9 - Een band tussen mens en dier

31 3 0
                                    

Alesana had vaker vleermuizen gezien, maar niet bij daglicht en ook niet zulke grote. Hun lijven hadden de kleur van het maanlicht, hun hoektanden glansden als het lemmet van een dolk.

Ze stak de pijl die ze had vastgepakt terug in de koker die over haar schouder ging en hield vastberaden haar zwaard voor zich. Ze wist niet of de dieren haar zouden aanvallen, maar ze zagen er niet al te vredelievend uit en ze kwamen recht op haar af.

Zodra de eerste vleermuis binnen haar bereik was, zwaaide ze haar zwaard in het rond. Ze stapte naar achteren totdat ze een boom in haar rug voelde, die haar vanaf de achterzijde dekking kon geven. De raaf cirkelde om haar heen en pikte de vleermuizen met zijn lange snavel. Alesana was bang dat een van de vleermuizen hem zou bijten, maar ze kon niet de hele tijd op hem letten: ze had haar handen vol aan de dieren op haar afkwamen.

Drie lichaampjes vielen op de grond. Bloed bevuilde hun bleke vacht. Ze vormden geen partij tegen haar zwaard, maar ze waren met zoveel dat ze hen niet allemaal van zich kon afslaan. Tanden boorden zich in haar armen in benen en ze sloeg ze krijsend van zich af. Bloederige strepen die venijnig staken bleven achter op haar huid.

Ze dacht dat er geen einde aan de zwerm vleermuizen kwam, maar op een gegeven moment sloeg ze enkel nog in het luchtledige. Zeker dertig lichaampjes lagen op de grond. Bloed borrelde op uit de wonden die ze met haar zwaard had toegebracht. Sommige hadden donkere krassen rond hun ogen: dat moest het werk van de raaf zijn geweest.

Alesana speurde de omgeving af tot haar blik op haar gevederde metgezel viel. Hij zat in het gras en had een behoorlijke snede bij zijn vleugel. Ze hurkte voor hem neer en hoopte dat het niets ernstigs was, want ze moest er niet aan denken om hem te verliezen en helemaal alleen door te gaan.

'Ben je in orde?' Voorzichtig tilde ze de vogel op. Hij piepte zacht, waaruit ze opmaakte dat hij pijn leed. Ze beet op haar lip. Ze had geen idee wat ze kon doen om hem te helpen.

Alesana ging op zoek naar een beschutte plaats waar ze konden overnachten. Ze liep niet ver, want de wonden schrijnden en iedere stap was een marteling. Hoe moest ze zichzelf verzorgen? Ze had zekerheidshalve wel wat verband en gaas meegenomen, want een verwonding oplopen in de Moren had vanzelfsprekendheid geleken. Toch waren de wonden niet diep en de meeste waren inmiddels opgehouden met bloeden, waardoor ze haar zorgen met name voor de raaf bewaarde. Vliegen bleek hij gelukkig wel te kunnen, maar het waren kleine stukjes en hij liep een beetje mank als hij probeerde te lopen. Het was een moedig beestje. Het vulde haar hart met warmte, maar ook onbegrip dat een vogel dusdanig zijn nek uitstak voor een mens, een vreemdeling in dit land, dat hij het zijn dood had kunnen worden. Het leek te mooi om waar te zijn: een vertelling voor kleine kinderen vlak voor het slapengaan. Maar Alesana had nu ervaren waartoe een vriendschap tussen mens en dier toe kon leiden en ze kon het nog steeds niet helemaal bevatten.

Ze haalde een deken uit haar tas en wikkelde die om haar heen, waarna ze onder een boom met takken die tot de grond reikten in slaap probeerde te vallen. Ze verwachtte dat het moeilijk zou worden om in slaap te komen nadat ze zomaar was aangevallen door vreemde vleermuizen, maar het gevecht had haar volledig uitgeput en het duurde niet lang voordat haar ogen dichtvielen en haar ademhaling regelmatiger werd.

Hunters ✔ [Nederlandse versie]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu