6.4

73 5 1
                                    

Met ieder een andere lastige uitdrukking op hun gezicht keken de drie mij aan.
'Roep de bemanning bijeen,' zei Hal. 'We gaan stemmen.'"
"De laatste keer dat we ergens over gestemd hadden, had ik niet mee gestemd. Ik was het onderwerp van de stemming geweest.
Maar deze keer zou de beslissing die er genomen werd naar alle waarschijnlijkheid meer impact hebben op de Broerderband.
We verzamelden ons op het achtersteven en Hal legde uit wat ik ook al gedacht had; dat we bijna door ons water heen waren en we het, met het water dat we nog hadden, niet terug konden halen, naar Skandia.
'Ik wil verder naar het westen blijven varen,' besloot de skirl. 'Verder de Eindeloze Oceaan op, op zoek naar land.'
Glazig keken we hem aan.
Natuurlijk was het Jesper die als eerste zijn verontwaardiging uit sprak.
'Dus jij wil nog verder van huis varen?' vroeg hij vol ongeloof. 'Nog verder de Eindeloze Oceaan op?'
'Volgens mij is dat onze beste kans om land te vinden, ja,' antwoordde Hal rustig. 'Op onze huidige koers gaat het in elk geval niet lukken.'
Ergens leek het idee belachelijk. Maar hoe langer ik er over na dacht, hoe meer ik ervan overtuigd raakte dat het onze enige optie was.
Ook Ingvar zag er de  logica wel van in.
'Logica?' Jesper ontplofte bijna. 'Wat s er logisch aan de verkeerde kant op varen? De Eindloze Oceaan op, nog wel! Die heet niet voor niets eindeloos, hoor! Dat betekend dat hij voor altijd door gaat!'
Maar dat was in ieder geval niet waar. Als je ,aar lang genoeg door zeilde, kwam je vanzelf waar aan bij wat het ook was dat er achter de oostelijke steppen lag. Dat was in de andere wereld ook zo. Daar moest je dan eerste wel over Amerika heen zeilen, maar ...
'Oh,' stootte ik prompt uit. Puzzelstukjes van informatie klikten in mijn hoofs aan elkaar vast.
Ineens zag ik Brinn heel helder voor me, met een grote grijns en een boek waar hij zo enthousiast over vertelde dat er geen touw aan vast te knopen was.
Het voelde lang geleden dat ik voor het laatst aan hem gedacht had. Ik voelde me schuldig, maar na de zomer die ik met Lydia in de bergen had doorgebracht ... de langer trektochten die we gemaakt hadden ... het was steeds gemakkelijker geworden om in het nu te leven, in deze wereld, en te vergeten dat ik ooit ergens anders was geweest. Dat ik ooit gedacht had dat de jaagster niet echt kon zijn. Natuurlijk hadden we samen gesproken over onze families en hadden we onze heimwee naar huis tegenover elkaar getoond, maar dan keerden we terug naar Hallasholm en herinnerden we ons waarom we hier waren. Omdat we hier familie hadden. Omdat we hier thuis waren.
De andere Reigers keken me aan.
'Wat?' vroeg Hal.
Ik reageerde niet, maar staarde naar het dek terwijl in mijn hoofd groef naar meer informatie. Ik probeerde me alles te herinneren dat ik gelezen had en gehoord had, elk stukje informatie om te controleren of dat ik gelijk had.
'Isis,' drong Hal aan, 'wat is het? Wat weet je?'
Ik keek op. Hoopvol keken tien paar ogen me aan.
'Ik weet het niet zeker,' begon ik, 'maar ik denk ...' Even schudde ik mijn hoofd. Een koude rilling trok langs mijn ruggengraat omhoog en maakte mij op een ree de manier bewust van het litteken dat daar zat. Het trok als ik het koud had, een herinnering aan iets wat ik verloren had. 'Ik weet niet meer wat er gebeurde in het laatste boek,' gaf ik toe. 'Wat ik wel wee, is dat Brinn heel enthousiast was, want ...' Ik haalde diep adem. 'Hij zei dat de Reigers Amerika ontdekten.'
Net zo glazig als dat we Hal net aan hadden gekeken keken ze nu mij aan. Jesper leek extra verward. Misschien was hij ook even vergeten dat ik ergens anders vandaan kom.
'Amerika?' herhaalde de skirl nieuwsgierig, en ik knikte.
'Het licht aan de andere kant van de Grote Oceaan,' vertelde ik. 'Ik heb er nooit echt over nagedacht, maar qua geografie lijken de werelden op elkaar. Wat hier de Eindeloze Oceaan is, heet dar de Grote Oceaan. Araluen heet Engeland. Gallica zal Frankrijk zijn, en Skandia ... ik denk dat Skandia te vergelijken is met Noorwegen, Zweden of Finland. En dan is er dus ook nog Amerika. Het on-ontdekte land.'
We zwegen. Iedereen probeerde deze nieuwe informatie weer te verwerken.
Na een paar minuten van stilte nam Lydia het woord.
'Laten we even alles op een rijtje zetten,' zei ze. 'We hebben nog voor drie dagen water?' Stig bevestigde dit. 'Waar zouden we over drie dagen zijn als de wind nu om sloeg? Is er waar dan ook ten oosten van ons land dat we binnen drie dagen kunnen bereiken?'
Stig schudde zijn hoofd. 'Nee, dat is er niet. Wat er ten oosten van ons licht weten we al. Het dichtsbijzijnde is Hibernia, en het zou ons minstens tien dagen tijd kostten om daar te komen.'
'En dan is ons water allang op.'
'Dan zijn we allang dood,' bracht Stefan behulpzaam in. 'We hebben de afgelopen dagen al erg weinig gehad.'
Lydia knikte. 'Zo is het.' En weer tegen Stig; 'En als we nu naar het westen gaan? Is daar land?'
De lange stuurman haalde zijn schouders op. 'Dat weten we simpel weg niet.'
Lydia richtte haar blik op mij. 'Maar jij denk van wel?'
Ook ik haalde mijn schouders op. 'Ik heb een sterk vermoeden. Weten? Nee. Maar ik zou ook niet weten waarom er géén land zou zijn.'
Ze liet de woorden even bezinken en richtte zich toen tot Thorn.
'Wat denk jij er van, oudje? Is deze oceaan echt eindeloos? Of is er een mogelijkheid dat er ergens naar het westen toe land ligt?'
'Natuurlijk bestaat die mogelijkheid,' zei Thorn. 'Als je er over nadenkt is het zelfs behoorlijk aannemelijk.'
'Hoezo?' vroegen Lydia en ik gelijktijdig.
Thorn hing een verhaal op over een mythe die zei dat de wereld een schotel zou zijn, die op de rug van een schildpad ligt. Om die schotel in evenwicht tot houden, zou er -gezien jet doet dat er aan de ene kant land lag- aan de andere kant ook land moeten liggen. Vreemd genoeg vond Jesper deze theorie acceptabel.
Ik besloot hen maar niet verder te verwarren door mee te delen dan de aarde rond is.

Zuster van de BroederbandWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu