Hoofdstuk achtentwintig.

447 14 5
                                    


'Lauren, pas op!' Kaj leunt gelijk over me heen en grijpt met een hand het stuur. De andere hand vindt zijn weg naar mijn schouders en hij trekt aan het stuur. 'Dit ding stuurt zwaar!' Roep ik waarna ik het karretje weer tot stilstand zet door te remmen. 'Dit is echt niet grappig.' Kaj heeft zijn arm nog steeds rond mijn schouders liggen en knijpt er zachtjes in. 'Jij bent echt een vrouw.' Lacht hij. Meteen kijk ik hem verward aan. 'Vrouwen kunnen niet rijden.' Kaj steekt zijn tong naar me uit en meteen kijk ik hem verbluft aan. Een raar geluid verlaat mijn mond terwijl ik zijn arm van me afschud. 'Wil je deze opdracht alleen doen? Ik stap nu het karretje uit en loop terug naar het huisje hoor.' Kaj begint te lachen. 'Dat is helemaal aan de andere kant van het park.' Grinnikt hij. 'Dat kan me niet schelen.' Zeg ik nors. 'Sorry lieverd, het spijt me. Ik moet niet zo gemeen zijn schatje, sorry.' Kaj legt zijn arm weer om mijn schouder heen en trekt me nu dicht tegen hem aan terwijl hij een lange kus op mijn wang drukt. 'Nu weer goed?' Ik zucht en lach zachtjes. 'Vooruit.' Ik haal mijn voet van de rem af en zet deze weer op het gas, waarna ik weer begin te rijden. 'Ik blijf je voor de veiligheid van ons beide wel even helpen.' Zegt Kaj dan en hij houdt een van zijn handen op het stuur.
'Ik haat je.' Zucht ik. 'Dat doe je niet, je houdt van me.' Grijnst hij. 'Nee, ik haat je.' Kaj kijkt me uitdagend aan als ik een snelle blik opzij werp. 'Nee, je houd van me.' Hij drukt een kus net onder mijn oor en ik zucht. 'Blaadje.' Mompel ik. 'Nee, je houdt...' Ik onderbreek Kaj in zijn zin door een van mijn handen van het stuur te tillen en die op zijn hand te leggen terwijl ik het stuur een stukje draai en dan weer het karretje tot stilstand breng. 'Ik zei blaadje. Loser.' Kaj grijnst en springt uit het karretje. Hij rent naar de boom en pakt het volgende blaadje waar onze eerste letters op staan. Zodra hij terug in het karretje is kijkt hij me aan. 'Je houdt toch wel van me hé?' Hij kijkt me serieus aan. Ik voel mezelf benauwd worden en heb het idee dat ik nu zo rood ben als een tomaat. Voorzichtig knik ik, maar het is voor Kaj al genoeg want hij lacht en drukt een kus op mijn slaap. 'Kom, rijden.'

Ik rijd met het karretje richting het huisje en een gil verlaat mijn mond als ik over het gras ga. 'Lauren! Remmen!' Roept Kaj hard en hij grijpt me helemaal vast. Ik druk zo snel ik kan op de rem en met een klap komt het golfkarretje tot stilstand. 'Sorry?' Kaj lacht alleen maar en ik zucht diep. 'Echt, sorry.' Ik hoor hoe Kaj nu nog harder lacht en ik geef hem een por tegen zijn schouder. 'Ik meen het.' Kaj kijkt me aan en trekt een wenkbrauw op. 'Oh ja?' Meteen knik ik. Ik buig me naar voren en druk een kus op zijn lippen. 'Oh, ja. Je meent het.' Stoot Kaj uit, en hij laat zichzelf tegen me aanvallen. 'Laat je me nog los zodat ik uit het karretje kan stappen en jij hem netjes voor de deur kan parkeren of blijf je met je kop op mijn tieten liggen?' Dit geeft Kaj alleen maar het teken om zijn hoofd nog iets lager te laten zakken. 'Hmm. Het ligt wel lekker.' Ik duw zijn hoofd omhoog en zucht diep. 'Zo kan 'ie wel weer hoor, van der Voort.' Kaj grinnikt en laat me los, zodat ik het karretje uit kan. Ik loop gelijk naar de deur en zie hoe Kaj hem netjes parkeert. 'Als we elkaar toch niet hadden hé?' Kaj drukt de blaadjes met de aanwijzingen in mijn hand en haalt dan de sleutel van de voordeur uit zijn zak. Hij maakt de deur open en seint dat ik naar binnen kan lopen. Ik loop voor hem uit en leg meteen de blaadjes op tafel. 'Ga jij ze kijken dat ik de aardappeltjes vast ga bakken?' Vraag ik hem terwijl ik hem aankijk. 'Dat vind ik een geweldig idee lieverd.' Kaj drukt een kus op mijn lippen en ik schud mijn hoofd. Ik loop gelijk naar de keuken en Kaj achtervolgt me braaf. Vragend kijk ik hem aan maar zodra ik een stap opzei zet schiet hij langs me naar de wc.
Ik haal netjes een pan uit de kast en vul deze met boter, waarna ik de aardappeltjes uit de koelkast pak, samen met de spekjes, champignons, het vlees en de boontjes. Ik gooi wat boter in de pan en wacht tot dit bruin is waarna ik de spekjes en de aardappeltjes in de pan gooi, en wat water opzet om te koken voor de boontjes. Net als ik dat gedaan heb komt Kaj weer terug van de wc. Hij wast netjes zijn handen en legt deze dan op mijn heupen terwijl ik de champignons bij de aardappeltjes en spekjes gooi. Kaj drukt zijn lichaam helemaal tegen me aan en kippenvel komt op mijn armen te staan. Voorzichtig stop ik de boontjes in het kokende water en ik voel hoe Kaj een kus op mijn schouder drukt. Daarna laat hij me los en loopt hij naar de tafel, waar de aanwijzingen op liggen. 'Oké, keukenprinses. Laten we dien aanwijzingen eens bekijken.' Ik knik wat afwezig terwijl ik verder ga met het koken. Ik roer een keer door de pan met aardappeltjes en champignons, gooi het vlees in de pan en zie in mijn ooghoeken dat Kaj begint met het openvouwen van alle blaadjes. Ik wacht geduldig tot ik iets van hem hoor, maar als ik eenmaal iets hoor is het iets wat ik eigenlijk niet had willen horen.

'Lauren, stop NU met koken!'

De weddenschap - Kaj van der Voort ✔.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu