CHAPTER 15

256 11 1
                                    

*pov Magnus*

Lynn draait zich eigenwijs om en rolt verder. Ik kijk de rest aan, 'Ik kan er niks aan doen, ze wilt het.' Fluister ik, een beetje wanhopig.

Alec, Jace, Izzy, Lynn en ik lopen door de donkere straten, voorzichtig en opzoek naar sporen van demonen. Izzy praat met Lynn over wat er nou precies gebeurt was op het Instituut, terwijl ze samen met Jace (die Lynn haar rolstoel verder duwt) loopt en kijken of er niks is. Ik en Alec lopen achteraan in stilte, waakzaam achteromkijkend of we niet gevolgd worden door iemand of iets.

*pov Lynn*

Jace duwt me even vooruit. Mijn armen werden toch wel een beetje moe, alleen wil ik daar nooit aan toe geven. Maar volgensmij merkte Jace het aan me en bood hij daardoor aan me te duwen terwijl Izzy tegen me aan praat.

Opeens sprint Izzy vooruit en Jace stopt met langzaam duwen en we maken een sprint in de richting waar hij heen ging. Als we er zijn ligt er een meisje met bloed aan haar nek een beetje versuft om zich heen te kijken. Ze heeft bleke wangetjes en rilt van de kou, Jace geeft haar zijn jas en tilt haar op. 'Waar woon je?' Vraagt hij, terwijl het meisje ons verbaast aan kijkt. Ze schudt haar hoofd, 'Weet ik niet' zegt ze een beetje verdrietig.

Jace loopt nog steeds met het meisje in zijn armen, we zoeken dalijk verder uit hoe het met haar is. Maar tot die tijd zal ze even bij Raphael in Magnus' huis moeten verblijven totdat wij terug zijn. Het meisje trok erg naar Izzy, die dan ook aanbood om erbij te blijven. Dus nu zijn we heen en weer gelopen en zijn weer opzoek naar de demoon. We lopen richting het instituut, zodat we daar ook kunnen zoeken. Maar ons leek het handig ook in de normalo wereld te zoeken naar sporen, die we niet vinden.

De oude kerk verandert langzaam van vorm en in het instituut. Verwoeste beeldschermen liggen op de grond, bloed ligt verspreid over de muren en vloer en ergens leek ik ook een afgehakte vinger te zien. Mensen lopen paniekerig overal heen en de zaal waar ik een tijd in heb gelegen ligt nu vol met gewonde mensen. Er hangt een akelige sfeer en de demoon blijkt hier ook niet meer te zijn.

Ik zwaai een beetje verdrietig naar Jace en Alec. Zij blijven in het Instituut en Magnus en ik gaan terug om voor het kleine meisje te zorgen, waarna we Izzy terug naar het Instituut sturen. Ik rol het portaal in en hijgend met een misselijk gevoel staan we voor Magnus' deur.

De drempel kraakt als ik naar binnen rol, maar na een paar meter stop ik direct met rollen waardoor Magnus bijna op mijn rolstoel loopt. 'Lynn wat is...' zijn mond valt net zoals die van mij open van verbazing. Ik word bleker dan normaal en woede raast door mijn hoofd: Raphael kust met Izzy en hij drinkt haat bloed. Een misselijk gevoel vaagt de woede deels weg en ik blijf in een "trance" stilstaan. Tranen prikken in mijn ogen en woede raast weer door mijn hoofd, ik rol naar de bank toe. En doordat Raphael geen snelle reactie heeft doordat hij het bloed van Izzy heeft gedronken ziet hij me te laat aankomen. Ik pak mijn kruk van achter en zwaai hem in de lucht, op het moment dat ik hem omlaag wil laten vallen voel ik dat ik door iets wordt tegengehouden.

Woedend kijk ik Magnus aan, hij schudt zijn hoofd. 'Lynn...' zegt Raphael vaagjes, boos draai ik me weer naar hem. 'Het...het is niet..niet wat het lijkt.' Zegt hij met een waas voor zijn ogen. 'Nee? Is het niet wat het lijkt!? Nou dan zie ik het dus verkeerd DAT JE MET IZZY ZIT TE ZOENEN!' Roep ik, terwijl de tranen over mijn wangen stromen. Boos rol ik weg maar Magnus houdt me tegen en hurkt en tilt mijn kin op, 'Lynn, hij is een soortvan high door haar bloed. Doe geen rare dingen alsjeblieft.' 'Zet hem uit huis.' Zeg ik verbeten. 'Zet hem uit huis.' Herhaal ik.

Huilend laat ik me op de bank vallen. Ik dacht dat Raphael en ik elkaar konden vertrouwen, maar blijkbaar drinkt hij van de eerste en beste andere vrouw die hij ziet gelijk haar bloed. Raphael is zijn spullen aan het inpakken en Magnus heeft voorkomen dat ik Izzy zou verwonden. Nu is hij het meisje ergens naar toe aan het brengen, die Robin heette. Nu is het doodstil in huis en kan je alleen nog maar mijn gesnik horen en gestommel van boven. Verraden. Ik voel me verraden.

De bank zakt in, langzaam kijk ik op. Een jongen met blond haar en blauwe ogen (waarvan eentje een beetje bruin heeft) is naast me komen zitten: Jace. Ik ga rechter zitten en bekijk mezelf in de weerspiegeling van de tv die uitstaat. Mijn donkerbruine tot zwarte haren staan alle kanten op en rode ogen van het huilen, oftewel: ik zie er niet uit. 'Wat is er Jace?' Ik probeer mijn haar wat platter te krijgen. 'Ik hoorde van Izzy wat er gebeurt was.' Zegt hij spijtig, ik rol met mijn ogen. 'Ik heb geen behoefte aan medelijden.' Snauw ik, we kijken allebei op als we voetstappen van de trap horen komen en ik weet heel goed wie daar vanaf komt. Dan schiet er (naar mijn idee) een geniaal plan in mijn hoofd.

Ik hoor precies op welke trede Raphael loopt waardoor ik weet wanneer hij ons kan zien. Als ik weet dat hij dat kan, pakt ik Jace vast en zoen hem. Eerst stribbelt hij tegen, maar dan gaat hij erin mee. Ik hoor Raphael zijn pas verslomen als hij ons ziet, en ik zou zijn gezicht echt willen gezien hebben.

~~~

Even een kleine plottwist I guess?😂

~~~

963 woorden ~ 01-03-17

Problems ~ Shadowhunters Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu