'Maar alles is dus goed tussen jou en Floris?', ik knik zonder haar aan te kijken. 'Hij werd weggeroepen', lieg ik terwijl ze de gel over mijn buik uitsmeert, 'noodgeval'. Ze knikt, 'wel jammer, zo'n eerste echo is altijd bijzonder'. Ik bijt op mijn lip en moet moeite doen mijn tranen te onderdrukken. 'Nou, maar eens kijken hoe de kleine Wolfs groeit', ze glimlacht vriendelijk. Al snel verschijnt er een klein mensje op het beeldscherm. Er gaat van alles door me heen nu dit nieuwe leven steeds fysiekere vormen begint aan te nemen. Ik heb Wolfs enorm gemist de afgelopen weken, maar op dit moment mis ik hem meer dan ooit. En dat terwijl ik precies weet waar hij is. In een cel. Op nog geen vijfhonderd meter hiervandaan. 'Mooi hè', de verloskundige heeft de traan die over mijn wang rolt opgemerkt, maar lijkt mijn verdriet niet te bespeuren. 'Een prima kloppend hartje', ze wijst naar de monitor en kijkt me glimlachend aan, 'hij of zij groeit goed, Eva'. 'Gelukkig', weet ik gesmoord uit te brengen. 'Je weet het echt pas een week?', ze fronst haar wenkbrauwen en kijkt me vragend aan. 'Officieel wel', zeg ik schouderophalend. 'Je bent al 10 weken onderweg, Eva', ze blijft me onderzoekend aankijken. 'Ik vermoedde het ook al een aantal weken', leg ik uit, 'ik heb gewoon die test pas vorige week gedaan'. 'Nou ja, het maakt ook niet zo heel veel uit...', ze laat het apparaat nog wat over mijn buik glijden, 'alles ziet er prima uit. Maar het...'. 'Wil je misschien foto's printen? Ik moet eigenlijk weer door', gooi ik eruit. Ik heb geen zin in al dit geklets. Ik wil weg. Even uitwaaien. Even nadenken en dan wil ik terug naar het bureau. Naar Wolfs. Hopelijk mag ik hem even zien. Een stevige knuffel kan ik nu wel gebruiken.
Binnen de kortste keren loop ik, met echofoto's van het jongste lid van ons gezin in mijn kontzak, naar buiten. Als ik naar mijn auto wil lopen stapt er iemand uit de schaduw van het gebouw. 'Hé, wat toevallig', de rillingen lopen over mijn rug als er een hand op mijn onderrug wordt gelegd. Sowieso al ongewenst en dan ook nog eens net iets te laag, 'alles goed schatje?'. Met een ruk draai ik me om, zodat het lichamelijk contact verbroken wordt. 'Wat doe jij hier?', mijn kille blik lijkt weinig indruk op hem te maken, want hij kijkt me geamuseerd aan. 'Ik kom kijken hoe het met je is', knipoogt hij, 'Wolfs lijkt zich niet zo om je te bekommeren, heeft 'ie je toch al die tijd belazerd met dat wijf'. 'Wat weet jij daar nou van, klootzak', ik geef hem een duw en kijk hem woest aan. 'Rustig aan, Eva', grijnzend houdt hij zijn telefoon omhoog, 'ik zou maar meewerken als ik jou was'. Even moet het tot me doordringen wat er precies op de foto te zien is. Maar als ik me eenmaal realiseer dat het Loek en Siem zijn, die op de bank zitten terwijl er een vreemde man in een stoel naar ze kijkt, staat het kippenvel tot aan mijn kruin. 'Wat heb je gedaan? Waar zijn ze?', de radeloosheid in mijn stem valt niet te ontkennen. 'Sorry Eva, ik moest wel...', 'waar zijn ze, Joshua?', ik pak hem bij het kraagje van zijn jas en trek hem hardhandig naar me toe. 'Eef, lieverd... Doe eens rustig', zijn ijskoude blik laat geen spoortje paniek zien, 'denk aan de baby'. Mijn afschuw maakt plaats voor angst en aan zijn zelfvoldane blik te zien lukt het me niet dat te verbergen. 'Hoe weet jij...', 'ik weet meer dan je denkt, Eva', zijn mondhoek krult omhoog en als hij met zijn vingers over mijn wang streelt verstijf ik. 'Laten we maar gaan', hij pakt mijn hand vast, 'anders komen we te laat'. Hij wil al gaan lopen, maar ik blijf stokstijf staan. 'Wat... Wat doe je?', stamel ik. 'We moeten een vliegtuig halen, dat weet je toch', 'laat me los, Joshua', ik probeer me los te rukken uit zijn greep. 'Verdomme!', het lukt me niet om zijn hand van mijn pols te verwijderen, 'laat me gewoon gaan. Wat wil je, Bram?'. Het horen van zijn échte naam doet hem stilstaan. Heel even denk ik dat hij me los wil laten, maar in plaats daarvan neemt hij ook mijn andere hand vast. 'Ik wil jou, Eva', doordringend kijkt hij me aan, 'jou en Loek'. De rillingen lopen over mijn lijf terwijl de radartjes in mijn hoofd op topsnelheid draaien. 'Zie je wel dat jij dat ook wilt', blijkbaar vat hij mijn stilte op als instemming, 'jij, Loek en ik... Misschien nog een kindje van ons samen. Wij worden het gezinnetje dat Luca is ontnomen'.
JE LEEST
Turbulentie
FanfictionTot voor kort ging het goed tussen Eva en Wolfs. Zo goed en zo kwaad als het ging hebben ze hun leven opgepakt na het vroegtijdige overlijden van Fleur. Ze genoten van hun leven, de kinderen, hun werk en bovenal van elkaar. Nu is alles anders. Of no...