||19|| De Koningin van Zalaberín

1.8K 147 103
                                    

"The spirit who inhabits her animates us all. Destroy the host, you destroy the power. The young die first; the old wither slowly; the eldest perhaps would go last. But she is the Queen of the Damned, and the Damned can't live without her."

―Anne Rice, The Queen of the Damned

Elys had van heer Nagaz meer geleerd over politiek, geschiedenis, kunst, oorlogvoering en strategie dan de kunst van het sturen. Ze wist vrij weinig over het sturen van de elementen en dat was niet heer Nagaz' schuld. Ze wist bijna zeker dat haar vader haar leraar had verboden om haar ook maar iets te leren over stuurkunst, bang dat ze enthousiast zou worden. Dat was in ieder geval mislukt, dacht ze. Had hij de bibliotheek in het Meerpaleis maar goed moeten afsluiten.

Wat Elys wél wist, was dat sommige vuurstuurders een grote affiniteit hadden voor warmte en ze had het vermoeden dat Ash één van die stuurders was. Zover ze had begrepen was warmte waarnemen niet heel moeilijk voor de meeste vuurstuurders, maar objecten onderscheiden, warmtesporen volgen en warmte ook echt sturen was iets van een heel ander niveau. Ze moest toegeven dat ze Ash wel moest bewonderden; hij was een talentvolle vuurstuurder en zijn koude arrogante houding veranderde daar niets aan. 

Ze keek op en kon alleen zijn rug zien, gehuld in een mantel die zijn bewegingen volgde en een zilveren schede die bij elke stap tegen zijn rechterbeen tikte. Sage liep naast haar, zijn ogen vol goede moed. Af en toe wierp hij haar een bezorgde blik, alsof hij zich afvroeg of het wel met haar ging. Het maakte haar nerveus; ze haatte het gevoel dat ze bekeken werd. Sage schraapte zijn keel en veegde een niet-bestaand vuiltje van zijn olijfgroene kleding af. 

''Het spijt me als mijn woorden je gekwetst hebben,'' begon hij zacht. ''Ik wilde echt niet―''

Elys wuifde zijn woorden snel weg. ''Het maakt niet uit. Alles is al oké.''

''Dus je bent niet boos?'' 

Ze schudde haar hoofd en Sages schouders ontspanden terwijl hij een zucht liet ontsnappen. Voor hen was Ash gestopt met lopen. 

''Ik kan het spoor niet meer volgen,'' zei hij. ''Het is te druk.''

Zijn blik gleed over de grote ruimte die voor hen was opgedoemd. De rotswanden waren metershoog en vormden een koepel die als dak fungeerde. Het gebrom van een pratende, bewegende mensenmassa vulde de grot en Elys begreep waarom Ash het spoor kwijt was. 

''Wat is dit voor een plek?'' vroeg ze, ademloos. 

''Ik weet het niet,'' zei Sage. ''Ik ben nog nooit in dit deel van Zalaberín geweest.''

''Het is een arena,'' zei Ash duister. 

Elys inspecteerde de ruimte eens uitgebreider. In de rotswand zaten verschillende gangen naar wist zij veel waar. De ruimte krioelde van de mensen die gekleed gingen in verschillende tinten geel, de officiële kleur van Theron. Alleen het midden werd vrijgehouden en Elys zag nu waarom. In het midden van de ruimte was een groot rond gat uitgehakt en eromheen zaten mensen van alle leeftijden die de tribunes vulden. Her en der stonden verkopers die met luid geschreeuw mensen probeerden te verleiden iets bij hen te kopen. Ash had gelijk. Het was inderdaad een arena. 

''Het lijkt erop dat we op een bolwerk van ondergrondse gevechten zijn gestuit,'' zei Ash. 

''Ah, vandaar al die mensen die geld inzetten,'' antwoordde Sage.

Elys volgde zijn blik en zag dat de luchtstuurder gelijk had. Allerlei mensen, vooral mannen, dromden om kleine kraampjes heen terwijl ze schreeuwden en met geld in hun handen wapperden. Ze zuchtte diep. Arús Elo. Hoe was ze bij ondergrondse gevechten beland? Het enige wat ze ervan wist, was dat er gevochten werd en dat het hartstikke illegaal was. Waarschijnlijk dé reden dat ze vaak in Zalaberín werden gehouden. Het was natuurlijk onmogelijk voor de Theraanse regering om alle gangenstelsels te controleren op criminele activiteiten, waardoor Zalaberín de ideale plek was voor schimmige praktijken. 

The Frostfire PrinceWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu