Part 20

163 16 17
                                    

'Ik ben blij dat het al beter met je gaat,' zegt Will terwijl hij twee glazen met water vult. Ik sta tegen het witte, marmer keukenblad aangeleund en knik. 'Ik ook, het is gewoon kut dat ik me nooit meer veilig ga voelen,' mopper ik. Will schuift een van de twee glazen naar me toe en neemt een slok van zijn glas. 'Dat snap ik wel. Maar hé, je hebt mij toch?' Antwoordt hij terwijl hij naar zichzelf wijst. 'Ik wed dat die stalker van je hier niet tegenop kan.' Hij wijst naar zijn spierballen terwijl hij zijn armen opspant. Ik ben niet echt onder de indruk en realiseer me dan pas wat Will zonet zei. 'Stalker?' Vraag ik bang. 'Hoezo... Had ik een stal...?' Will zet vlug zijn glas op het aanrecht en bijt op zijn lip. 'Natuurlijk, dom van mij, je weet dat niet meer door je geheugenverlies!'

'Maar hoezo? Was er iemand die me lastigviel de laatste tijd?' Dring ik aan. Will neemt nog een grote slok water en knikt dan.

'Één of andere gast zat je lastig te vallen door berichtjes en telefoontjes.' Ik staar Will verbijsterd aan. 'Ik... Hoezo...'

Will raakt kort mijn schouder aan en wrijft er eens over. 'Je was doodsbang en hebt me alles verteld.'

'Wanneer was dat?' Vraag ik. Will haalt zijn schouders op. 'Ik geloof dat dat enkele dagen voor het ongeluk was.' Ik neem nu ook een slok water.

'Die gast is blijkbaar echt tot alles in staat,' merkt Will droogjes op. Ik geef hem een stomp. 'Was,' verbeter ik hem. 'Hij kan me nu niets meer doen want ik... ik...'

'Ja?' Vraagt Will grijnzend. Hij vindt de situatie kennelijk heel erg amusant, wat ik trouwens totaal niet begrijp. 'Volgens mij denkt hij dat ik dood ben,' antwoord ik dan eerlijk. Will fronst zijn voorhoofd. 'Waarom denk je dat?' Ik haal mijn schouders op. 'Volgens de dokter heb ik geluk gehad. Het had best gedaan kunnen zijn met mij, snap je?'

Will knikt begrijpend. Dan raakt hij mijn arm aan en kijkt hij recht in mijn ogen. 'Geloof me, Elle, met mij erbij kan die gast je niets doen.' Ik glimlach flauwtjes. 'Hoe weet je dat zo zeker? Ik... Je bent toch niet altijd bij mij?'

Er ontstaat een grijns op zijn gezicht. 'Dat klinkt als een enorm goed excuus om terug meer af te spreken zoals vroeger,' antwoordt hij lachend. Ik geef hem een por. 'Sukkel,' mompel ik gniffelend. 'Nee maar even serieus, Elle, ik zal je wel beschermen.' Er ontstaat een grote grijns op mijn gezicht.

'Dank je wel, Will.'
Hij kijkt me glimlachend aan en knikt. 'Geen dank.'

~~~

'Je voeten stinken, doe je schoenen alsjeblieft terug aan,' klaag ik terwijl ik mijn neus met twee vingers dichtknijp tegen de vreselijke geur. Will rolt met zijn ogen. We zitten allebei in de zetel met wat chips en Will kwam plots met het geweldig idee om zijn schoenen uit te trekken. Niet dus. Zelfs de enorme zweetgeur in de lo-kleedkamers op school valt niet te vergelijken met deze stank. 'Doe gewoon je fucking schoenen aan,' dring ik aan. Uiteindelijk luistert hij wel want hij trekt zijn sneakers terug aan. Plotseling krijg ik in een waas een flashback.

Ik lig op de grond en houd mijn kaken geklemd op elkaar om het niet uit te schreeuwen van de pijn. Ik voel een pijnscheut in mijn borstkas opkomen en zie dan een donkerfiguur van me wegwandelen.

'Elle, de film is gedaan.' Ik voel een hand zachtjes mijn arm raken. Ik schrik op uit mijn gedachte en kijk Will vragend aan. 'Gaat het wel met je?' Vraagt die bezorgd. Nu pas merk ik dat ik aan het beven ben. Mijn handen, mijn benen, letterlijk heel mijn lichaam beeft.

'Ik ga wat drinken voor je halen, dan zal het wel beter met je gaan,' stelt Will snel voor terwijl hij zich naar de keuken haast. Nu merk ik ook dat mijn hoofd weer hevig bonst. Ik sluit mijn ogen even en houd mijn hoofd tussen mijn handen geklemd.

'Gaat het, Elle?' Ik kijk terug op en zie Will met een glas water in zijn handen voor me staan. Ik neem dankbaar het glas aan en neem een grote slok water. 'Het gaat wel weer,' lieg ik. 'Zeker weten? Je ziet er nogal bleek uit.' Ik antwoord niet en sta voorzichtig recht. 'Ik ga even naar het toilet,' mompel ik in de plaats. Will knikt begrijpend. 'Roep als er iets is, hè!'

~~~

'Jammer dat je al weggaat.' Will kijkt me met een beteuterd gezicht aan en trekt een pruillipje. Ik geef hem gniffelend een stomp. 'Ik heb gewoon hoofdpijn, dus ik wil wat rusten,' leg ik uit. 'Ja, dat begrijp ik wel hoor.'

Wanneer ik mama's rode wagen op de oprit zie rijden neem ik afscheid van Will. 'Ik zie je maandag wel op school!'

'Ik vond het gezellig, zoals vroeger,' vertelt Will me terwijl ik mijn jas aantrek. Ik schraap mijn keel. 'Ik vond het ook gezellig.' Will glimlacht en geeft me nog een schouderklopje. 'Ik hoop dat je je gauw beter voelt! Laat me zeker iets weten hè!' Ik knik en wuif hem gedag. Dan strompel ik naar buiten.

Wanneer ik de autodeur met een ruk open, kijkt mama me met een vermoeide uitdrukking op haar gezicht aan. 'Hoi lieverd, gaat het met je?' Ik ga zitten en trek het autoportier weer dicht.

'Nee, ik heb echt barstende koppijn,' mopper ik terwijl ik mijn handen voor mijn ogen houd tegen het felle licht die de avondzon uitstraalt. 'Kruip maar snel in je bed,' stelt mama voor. Ik knik. 'Dat was ik al van plan.'

De rest van de rit blijven we allebei stil. Er valt niets meer te zeggen.

My story is yoursWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu