[A/N] VERASSING: Vandaag een update, omdat ik morgen echt géén tijd heb T-T Dit hoofdstuk en de komende twee waren zo leuk om te schijven haha ;p Laat me vooral weten wat jij er van vindt en verbeteren/tips geven mag natuurlijk ook! Zaterdag wordt de woordenlijst geüpdate.
"I don't cry because we've been separated by distance, and for a matter of years. Why? Because for as long as we share the same sky and breathe the same air, we're still together."
―Donna Lynn Hope
Versuft wreef Elys in haar ogen. Ze lag op haar buik onder een warme deken en naast haar, op een krakkemikkig tafeltje, lagen haar schoudertas, witte feestjurk en mantel. Ze werkte zichzelf overeind en nam even de tijd om om zich heen te kijken. Het lage bed stond in een piepkleine kamer, de muren gemaakt van glanzende grijze stenen. Elys zuchtte en liet haar hoofd in haar handen steunen. Hoe was ze hier terecht gekomen? Ze herinnerde zich Nhani en het moment dat ze met Ash, doodvermoeid, in Rivenend was aangekomen. De nacht was kil geweest en alle sterren hadden zich verstopt achter donkere wolken. Vaag herinnerde ze zich een vrouw, maar wat er daarna gebeurd was wist ze niet meer.
Ze greep haar schoudertas, rommelde erin en haalde haar normale kleren tevoorschijn: een donkere broek en een knielange blauwgrijze tuniek. Ze wilde haar schoudertas terugleggen toen ze iets zag, of, beter gezegd: iets zag wat miste. Waar was het boek dat ze van heer Nagaz had gekregen? Haastig zocht ze met haar handen in de schoudertas, op zoek naar de vertrouwde blauwe kaft en vergeelde bladzijden. Maar het was er niet. Elys beet op haar lip. Als ze het maar niet onderweg verloren had, want het boek was op dit moment het enige wat haar kon helpen met watersturen. Ze wilde net de deur van de kamer open doen toen ze een kort klopje hoorde, gevolgd door een zachte vriendelijke stem.
''Vrouwe? Ik ben door hogepriesteres Raena gestuurd. Kan ik binnenkomen?''
Elys fronste. Hogepriesteres Raena? Ze had geen idee wie dat was, maar daar zou ze hopelijk snel achter komen.
''Natuurlijk,'' antwoordde ze.
De deur zwaaide langzaam open en een vrouw van middelbare leeftijd met dik goudkleurig haar met hier en daar wat grijze strepen kwam tevoorschijn. Op haar voorhoofd prijkte een witte tatoeage, een teken dat Elys niet bekend voorkwam, en om haar zachte chocoladekleurige ogen waren kleine kraaienpootjes te zien. De vrouw was gekleed in een lange, haast transparante, witte jurk die tot de vloer reikte. Haar slanke polsen, vingers en hals zaten vol met gouden sieraden en nog meer witte tatoegages. Maar wat Elys het meest opviel, was een hanger met een steen van jade waarop een gegraveerd oog te zien was. Ze herkende het symbool uit één van haar lesboeken. Het symbool werd gedragen door priesteressen van de Jade Tempel in Rivenend. De Jade Tempel stond echter beter bekend als het Orakel van Rivenend.
''Kaio vrouwe, ik ben priesteres Iana,'' zei de vrouw, Iana, terwijl ze lichtjes haar hoofd boog. Elys deed hetzelfde en zei: ''Kaio, ik ben vrouwe Elys.''
Iana glimlachte. ''Dat weet ik. U bent de dochter van gódir Kenswin, nietwaar?''
Elys' hart begon sneller te kloppen en met grote ogen keek ze Iana aan. Hoe wist ze dat? Hingen er in Rivenend ook al honderden posters van haar? Als dat het geval was, moest ze hier zo snel mogelijk weg. Iana wierp haar een geruststellende glimlach.
''Maakt u zich geen zorgen. Onze tempel is een veilige haven voor allen die hulp nodig hebben. Als u mij zou willen volgen?'' vroeg de priesteres kalm terwijl ze Elys wenkte haar te volgen.
Elys zuchtte opgelucht en volgde Iana die geruisloos door de hoge grijze gangen liep. Haar witte jurk wapperde achter haar aan. Elys nam haar omgeving in zich op. De muren en vloeren waren grijs en er waren honderden smalle hoge pilaren en spitsbogen. Er waren bijna geen ramen, waardoor de gangen alleen verlicht werden door brandende fakkels die om de paar meter aan de muren hingen. Plots sloeg Iana linksaf en het geluid van klaterend water werd steeds luider. Elys hield haar adem verrast in. Ze waren nu buiten en de donkere gangen hadden plaatsgemaakt voor een lange brug die naar een bescheiden rond gebouw, versierd met smalle pilaren en vreemde tekens die Elys niet kende, leidde. Voor de enorme groenkleurige koperen deur, die uit twee delen bestond, hielden twee reusachtige standbeelden van zittende lumaki de wacht. De beelden herinnerden Elys meteen aan de onvermoeibare Nhani. Waar was Nhani eigenlijk? En waar was Ash? Haar maag keerde zich om bij het beeld van zijn bewusteloze gewonde lichaam. Het was een beeld dat op haar netvlies gebrand stond.
JE LEEST
The Frostfire Prince
Fantasy||WINNAAR VAN THE WATTYS 2016 'VERBORGEN JUWELEN' EN WATTNED'S CHOICE AWARDS (NETTIES 2016)|| Wat zou jij doen als je 's nachts alleen in een bos rent en achtervolgd wordt door je eigen volk? Zou jij de hulp van een knappe en mysterieuze vreemdeling...