47.0

616 40 14
                                    

Pov Safouane

Ik open mijn ogen en voel een hevige koppijn. Ik kijk om me heen. Waar ben ik? Wie is dit meisje dat naakt naast me ligt? Ik sta op en trek mijn boxer aan. Ik pak mijn mobiel en zie dat ik nogal vaak gebeld ben. Ik leg mijn mobiel maar even weg en kleed me aan. Met een hevige koppijn loop ik de hotelkamer uit. Ik loop naar beneden en kijk waar ik ben. Google Maps. Antwerpen. Heel apart. Ik kan me niks herinneren van gisteren. Ik voel plotseling een erge buikpijn en kots het in de bosjes uit. Ik veeg mijn mond en zoek mijn autosleutels in mijn broekzak. Ik zie ze en nu nog mijn auto vinden.

Ik stap na een uur zoeken in mijn auto en kijk in de spiegel. Ik zie er niet uit. Godver wat heb ik een hoofdpijn. Ik kijk op mijn mobiel. 06:00. Alle winkels zijn ook lekker dicht. Pfff. 'Kanker leven.' Zeg ik hardop. Ik kijk in de dashboard en zie wat lege blikjes bier liggen. Ik zucht en duw het weer dicht. Ik rijd weg op zoek naar een winkel of fastfoodketen die open is. Ik sterf van de honger.

Met een joint in mijn hand wacht ik op Safae. Ze zei me dat als ik met haar zou praten dat ze zorgt dat haar ex de zaak terugtrekt. Ik moet het wel doen. Ik kan niet naar de gevangenis. Niet nu ik zo goed bezig ben met m'n zaak. Het is zo goed als klaar. Ik kan het niet laten verpesten door trots. Ik kijk naar voren als ik iemand hoor instappen. Ik ruik haar geur meteen. Het is stil. 'Bedankt dat je met me wou praten.' Zegt ze zacht. Ik reageer niet en kijk voor me uit. 'Je moet weten dat ik nog steeds van je hou. Ik en hij. We hebben niks gedaan behalve gepraat.' Zegt ze zachtjes. Ik blaas de rook uit in haar gezicht. 'Dat is slecht voor je Safe.' Zegt ze voorzichtig. 'Raak het aan en ik vermoord je vriendje. Dit zorgt ervoor dat ik jou niet aanraak. Wees blij ervoor.' Zeg ik en blaas nog een keer in haar gezicht. 'Je ziet er slecht uit. Het spijt me zo.' Zegt ze en begint te huilen. Ik kijk haar aan met een woeste blik puur haat. 'Ik weet niet Safe. Ik hou zoveel van je. Maar hij. Ik weet het niet.' Snikt ze. 'Hou op. Stop met huilen.' Zeg ik en slik. Ze kijkt me met tranen aan. 'Het spijt me zo. Ik wilde je nooit pijn doen. Ik wilde gewoon kijken of ik nog van hem hield.' Snikt ze. 'En doe je dat? Hou je nog van hem?' Vraag ik en kijk haar strak aan. Ze is stil en huilt het uit. 'Verdwijn uit mijn auto. Geen antwoord is ook een antwoord. Verdwijn. Ik hoef je nooit meer te zien.' Zeg ik met mijn blik op het stuur gericht. 'Safe het spijt me zo. Geef me de tijd.' Snikt ze en legt haar hand op mijn wang. Ik kijk haar aan en slik. 'Raak me niet aan. Je moet gaan. Nu. Voor ik iets zeg waar ik spijt van ga krijgen.' Zeg ik schor. Ze laat me trillend los en opent de deur. 'Ik hou van je. Dat zal ik altijd blijven doen Safe.' Zegt ze snikkend. 'Kanker op!' Schreeuw ik hard. Ze kijkt me angstig aan en sluit de deur achter zich. Ik rijd in één beweging weg. Ik moet weg. Ik moet weg. Ik kan dit niet. Ik ben te zwak.

Met enkel mijn rugzak vol kleren en wat spullen loop ik naar beneden. 'Wat ga jij doen?' Vraagt Intisar meteen. 'Geef deze aan mama. Ben over een week terug. Zorg voor jezelf.' Zeg ik en geef haar een envelop met een brief en wat geld erin. 'Safe doe even normaal. Wat ga je doen?' Vraagt ze bezorgt. 'Ik ga even het land uit. Anders hou ik het niet uit.' Zeg ik en neem haar in een omhelzing. 'Met wie ga je? Waarom opeens Safe?' Vraagt ze snel. 'Met mezelf. Ik heb me rust even nodig zusje. Ik zie je over een week wel. Maak je geen zorgen.' Zeg ik en druk een kus op haar wang. Ik pak mijn rugzak en stap in de taxi die mij naar schiphol brengt. Even wat tijd voor mezelf. Ik moet nadenken.

Romaissa&Adam Deel 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu