'Wees niet verlegen, kom wat dichterbij.' De stem van Vito Dicorus kwam hard bij me binnen. Hij had zo'n stem dat als hij sprak, iedereen stilviel. De macht klonk er duidelijk in door, maar ook het ongeduld. Deze man haatte ik al mijn hele leven en nu bevond ik me in dezelfde ruimte.
Ik keek naar Dane, die nog altijd vlak voor me stond. Hij stond dichtbij genoeg om tegen hem te kunnen praten, zonder dat anderen het hoorden. 'Geef me alsjeblieft toestemming om ons plan te laten varen en hem hier en nu in een standbeeld te veranderen.'
Dane kreeg een kleine grijns op zijn gezicht. Het was fijn om te zien dat hij nog altijd zichzelf was, ook hier. Thuis. In ieder geval, de plek die ooit thuis voor hem was geweest. 'Daar zo ik zo vreselijk graag ja op zeggen, je wilt niet weten,' fluisterde hij, waarna hij zich omdraaide naar de koning en mij zijn arm aanbood.
Meteen pakte ik zijn arm vast. Ik probeerde het eruit te laten zien als een edele, met een luchtige greep. Echter, wat Dane wellicht wel voelde, was dat ik me eerder aan hem vastklampte alsof hij mijn reddingsboei was terwijl ik verdronk. Terwijl we naar de koning liepen voelde ik me bekeken door iedereen in de ruimte. Soldaten, mijn ouders, de koning zelf, alle bedienden die op en af renden. Ik was niet gemaakt voor deze wereld.
Hoe dichter ik bij de koning kwam, hoe heviger mijn gave op hem reageerde. Het was niet dezelfde manier als waarop het op Dane reageerde. Mijn gave herkende Dane als iemand van wie ik hield, alsof het zich spinnend oprolde in zijn aanwezigheid. Nu voelde het meer alsof het klaar stond om te vechten.
'Nova Ford, wat fijn om je eindelijk te ontmoeten.' De koning bewoog niet. Hij kwam niet naar me toe, maar hij bestudeerde me wel. Het was bijna voelbaar hoe hij met zijn eigen gave de mijne afspeurde. Terwijl hij dat deed, leek zijn gezichtsuitdrukking te betrekken. 'Het is wel duidelijk dat je een sterke band hebt met mijn zoon.'
Ik wilde naar Dane kijken. Ik wilde zijn bemoedigende knikje zien of die kleine glimlach die me vertelde dat het goed zou komen. Ik deed het niet, want ik was bang dat de koning zou opmerken hoeveel zijn zoon werkelijk voor me betekende.
'Hij heeft me vaak geholpen,' zei ik tegen de koning en ik probeerde er weinig emotie in te leggen. Dat was alles wat ik kwijt wilde. Deze man wilde ik niet mijn emoties laten zien, maar mijn ouders eigenlijk ook niet.
De koning leunde wat naar voren. Hij zette zijn zwaard met de punt in de grond en leunde erop. Een gouden zwaard, het verbaasde me ook niet. 'Wat mij ook is verteld, is dat je nog tien jaar bij hem in dienst bent. Dat is een lange tijd. Ik ben verbaasd dat je je in een degelijke deal hebt weten te praten.' Zijn kritische ogen ontgingen niets.
Dane verstrakte. Dit was niet het plan.
'Ik weet niet waar u heen wilt,' zei ik naar de waarheid. Mijn zenuwen speelden op. Wat hij hier ook mee wilde, het kon niet goed zijn.
De koning stak zijn hand uit en mijn vader overhandigde hem een koker. Hij opende deze en haalde er een opgerold formulier uit, die hij mij overhandigde. Ik moest Dane loslaten om het aan te pakken en rolde het open. Mijn blik viel direct op het officiële zegel.
'Het is mijn recht als koning om mensen zoals jou over te kopen, zonder daarvoor te overleggen. Als iemand al een schuld heeft staan, kan ik deze simpelweg overnemen.' Het duurde even tot die woorden bij me binnenkwamen.
Het duurde ook even voordat ik begreep wat ik echt in mijn handen hield. Eigendomspapieren. Alleen ik was het eigendom. Het bloed trok weg uit mijn gezicht en ik voelde me licht in mijn hoofd worden.
Dane naast me vloekte zacht. 'We hebben nooit een contract gemaakt, het was slechts een simpele deal. Woord tegen woord. Dat kunt u niet zomaar overnemen.'
JE LEEST
Golden Touch
FantasyNova Kemp heeft de gave en de vloek om alles wat ze aanraakt in goud te veranderen. De koning stuurt Zoekers om iedereen met die gave op te pakken, om hen te gebruiken om zijn eigen rijkdom te vergroten. Samen met haar moeder woont Nova afgelegen en...