34: Pure paniek

29 3 0
                                    

Ken je die momenten dat je een dieptepunt bereikt. Ja dat ben ik dus op dit moment. Waarom? Omdat ik voor Thijn zijn gesloten deur sta. Met aan de andere kant Bryan, die Thijn zo nodig moest spreken. 

Het zou me eigenlijk niet moeten boeien wat Bryan wilt gaan vertellen, maar zover krijg ik mezelf niet. Ik geef teveel om die jongen en dan ben ik ook nog eens veel te nieuwsgierig. 

Helaas voor mij praten Bryan en Thijn op een gedempte toon. Als ik heel goed luister, dan kan ik het verstaan. Dat is wat ik dus nu aan het doen ben, maar ik weet niet of het wel zo slim is. 

'Denk je dat dat de bedoeling was!?' hoor ik Bryan dan duidelijk zeggen. 

Mae, loop gewoon weg. Mijn innerlijke bewustzijn heeft gelijk. Heel langzaam loop ik weg van de deur, want dit heeft toch geen zin. Ik hoor alleen flarden van een gesprek en dat werkt dus echt niet mee. En ik moet Bryan gewoon uit mijn hoofd zetten, want die jongen zegt het een en doet het ander. 

Als ik veilig op de logeerkamer ben laat ik me op het bed vallen. Meteen schieten de herinneringen van gisteren weer bij me binnen. Layla en Hugo. Ik moet Layla echt bellen!

'Mae waarom bel je zo vroeg?' hoor ik haar zeggen door de telefoon. Waarschijnlijk heb ik haar wakker gebeld. Sorry not sorry.

'Ook leuk om jouw stem te horen, maar ik bel over een noodgeval dat te maken heeft met jou.' zeg ik tegen haar. Kijken of ze weet wat ik bedoel.

'Waar the fuck heb je het over. Ik kan niet nadenken in de ochtend.' zucht ze uit. Wat een aansteller. 

'Jij kan nooit nadenken, maar het gaat over gisteren. Jij en Hugo eh.' Meteen schiet ik in de lach, als ik het beeld van gisteren weer voor me zie. 

'Wie is Hugo? Ik ken geen Hugo.' 

Ja tuurlijk vriendin. 

'Dat klonk anders niet zo.' grinnik ik. 

Dan is het stil. Best wel een tijdje stil. Layla die stil is, dat gebeurd nooit. Dat betekent dat ze snapt wat ik heb gehoord gisteren. 

'Hoe? Wat? MAECY!' Ze klinkt nog verbaasder, dan dat ik gisteren was.

'Ook nog in de kamer waar ik slaap. Gadverdamme.' ga ik door. Het is te grappig om haar hiermee te plagen.

'Het was de bedoeling dat niemand daar achter zou komen.' hoor ik haar weer zuchten. 

'Sven en ik weten het alleen. Bryan was er ook, maar die begreep het volgensmij niet, want hij was te laat voor de actie.' Aan het eind van mijn zin proest ik het weer uit.

Ik weet gewoon dat Layla nu haar ogen rolt. 'Ik kijk er nu al naar uit om weer met ze te werken.' 

'Huh werken Sven en Hugo daar allebei? En sinds wanneer eigenlijk? En waarom wist ik dit niet?' Dat zijn mijn hersenen die ontploffen. 

'Ja, sinds allang, en wat is dat voor vraag. Spreek je later, want ik moet gaan.' Duidelijk Layla. Ze geeft tenminste antwoord op al mijn vragen. Daarom is ze mijn beste vriendin.

'Ja ik spreek je hier zeker nog over. Doeii.' Sluit ik dan af. Ik grinnik en hang de telefoon op. Nu moet ik deze dag nog zien te overleven en dan kan ik weer naar huis. Ik ben benieuwd hoe het er beneden uitziet. 

Ik laat me uit het bed rollen en loop dan naar de deur. Die doe ik heel langzaam open en dan luister ik. Je weet maar nooit. Dadelijk staat Bryan ineens voor mijn deur en daar heb ik geen behoefte aan. De kust lijkt veilig, dus wandel ik naar de trap en loop die af. 

Als ik beneden ben bedenk ik me ineens dat hij ook beneden kan zijn. Ik hoop maar dat hij nog gewoon in Thijn z'n kamer is. Het lijkt alsof er nog niemand onder is geweest. Ik loop de gang uit richting de woonkamer.

En of ik daar gelijk in heb. Het is nogal een rotzooi hier. Bekers overal, lampjes op de grond, lege flessen, volle flessen en nog veel meer. Geen idee wanneer Cynthia en Mark terugkomen, maar ik hoop nog niet snel. 

Een paar plastic bekers moet ik zelf aan de kant trappen om normaal te kunnen lopen. Dan zie ik dat de tuin er precies hetzelfde uitziet. Duh Mae. 

Eindelijk aangekomen in de keuken zet ik de waterkoker aan. Sorry dat ik geen koffie lust. Ineens hoor ik de deur naar de woonkamer opengaan. Oh no. En nu? Snel laat ik me op de grond zakken, zodat ik verstopt zit achter het kookeiland. 

1 seconde te laat bedenk ik me hoe vreemd dat is. Dit is wat pure paniek met me doet. 

Laat het alsjeblieft Thijn zijn.

Ik hoor voetstappen dichterbij komen. 

Laat het alsjeblieft Thijn zijn.

Laat het alsjeblieft Thijn zijn.

'Je water is klaar.' 

Natuurlijk. Natuurlijk is het Bryan!

Mijn leven zit toch nooit mee. Het universum werkt altijd tegen mij en dat is geen grap. Zuchtend kom ik overeind zonder Bryan aan te kijken. Het water schenk ik in mijn theeglas, terwijl Bryan zijn mond weer opentrekt.

'Ga je nu gewoon nooit meer tegen me praten?' 

100 punten Bryan. Dat is tenminste mijn plan, maar ik weet nu al dat die gaat mislukken. Niet praten is namelijk niet zo mijn ding. Met mijn heet water, -wat ik nu thee kan noemen aangezien ik er een theezakje in heb gedaan- ga ik aan het keukeneiland zitten. 

Bryan zucht en draait zich om naar mij. Hij staat nu tegenover me, aan de andere kant van het keukeneiland. Dat weet ik, omdat ik hem misschien 1 seconde heb aangeken. Toen keek ik heel snel weer weg.

'Als je niks gaat zeggen, dan praat ik wel gewoon.' Begint hij. Wat wilt hij gaan zeggen dan?

'Kijk gisteren was ik een sukkel, maar ik meende wel wat ik zei.'

Mijn ogen schieten weer naar zijn gezicht, als hij dat zegt. Hij weet alles dus wel nog. Shit nu kan ik niet meer wegkijken. 

'Je zei niks terug, dus toen dacht ik het antwoord al te weten. En toen deed ik iets fucking doms, wat ik helaas niet meer kan veranderen. En toen zei jij weer iets vaags wat je me ook meteen had kunnen zeggen. En toen was ik weer boos op mezelf. Het was gewoon een puinhoop.' 

Daar ben ik het helemaal mee eens. 'Je was al weg, voordat ik iets kon zeggen. En ik geloofde je ook niet, want je had veel gedronken. Je dronk trouwens toch niet?'

Zie je? Mijn plan om niks te zeggen is nu al mislukt. Maar nu pas bedenk ik me dat hij op dat feestje bij Damien tegen me heeft gezegd dat hij helemaal niet drinkt. Of ik heb het verkeerd begrepen, dat kan ook.

Nu ik het hardop heb gezegd zie ik pas het probleem. Ik geloof hem nog steeds niet. Hij vertelde me waar ik al zolang op zat te wachten, maar door alles wat er gebeurde geloof ik het niet meer. Daarom zeg ik het ook.

'Ik geloof je nog steeds niet.' 




EINDELOOSWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu