1.

2K 73 23
                                    

Het felle, witte licht van een bliksemschicht vult de kamer. Ik open mijn ogen en kijk wazig om me heen. Ik lig in een groot bed, tegen Jonas aan. Zijn armen zijn om me heen geslagen en zijn hoofd ligt in mijn nekholte. Zijn ogen gaan zachtjes open en wanneer hij ziet dat ik wakker ben, glimlacht hij opgelucht. Hij geeft me een kus op mijn voorhoofd. 'Ik was bang dat ik je zou verliezen...' Fluistert hij snikkend. 'Waar zijn Pieter en de anderen?' Vraag ik meteen in paniek. 'Geen paniek, ze zijn beneden. Stil nu maar, ze zullen je niet pijn doen.' 'Dat zullen ze wel! Ze vinden het leuk me pijn te doen, ze zullen het weer doen maar ik kan het niet meer aan! Ik heb echt veel pijn, ik kan het echt niet lang meer uithouden!' zeg ik snel. Tranen rollen over mijn wangen. Ik grijp het dikke deken vast en knijp er stevig in. 'Ze zullen me weer pijn doen... Ze zullen me weer martelen...' Huil ik. Jonas duwt mijn hoofd tegen zijn borstkas aan. 'Niet negatief denken, we vinden wel een uitweg. Je bent een held in ontsnappen, het zal je zeker nog eens lukken.' Ik kijk op en kijk in zijn groene ogen. 'Ik wil het niet meer proberen, als het mislukt dan... Dan doen ze me weer pijn...' 'Sinds waneer ben jij daar toch zo bang voor geworden? Zo ken ik je helemaal niet!' Ik kijk weer naar beneden. 'Wat deden ze met je?' Vraagt hij stil. 'Ze hebben me gemarteld en...' 'Verkracht?' Ik kijk hem weer aan en knik terwijl er nog meer tranen ontsnappen. 'Mijn arm, klein, dapper, sterk meisje... Ik wou dat ik... Dat ik hen... Ik weet niet wat ik zou willen doen, maar wat het ook is, ik zal het niet kúnnen.' 'Ik weet wel wat ik zou doen: Ik zou hen vastbinden aan de muur en nagels door hun handen en voeten slaan. Dan zou ik hen hard slaan met een knuppel, ik zou hen schoppen en ik zou mijn nagels in hun vel drukken. Ik zou hun ogen open krassen als een wilde kat en ik zou hen doen krijsen als een baby. Als laatste geef ik hen een harde trap in hun kruis, wat ze zeker en vast verdienen...' Jonas begint te lachen. 'Kijk, zo ken ik je weer!' 'Maar het gaat niet... Ze zijn sterker als ons...'

De deur zwaait open en maakt een luid geluid als het de muur raakt. Pieter komt grijnzend binnen. 'Ze is wakker... Perfect...' Jonas springt recht en gaat beschermend voor me staan. 'Blijf van d'r af, je hebt al genoeg aan haar lichaam gezeten, tijd om die poten van jou thuis te houden.' Pieter begint te lachen. 'Jaloers? Ik begrijp dat wel... Je bent smoorverliefd op ons meisje en dan is het natuurlijk teleurstellend als je te weten komt dat ons iets gelukt is, wat jou nog niet gelukt is!' Jonas kijkt hem met een vernietigende blik aan, maar Pieter lacht hem alleen maar uit. 'Je kan er niets meer aan doen Jonas, gebeurt is gebeurt en geloof me: het zal nog vaker gebeuren!' Jonas barst los, hij wil naar Pieters keel grijpen, maar beseft dan dat hij voorzichtig moet zijn. Hij probeert zijn woede te onderdrukken en gaat weer naast me zitten. Hij slaat zijn armen beschermend om me heen en het enige wat ik doe is naar het donsdeken staren, alsof ik een standbeeld ben. Pieter kruipt op het bed en duwt Jonas van me weg. Jonas beland op de grond. Pieter neemt zijn plaats in en komt naast me zitten. Hij kust me in mijn nek en ik blijf gewoon voor me uit staren. Hij draait één van mijn blonde lokken om zijn vingers en kijkt me genietend aan wanneer hij mijn hoofd naar zich toedraait. 'Je lijkt wel bevroren schoonheid, eindelijk doe je eens niet tegendraads, eindelijk ben je eens braaf.' Hij wilt me kussen, maar Jonas weet hem op zijn beurt weer weg te duwen. 'Laat haar met rust! Ze heeft pijn.' 'Natuurlijk heeft ze pijn, dat is normaal! Maar ze zal met de pijn moeten leven en ze zal h'm gewoon moeten worden want ze zal nog meer pijn lijden!' 'Pieter laat haar!' Snauwt Jonas kwaad. 'Het is al goed kleine rat, ik laat haar wel met rust, voor enkele minuten... Ik heb toch geen zin meer. Bescherm haar maar goed vannacht, het zal onweren en onweer houdt me wakker, als je pech hebt krijg ik 's nachts zin om haar te martelen...' 'Je blijft wakker als het onweert? Ben je bang?' 'Nee, natuurlijk niet! Maar ik raak steeds moeilijk in slaap en dat rotweer helpt dat niet echt te verbeteren dus vandaar dat ik je even waarschuw! Slaapwel! Hij gooit de deur dicht.

Bang druk ik me tegen Jonas aan en grijp me vast aan zijn t-shirt. 'Ik blijf de hele nacht wakker, voor jou. Hij betreedt deze kamer niet zonder dat ik daar iets op te zeggen heb. Hij blijft van jou af, je verdient het niet om verkracht en gemarteld te worden.'

Heeeeey mensen! Dit is dus het eerste hoofdstuk van deel 2! Hopelijk vonden jullie het al een beetje spannend! Laat het zeker weten door te reageren of te stemmen! Maak jullie alvast klaar voor een nieuw avontuur! Welkom in het boek: Locked by you 2

Locked by you 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu