De volgende ochtend vermijden Blake en ik elkaar. Ik weet niet hoe ik me moet gedragen tegen over hem. Ik schaam me dood. 1 ding weet ik zeker, Ik heb gevoelens voor Blake gekregen die ik niet zou moeten hebben en diep van binnen weet ik dat deze gevoelens mij in de problemen zullen brengen.
'Je weet dat die vrienden van mij lang komen vandaag he?' Blake zet zijn bord in de vaatwasser. Ik knik kort en ga verder met opruimen. Dit word een ongemakkelijk iets voor ons beide als hij hier nog een maand moet doorbrengen. Waarom moet ik dan ook vallen voor deze bad boy.
***
'uhm. Leuk... Huisje dude!' Roept één van Blake zijn vrienden twijfelachtig terwijl hij binnen loopt. Wanneer hij mij in de woonkamer aantreft bekijkt hij mij van top tot teen, maar neemt zonder voor te stellen plaats op de bank. Voor een paar seconden begin ik te twijfelen of de jurk die ik heb aangetrokken wel gepast is. 'Zooo, wie is dit lekkere mokkel.' Een wat langere jongen dan de eerste komt binnen wandelen. Hij stelt zich voor als Jay Pierson. 'Jezus Jay, zo begroet je een dame toch niet?' Wanneer ik denk dat ze niet langer worden, komt de langste jongen binnen lopen die zeker een kop groter dan mij is. Zijn oceaan blauwe ogen hebben meteen mijn aandacht getrokken. Zijn bruine haar staat een beetje overeind en zijn lippen hebben een hele mooie natuurlijke vorm. 'Hij steekt zijn hand beleefd uit die ik aanpak zonder de oogcontact tussen ons te verbreken. 'Mijn naam is Bellamy Clay.' 'Emma Smith' Vertel ik met een glimlach. 'Nou Mokkel, wat heb je voor drinken?' Jay zit in kleermakerszit op de bank met zijn telefoon in zijn hand. Blake ploft tussen hem en de arrogante jongen in en kijkt mij vragend aan. Dan pas heb ik door dat hij verwacht dat ik vanavond de gast vrouw ben. 'Wat wil jij drinken.' Vraag ik met een glimlach aan Bellamy, puur om de rest te stangen. 'Een water alsjeblieft.' Voor even kijk ik hem verbaasd aan wanneer ik knik en me richt op de andere jongens. Jay en Blake willen een biertje en de andere jongen zegt niks tegen mij, wat ik dan maar opvat als niks.
Blake en zijn vrienden lijken een leuke tijd te hebben met gamen, jammen, praten en vooral bier drinken. 'Is ze onnozel ofzo?' Hoor ik de arrogante jongen zeggen. Ik besluit te doen alsof ik dat niet gehoord heb terwijl ik met de hapjes bezig ben. 'Hoe bedoel je?' Blake zijn stem klinkt verbaasd. 'Je hoort een glas bij te vullen zodra hij leeg is en voordat je hapjes klaar maakt, Doe je je haar vast.' Hoor ik die jongen afkeurend zeggen. Ik moet mijn best doen om niet te flippen waardoor ik het mes uit mijn handen laat vallen. Als of er niks gebeurt is pak ik het mes op en ga verder met het snijden van de hapjes. Stiekem, heel stiekem hoop ik dat Blake hem op zijn plek zal zetten na wat hij heeft gezegd. 'Ze spoort niet helemaal.' Een steek gaat door mijn hart wanneer ik hoor dat Blake het met de jongen eens is. 'Lennon en Blake, doe niet zo lullig.' Spreekt Bellamy de jongens toe. 'Ik mag zeggen wat ik wil, over wie ik dat wil en wanneer ik dat wil, maat.' Verklaard de jongen die dus blijkbaar Lennon heet. 'Dan hoef je nog niet zo respectloos te zijn. Je bent te gast.' Ik kan het niet laten om te glimlachen. Het is fijn dat Bellamy het voor mij op neemt. Blijkbaar bestaan er toch nog jongens met respect jegens vrouwen. Of richting mij althans.
Omdat Pasha zo lang in de bij hok is gebleven besluit ik haar even naar buiten te laten. Het is ook een goed moment voor mij om even af te koelen. Nadat ze haar eten op heeft, loop ik weer de bijkeuken in en hoor ik de jongens praten. Mijn aandacht word gepakt wanneer ik mijn naam voor bij hoor komen.
'Heb je die suffe doos al geneukt?' Hoor ik Jay zeggen. Heel even schiet mijn gedachten naar die ene keer onder de heldere sterrenhemel. 'Ja.' Antwoord Blake. Als hij nou wat geleerd heeft van zijn tijd hier, houd hij nu zijn mond. Ik hou mijn hart vast wanneer het even stil blijft. 'En?' Dat was de stem van Lennon. 'Het ging wel. Ik heb beter gehad.' de jongens schieten in de lach. 'Wat zit daar onder de kleren? Het lijkt me niet een slanke den.' Jay giert het uit van het lachen zodra hij Lennon zijn vraag hoort. Mijn hart slaat als een razende. 'Nou geloof me, dat wil je niet weten.' 'Zo erg?' Daarna is het even stil en barsten de mannen weer hard in lachen uit. Ik weet niet wat Blake heeft gedaan om ze zo aan het lachen te maken, maar dat ze mij belachelijk maken is wel duidelijk. Na een diepe teug adem, besluit ik opnieuw naar binnen te gaan en te doen als of ik niks gehoord heb en verder te gaan met de hapjes. Heel even is het stil, waarna ze weer in lachen uitbarsten. Ik geloof niet dat ik mij ooit zo ontzettend klein heb gevoeld. Wanneer ik de hapjes op tafel zet, vermijd ik oogcontact en loop ik terug naar de keuken. Zodra ik op kijk van de vaatwasser, kijk ik in twee blauwe ogen. 'Mag ik wat water pakken?' Vraagt Bellamy. Ik glimlach en knik, waarna ik meteen mijn blik weer afwend. Die vriendelijke act geloof ik nu niks meer van. Het voor mij opnemen wanneer ik er ben en zodra ik weg ben, keihard mee lachen. Dan ineens is het duidelijk. Blake zal niet veranderen. Zijn vrienden zijn precies zo. Ik kan zo hard aan de goede kant trekken wat ik wil. Maar aan de andere kant hangen drie jongens die aan de andere kant trekken. Dan weet je wel welke kant wint. De rest van de avond spendeer ik in de keuken of in het bij hok bij Pasha met muziek in. Ik heb mijn dosis "laten we Emma af zijken" al gehad.
De jongens lopen naar boven, behalve Blake die bij mij komt staan. Ik heb geen goed woord te zeggen, dus besluit een vuilniszak te pakken en op te ruimen. 'Emma, wat is er nou toch aan de hand?' Blake volgt me op de voet. Waar ik ook met een vuilniszak langs loop om de rotzooi in te gooien, blijf ik hem negeren. 'Emma, praat met me. Dat was belangrijk toch?' Een sarcastisch lachje ontsnapt me. Ik schud mijn hoofd en ga verder met opruimen. 'For god sake Emma! Praat met me!' Schreeuwt Blake vanuit het niets. Prompt draai ik me om en gooi ik de vuilniszak met rotzooi voor zijn voeten op de grond. 'Wat, Blake!? Wat valt er te praten?' Mijn handen trillen van woede en daardoor is mijn controle over mijn stem ook verdwenen. 'Schreeuw niet zo.' Antwoord hij rustig. 'Pardon?' Ik sla mijn armen boos over elkaar en kijk hem met opgetrokken wenkbrauwen aan terwijl de woede in mij toe neemt. 'Je hoeft niet te schreeuwen.' 'Je bent ongelofelijk.' Wanneer ik mij wil omdraaien, pakt Blake mijn arm vast en dwingt me opnieuw om te draaien. 'Ik zei schreeuw niet tegen me.' Herhaalt hij terwijl kracht van zijn knijpende vingers toe neemt. 'Dus jij mag wel tegen mij schreeuwen en mij als een hond behandelen, maar als ik een keer mijn mond open trek mag dat niet?' Lachend trek ik ruw mijn arm uit zijn hand en zet ik een stap naar hem toe. 'Jij pakt vanavond nog je koffers. Morgen ben jij weg.' Sis ik naar hem. 'Wat? Waarom? ik heb nog een maand te gaan.' Ik schud mijn hoofd. 'Het kan mij niks schelen hoe lang je nog te gaan hebt, je lijkt het niet te willen snappen. Je veranderd niks. Jij pakt je rotzooi en rot op uit mijn leven.' De adrenaline stroomt door mijn aderen. 'Dat kun je niet maken...' Hij speelt het goed. Zeer goed. Als ik hem niet had horen praten met zijn vrienden, had ik misschien echt gelooft dat hij gekwetst is. 'Oh zeer zeker wel meneer Whitman. Morgen ben je weg.' vertel ik hem een laatste keer voor ik mij omdraai en naar boven stamp.
Wanneer er op de deur geklopt word zet ik mijn muziek nog wat luider. Als er iets is waar ik geen zin in heb is dat wel het gedonder wat Blake met zich mee brengt. Ik zit op bed met mijn knieën opgetrokken. Ik staar wat doelloos voor me uit, denkend aan hoe mijn leven zo slecht kon worden. Eerst Jesse en dan Blake... Ben ik dan zo naïef? Ben ik dan zo idioot dat ik iedereen maar alles blijf vergeven? Een straal licht verlicht mijn kamer. Ik kijk pas op als de persoon naast me op bed gaat zitten. Wanneer ik op kijk, zie ik dat het Bellamy is. 'Wat moet je?' vraag ik wanneer ik weer voor me uit staar. 'Je hebt gehoord wat de jongens zeiden toen je bij je hond was.' Is het eerste wat hij zegt. 'Goh, zou je denken?' vraag ik hem sarcastisch. 'Wat ze zeiden was niet oké.' Ik besluit niet te reageren. Als het zo niet oké was, waarom deed hij er dan niks aan? Oh ja, omdat jongens niet te vertrouwen zijn. 'Wil je er over praten?' Vraagt de zware, lage stem van Bellamy. 'Nee dank je.' Antwoord ik kort voor ik op mijn zij ga liggen, weg van hem. 'Je mag gaan.' Vertel ik de jongen zonder hem nog een blik waardig te gunnen. 'Waarom doe je zo? Ik heb je niks misdaan.' Ik duw mezelf omhoog een kijk de jongen aan. 'Toen jij binnen liep, dacht ik voor heel even dat je anders was dan Blake, Jay en Lennon. Je nam het voor me op,' De jongen opent zijn mond, maar ik laat hem zwijgen door mijn hand omhoog te steken. 'Maar toen hadden ze het over mijn lichaam en hoe ik in bed ben. Je lachte met ze mee. Niemand nam het voor me op. Iedereen lachte. Ook jij. Dus ja, ook jij kunt de pot op. Heeft Blake zijn koffer al gepakt?' Bellamy heeft zijn blik afgewend. 'Waarom zou hij zijn koffers pakken, hij blijft hier toch nog een maand?' Ik schud mijn hoofd. 'Mijn taak was hem veranderen. Hem in laten zien dat zijn gedrag niet oké is. Ik heb dat twee maand gedaan en echt waar ik dacht echt dat hij veranderde. Langzaam, maar toch. Maar vanavond heeft mijn ogen geopend. Deze jongen is niet te veranderen. Hij is bedorven, akelig, kil, gevoelloos en arrogant. Dat zal hij altijd blijven. Dus wanneer jullie morgen vertrekken, mogen jullie hem met jullie mee nemen.' Ik knik een laatste keer en draai me om waarna ik mijn muziek luider zet, om Bellamy niet meer te horen. Twee lange maanden, helemaal voor niks. Het kan me niet schelen wat die manager van Blake te zeggen heeft en wat hij me allemaal af wil nemen, maar dit trek ik niet langer. Er is een grens en die is Blake al ver over.
JE LEEST
Down to Earth (Dutch/Nederlands)
RomansaWanneer Emma gevraagd wordt om de ogen te openen van dé Blake Whitman, probeert ze met haar nuchtere en open houding, tot Blake door te dringen. Is Blake nog wel Down to Earth te brengen? Of blijft hij de arrogante egoïstische persoon die hij vandaa...