||36|| De Tijdspiegel

1.3K 126 123
                                    

"You realize that our mistrust of the future makes it hard to give up the past."

―Chuck Palahniuk, Survivor

Het duurde een tijd voordat Elys haar dichtgeknepen ogen open durfde te doen. Het beeld van een dode, bebloede Ash stond op haar netvlies gebrand en het was meer dan ze aankon. Het beeld zelf was niet alleen gruwelijk en verscheurde haar binnenste, maar herinneringen van Ash' vergiftiging en bijna-dood en haar vermoorde moeder dansten in haar gedachten. Elys knipperde en opende haar ogen. Het beeld was verdwenen en alle kleuren en schaduwen om haar heen bestonden niet meer. Zonder dat ze het in de gaten had gehad, was ze op de oude stenen vloer gezakt. Ze krabbelde op, haalde diep adem en met trillende handen veegde ze de tranen uit haar ogen. Haar binnenste voelde leeg aan en het enige wat ze op dit moment wilde, was weggaan en hier nooit meer terugkomen. Maar net toen ze zich wilde omdraaien, hoorde ze een zoete, zangerige en vrouwelijke stem.

''Ga je nu al weg?''

Voor Elys was een lange pastelroze geest opgedoemd. Ze had een slank postuur en lange armen en spinachtige dunne vingers met scherpe nagels. Haar roze haar viel als een waterval naar beneden en was uitbundig versierd met veren, net zoals haar jurk die meer weg had van een verenkleed van een vogel. Misschien was ze dat ook, dacht Elys. Net zoals Ezá had deze geest menselijke en dierlijke kenmerken. Ze had een spitse, snavelachtige neus en grote, ronde ogen met enorme pupillen die Elys continu in de gaten hielden en haar de rillingen bezorgden.

De geest wees naar de kristallen schaal.

''Ben je niet nieuwsgierig wat er is gebeurd? Wil je geen antwoorden op je vragen? Alsjeblieft, blijf nog wat langer. Ik kan je helpen.''

Elys beet op haar lip. Haar tranen waren nog niet helemaal gedroogd en haar ogen voelde dik aan. Ze voelde zich verschrikkelijk na wat ze had gezien, maar ze kon haar nieuwsgierigheid niet bedwingen. Bovendien leek deze geest de enige in de hele Hal van Magie te zijn en ze moest alles doen om de juiste informatie te krijgen, voor Ash. 

''Wie bent u?'' vroeg ze. Ze rechtte haar rug en probeerde zelfverzekerd te klinken, maar haar stem was gebroken en haar ademhaling haperde. 

''Mijn naam is Iriné. Ik ben de Bewaker, Elys Nives Kenswin.''

Ze wilde vragen waarom de geest haar naam kende, maar ze realiseerde zich dat Ezá haar naam ook had geweten en veronderstelde dat het te maken had met de krachten van geesten. Irinés andere woorden waren vele malen interessanter. 

''Mag ik u vragen waarvan u de Bewaker bent?''

De geest, Iriné, leek te lachen.

''Je stelt goede vragen. Ik ben de Bewaker van alle magische voorwerpen en relieken die zijn verborgen in de Hal van Magie. Ik weet alles over elk voorwerp. Hun geschiedenis, hun naam, hun vroegere eigenaren, hun krachten en hun geheimen. Alle kennis die ooit is vergaard over Magie ligt verborgen in mijn geest.''

Elys slikte. Met wantrouwen bekeek ze de geest die er zo liefelijk en onschuldig uitzag, maar een ongelofelijke macht moest bezitten. Haar oog viel op de kristallen schaal die tussen hen instond.

''Dus u weet ook alles over deze schaal?''

Iriné knikte.

''Wat is het?'' Ze voelde haar nieuwsgierigheid in haar lichaam branden. Ze moest weten wat er gebeurd was en wat de beelden betekenden―als ze al iets betekenden dan.

''Deze 'schaal' is al duizenden jaren oud en bestond al lang voordat de mens geboren werd. Het is gemaakt door de Goden, bedoeld om hen te helpen bij hun taken. Het is nooit de bedoeling geweest dat het in handen van mensen zou vallen.''

The Frostfire PrinceWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu