen de stille dagen, en hoe graag ik ook een woord uit wilde brengen. Ik hielt mijn mond.

Nieuw deel!!
Ik wil zo graag sorry zeggen omdat er al zo lang geen deel meer geweest is. Het spijt me vreselijk!
Maar goed. Er komen er nu zeker wel weer aan.. nu moet ik naar school dus ja! See ya!

Different wolf {the last 3} = voltooid ✔️Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu