De liftdeuren gaan open en ik ben op zijn verdieping. Sneller dan normaal loop ik naar zijn kamer en klop een keer aan. Gelijk zwaait de deur open en ik zie Joey staan. Zijn lange pony is naar achteren kamt zodat het lijkt alsof hij kort haar heeft. Hij draagt een witte hemd en natuurlijk een joggingsbroek. Vurig kijkt hij mij aan. Klaar voor fase 2.
'Roos, ging alles goed?' vraagt hij en raak mijn schouder aan. Ik knik en rij de kar verder naar binnen.
Ik gooi de bedrijfskleding op bed en maak de kar klaar. Ongelovig wat we nu gaan doen schut ik mijn hoofd.
'We zijn knettergek,' deel ik hem mee terwijl hij achter mij omkleed. Ik moet me inhouden om niet stiekem te kijken.
'Ja, dat zijn we,' was zijn reactie en hij komt naast me staan. Gekleed in de uniform van technische dienst.
'Denk je dat je moeder je telefoon kan tracken?' vraag ik wetende dat zijn moeder erg beschermend is.
'Daar zal ik niet van opkijken,' en legt zijn telefoon op zijn nachtkasje.
De kar is klaar gemaakt. Het witte laken ligt over de kar en er is genoeg plek voor Joey om zich eronder te verschuilen. 'Heb je het geld?' vraag ik zodat we straks de terug weg geen problemen zullen hebben.
Hij knikt maar klimt in onderop de kar. Ik pak ongeduldig het laken op zij zodat hij erin kan stappen, maar hij blijft mij aankijken en ik kan zijn blik niet plaatsen.
'Wat?' vraag ik geïrriteerd.
'Weet je zeker dat je dit wilt doen?' De vraag komt onzeker over.
'Ik weet het zeker, jij?' Hij beantwoord me door zijn kuiltjes te laten zien en pakt een klein tasje met kleding en ik denk geld van het bed. Opgevouwen ligt hij onderop de kar en ik laat het laken vallen.
'Daar gaan we dan,' zeg ik met een zucht, 'als we de lift uitgaan kun je eronderuit kruipen.'
'Oké, vanaf nu stil zijn,' zeg ik snel terwijl ik de deur van de kamer openmaak.
Ik hoor een zenuwachtig gegiechel uit de kar komen en loop naar de lift.
Het is nog steeds erg vroeg en de bedrijvigheid valt ontzettend mee. De lift deuren gaan onmiddellijk open toen ik op de knop drukte en ik loop de lift in.
'Nu?' vraagt Joey.
'Sst, wat had ik nu gezegd?' sis ik naar hem, 'stil.'
Er kwam geen antwoord, dus hij had mij begrepen. De spanning werd mij bijna te veel maar ik weet mezelf te herpakken.
De liftdeuren gaan open en ik zie niemand lopen. Ik rijd de kar naar de andere karren die op de vaste plek geparkeerd staan. Ik haal het laken er vanaf en reik een hand uit naar Joey. Zijn hand grijpt mijn pols en ik pak die van hem en trek hem omhoog.
'Klaar?' vraag ik en mijn hartslag zal nu wel ver boven de honderdtwintig slagen per minuut gaan.
'Klaar!' antwoordt hij mij en samen lopen we naar de personeelsdeur. Het is nog steeds rustig en we kwamen maar drie mensen tegen die ik nog nooit eerder had gezien. Ze waren blijkbaar niet onder de indruk van twee ''collega's'' die net iets te snel door de gang lopen.
Eenmaal buiten op de parkeerplaats kan ik nog steeds niet ontspannen. Ik kijk snel om mij heen terwijl ik naar de auto loop die ik terug breng naar Zwolle.
Mijn hart klopt in mijn keel wanneer ik Sander de parkeerplaats op zie rijden.
'Joey kofferbak!' roep ik en ik maak de kofferbak open en Joey springt er soepel in en sluit snel de deur.
Sander parkeert tien seconden later zijn auto naast de mijne.
'Aafke wat doe je hier zo vroeg?' vraagt hij met interesse. Shit, dit gaat helemaal verkeerd en ik kan niet nadenken.
Ik neem snel een teug lucht en kijk naar zijn gezicht. 'Ik heb iets laten liggen in mijn kluisje. Ik ga vandaag naar mijn ouders en ik moest het meenemen.'
Oké, die leugen ging best goed. Ik ben er beter in dan ik dacht.
'O, oké,' zeg Sander en lijkt een beetje verward en hij strijkt zijn haren glad naar achteren.
'Heb je nog iets van onze speciale gast gehoord?' was zijn vraag en ik voel mijn hoofd rood worden. Gelukkig had ik hiervoor wel een antwoord paraat.
'Hij wilde de hele dag niet gestoord worden en een filmmarathon houden en nieuwe muziek schrijven. Gisteren vertelde hij mij dat.'
Ik kijk in het gezicht van Sander en ik zie dat hij mij gelooft, maar ook mij argwanend opneemt.
'Ik ben echt even toe om naar huis te gaan,' probeer ik van onderwerp te veranderen. 'Vanavond ben ik er weer, mocht het nodig zijn kan ik maandag wel even naar de gast toe.' Bied ik aan hopend dat ik nog een dagje met hem mag doorbrengen. Zeg ja Sander, zeg dat je het een goed idee vindt.
'Ehm, ik weet het niet. Je hebt recht op een vrije dag,' hij kijkt naar zijn horloge en loopt achteruit naar de personeelsdeur, 'we hebben het er nog wel over oké?'
Ik knik en stap de auto in. Ik rijd de parkeerplaats af en rijd zeer langzaam Amsterdam uit. Wat een verkeer. Joey zit nog steeds in de kofferbak en ik heb het gevoel dat ik nu eindelijk weer lucht krijg. Langzaam voel ik mezelf ontspannen en kan ik mij klaar maken voor de leuke gezellige dag met Joey.
JE LEEST
Hotel de Botel
ChickLitAafke werkt sinds kort in een zeer lux hotel. Ze heeft het daar aardig naar haar zin. Op een dag vraagt haar leidinggevende of ze met iemand wilt praten tijdens werktijd. Dit blijkt de populaire beroemde zanger/acteur 'Joe' te zijn uit Amerika. Al s...