Proloog

129 8 1
                                    

Koning Smarago keek uit het raam naar buiten. De vroege herfstzon scheen naar binnen, om een koele warmte op het gezicht van de koning te laten schijnen. Hij dacht na over zijn kinderen, Silferina, Goldur en Tigerai. Tigerai is ondertussen al een volwassen man van 21, met een vriendin die nu vol hoop op het wacht tot hij terug komt uit Faralla. Silferina en Goldur zijn allebei nog zestien, maar Smarago zag dat ze groeiden. Zelfs Silferina, die hij dertien jaar niet gezien had en pas terugkwam toen ze vijftien was, was veranderd. Ze werd langzaamaan een jonge vrouw met een gouden hart en een koppig en nieuwsgierig karakter. Haar vriend Tony mag van geluk spreken met zo'n lieve, eigenwijze en enthousiaste vriendin. Goldur heeft hij zijn hele leven zien groeien, vallen en opstaan. Silferina's ontvoering was voor hem het zwaarst geweest, wel vijf jaar lang. Daarna leek hij het van zich af te hebben geschud, maar Smarago wist dat hij tot haar terugkomst niet zo goed wist wat hij ermee moest. En zelfs daarna was het nog wel een lastig, omdat de brug van dertien jaar moeilijk te overbruggen is. Koning Smarago glimlachte zacht. Gelukkig is ze terug en gaat het qua omgang ook steeds makkelijker, hoewel ze haar grijze jagersopleiding wil blijven volgen in Araluen. "Goedemorgen schat, jij bent al vroeg op." Smarago draaide zich om en zag zijn vrouw Saffina daar staan, met een vermoeide glimlach op haar gezicht. Hij wist dat ze elke nacht niet kon slapen, omdat ze zich zorgen maakte over haar kinderen en de toekomst. Gisteren hadden de berichten dat er een opstandige bende overal in het land onrust veroorzaakte en de macht zelf willen overnemen. Smarago had een paar van zijn troepen eropaf gestuurd, maar die kwamen met lege handen weer terug. "Ja, ik keek even uit het raam." Saffina kijkt haar man aan. Ze wist dondersgoed wat hij daar deed. Wachten op een bericht van Tigerai, die hij hen sturen zou als ze weer in het land zouden zijn. Zijn normaal zo vrolijke blauwe ogen waren nu dof en triest, omdat er nog steeds geen bericht van Tigerai was. Zijzelf maakte zich ook altijd zorgen, maar was vooral bezig die arme Diana te troosten. Dat arme kind is bang dat Tigerai niet meer terug komt en ze voor altijd in rouw zal blijven, dat ze hem nooit meer kan omhelzen... Smarago zuchtte en nam zijn vrouw in zijn armen. Haar bruine haar was verward omdat ze net op was gestaan, haar groene ogen oogden triest en vermoeid en haar schouders hingen naar beneden, alsof alle energie eruit was verdwenen. Zijn ogen tuurden naar de horizon, op zoek naar iets dat het bericht van Tigerai bezorgen zal. Een duif, een boodschapper, een boer, een soldaat... Het maakte niet veel uit waar het bericht vandaan kwam, als het maar kwam. "Over ongeveer een week worden Goldur en Silferina zeventien." merkte Saffina op. Smarago fronsde zijn wenkbrauwen. "Echt?" Saffina glimlachte. "Het is niet erg dat je het vergeten was hoor. Je hebt het al druk genoeg." Er viel een lange stilte, die enkel verbroken werd door een jong meisje dat naar binnen gluurde. "Goedemorgen Ruby." zei de koningin, die zich om had gedraaid toen ze de deur open hoorde gaan. Ruby werd knalrood. "G-goedemorgen mevrouw. I-ik wist niet-" "Het geeft niks hoor. Ga je gang maar, ik en Smarago gaan wel even ergens anders heen." onderbrak Saffina het meisje, waarna ze aan de arm van haar man trok. "Kom je schat?" "Hm?" Smarago keek versuft op, alsof hij net uit zijn gedachten werd gerukt, wat ook zo was. Zijn vrouw glimlachte naar hem. "Kom, laat Ruby haar werk maar even doen." Smarago liet zich door zijn vrouw meeslepen, het verontschuldigende gemompel en gestamel van Ruby wegwuivend. Als ze weg zijn laat Ruby zich tegen de muur aan zakken. Uit haar zak haalt ze een duif, die luid roekoe-end weg probeerde te fladderen. Ruby deed een perkament in de koker om zijn poot, liep naar het raam en liet de duif vrij. Ze staarde de duif na, terwijl die nog steeds luid roekoe-end wegvloog. Toen hij uit het zicht was draaide ze zich om en liep ze weg, om haar taak als kamermeisje weer te volbrengen.

Een dag later hoorde Ruby haar naam toen de post werd uitgedeeld. Met een verlegen glimlach nam ze de brief aan en liep ermee naar haar kamer. Daar deed ze de deur op slot en wachtte tot ze niemand meer hoorde. Toen het helemaal stil was opende ze trillend de brief. De envelop liet ze op de grond vallen. Voor Ruby- stond er in een sierlijk handschrift. Zelf ging Ruby op haar bed zitten, met de brief in haar handen.
Ik hoop dat het goed met je gaat. Hier in Delia gaat het goed.
Je broer doet je de groeten.
De boeren zijn geïnformeerd over de zaak.
Het is goed dat jij ze vertelde dat ze geen stront moesten gebruiken voor op het land, daar gaat alles van rotten.
Stuur alsjeblieft je antwoord op de volgende vraag terug: is water of melk beter om de planten te drinken te geven?
Groetjes,
Mam
Ruby grijnst. Ze pakte een perkament en begon moeizaam haar antwoord te formuleren.
Hoi mam,
Ik ben blij dat alles goed gaat in Delia.
Hier in Emara is ook alles goed, op de kille herfstwind na.
Ze zeggen dat hij uit de bergen komt, vanuit Faralla.
Het maakt het hier in ieder geval guur.
Mijn antwoord op je vraag is zeer simpel, gebruik water.
Dat is beter voor de planten.
Groetjes,
Ruby
Ruby deed er een envelop omheen en ging weer op weg naar de duivenkast, om haar antwoord op te sturen.

Diana speelde met de ring om de ketting die Tigerai haar gegeven had. Zelf zwoer hij hem nooit af te doen, en er elke dag even naar te kijken. Ze zuchtte. Er ging geen dag voorbij zonder dat ze aan hem dacht, smeekte dat hij veilig terug kwam en alles goed zou zijn. Saffina probeerde haar zo goed en kwaad als het kon te helpen, maar zelf zat ze natuurlijk ook diep in de put omdat haar zoon nog steeds niks van zich heeft laten horen. Diana stond op, liep naar haar bureau en begon weer te schrijven in het kleine boekje dat ze voor Tigerai bijhield. "Dan kan je me straks laten lezen wat er allemaal gebeurt is, en vergeet je niks." Zelf wilde hij het niet riskeren zo'n boekje bij te houden, voor het geval dat. Maar hij had Goldur, Auron en Silferina om hem aan te vullen over de gebeurtenissen in Faralla. Ze doopte haar pen in de inkt en begon te schrijven.
Vandaag kwam Ruby mijn kamer schoonmaken. Ik had haar eerder op het paleis gezien, maar nog nooit echt met haar gepraat. "Vind je het leuk, om een kamermeisje te zijn?" vroeg ik haar. Ruby antwoordde niet meteen. "Jawel..." Ik hoorde de 'maar' in haar stem. "Maar ik wilde liever soldaat worden, leren vechten enzo. Daar droomde ik al vanaf mijn jeugd van." Ze deed me denken aan Silferina, want die is ook een soort van soldaat. Je vertelde me ooit dat ze dat als kind al wilde, en daarom ook een opleiding kreeg. Misschien kunnen we zoiets ook voor Ruby regelen, als je weer terug bent. Ze heeft ravenzwart haar, bruine ogen, sproeten en is niet heel groot. Ze lijkt me ook best jong, niet ouder dan vijftien. Er gebeurde niet veel bijzonders op het paleis, alleen dat Robin het voor elkaar heeft gekregen de paarden op hol te laten slaan. Die arme jongen is zo onhandig als weet-ik-wat, maar hij baarde me ook zorgen. Ik weet het niet zeker, maar volgens mij had hij niks te zoeken bij de paarden vandaag. Hij zou in de keukens helpen, en die zijn helemaal aan de andere kant van het paleis. Zelf beweerde hij dat iemand hem een briefje had gestuurd om daar te zijn, met een duif. Geloof jij dat? Dat iemand met een duif nota bene hem het bericht verzendt dat hij bij de stallen moet zijn? Ik weet het niet. Misschien kunnen we dat even bespreken als je terug bent, als Robin er dan nog is...

De Grijze Jaagster, deel 4, VerraadWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu