35. Opgesloten... Alweer!

15 4 3
                                        

Ik word wakker op een steenharde vloer. Ik ben misselijk en mijn hoofd bonkt als een gek. Ik wrijf in mijn ogen en langzaam besef ik waar ik ben, of beter gezegd, waar ik niet ben. Dit is niet mijn kamer, maar eerder een soort cel. De muren zijn grijs en er is geen deur, maar tralies. De ruimte achter mij heeft ook grijze muren en is helemaal leeg. Wel zie ik een deur, maar die zit dicht.

Naast me hoor ik gekreun. Eerst schik ik maar dan bedenk ik me dat er nog iemand is!
'Hallo?' Vraag ik voorzichtig.
'Hallo, is iemand daar?' Vraag ik wat harder als er geen antwoord komt.
'Terra?' Ik ga bijna dood van geluk als ik Rayans stem hoor.
'Rayan? Rayan ben jij dat?' Ugh, wat klink ik wanhopig. 'Ja, ja ik ben het! Waar zijn we in vredesnaam?!'
'Geen idee.' Zeg ik bedenkelijk.

Ik sta op en draai een rondje om mijn as, mijn jurkje zwiert vrolijk mee. Dan komen de herinneren terug van het bal en de knallende koppijn. 'Het bal.' Stamel ik. Opeens weet ik weer waarom we ruzie hadden. 'Ik haat je.' Zeg ik. Ik voel dat Rayan verward is. 'Waarom?' Fluistert hij. 'Omdat ik verliefd op je ben?' Zijn stem lijkt zo kwetsbaar, ik wordt er niet goed van. Waar is de Rayan met het te grote ego gebleven?

'Sorry.' Zegt hij als ik niet reageer.
'Voor wat?' Vraag ik bot
'Voor alles.' En ik voel dat hij het meent.
'Dankje,' zeg ik zachtjes. 'En ook sorry.' Ik weet het, niet de beste verontschuldiging. 'Ik wil dat we weer vrienden zijn.' Zeg ik, maar zodra ik het uitspreek weet ik dat ik lieg.
'Autch, gefriend-zoned' zegt Rayan met een bitter lachje. Helaas kan ik door de muur tussen ons in zijn gezichtsuitdrukking niet zien.
'Rayan, na alles wat er gebeurt is -'
'Waar was de sorry dan voor hé? Ik wéét wat er gebeurt is, Terra. Als jij wist dat mijn moeder nog leefde, zou ik ook flippen. Ik wilde... Ik wilde je beschermen, weghouden van de pijn en het verdriet. Maar volgens mij heb ik juist het tegenovergestelde bereikt.

Ik slik en knik, maar hij kan me niet zien dus moet ik wel praten.
'Rayan -' Ook mijn stem klinkt klein en kwetsbaar.
'Weet je,' ontbreekt hij me 'als deze muur hier niet was geweest had ik je gekust.' Omdat ik geen idee heb hoe ik moet reageren, laat ik een stilte vallen. 'Die heb je dan van me tegoed.' Besluit ik en ik voel zijn blijdschap zo sterk dat ik er overvallen door wordt.

'Zo, zijn de tortelduifjes uit hun schoonheid slaapjes gewaakt?'
Een kille maar oh zo bekende stem snijdt door de ruimte. 'Jullie twee, hebben er erg lang overgedaan om elkaar te vinden.' Mevrouw Lelie komt op haar rode naaldhakken binnenlopen met James en Jordan aan haar zijde. Ze kijkt me ijzig aan.
'James!' Roep ik blij, met de verontstelling dat hij me hier eindelijk uitlaat, maar hij staart alleen maar kil terug.

'James?' Vraag ik verward, waarop Jordan gemeen grijnst. 'Je had haar goed te pakken, maat.' Zegt hij en nu grijnst James ook. Alle vriendelijkheid is uit zijn gezicht verdwenen.

'Dit is niet goed, Terra.'

Hoor ik Rayan zeggen.

James? Hij...

Ik stuur mijn gedachtes.

'Agh, wat zijn jullie zielig.' Kraait mevrouw Lelie. 'James? Moet je onze nieuwe experimenten niet vertellen wat ze te wachten staat?' Ze kijkt James afwachtend aan, maar James kijkt naar mij. Zijn houding is star en zijn ogen staan hard. 'James.' Ik spreek zijn naam geluidloos uit en kijk hem smekend aan, maar mijn vriend is verdwenen.

James zet een stap naar voren en geeft een schreef lachje. 'Goedemorgen, Terra... En Rayan.' Hij spreekt mijn naam uit alsof het gif is en kijkt Rayan daarna met zoveel minachting aan dat ik misselijk wordt. James was mijn vriend! Wat doet hij nu. 'Grappig dat jullie dachten dat het gebruiken van magie geen consequenties had. Natuurlijk moest ik testen of mijn geniale plan werkte, sorry daarvoor nog. Die ruzie was wel jammer, maar Terra had gelijk: jullie zijn monsters.' Verbouwereerd staar ik hem aan.

'Waar heeft hij het over?' Stuur ik.
'Ik begrijp het ook niet.' Stuurt Rayan terug.

'Jullie kijken me aan alsof ik gek ben, helaas kunnen jullie elkaar niet zien. Hoe ontroerend zou dat wel niet zijn. Oja en Rayan, ze vind je niet leuk, sterker nog, ze haat je. Ze vind je de meest arrogante en egoïstische persoon ooit. Dat heeft ze me tot in de kleinste details vertelt.' Ik slik.

'Dat vond ik voor dit alles.' Geef ik toe, Rayan reageert niet. 'Ach, kom op! Meen je dat nou! Je kàn niet geloven dat ik dat nog steeds vind.'
'James moet geloven dat ik dat nog steeds vind, het is heel moeilijk om èn mijn lach in te houden èn te communiceren.'

Ook ik moet hierom lachen en daarom wend ik mijn gezicht af. Laat James maar denken dat ik dat heel erg vind. Ik voel zijn ogen gaten in mijn rug boren.

'Jullie hebben magie. Dat vermoeden we al, daarom moesten we jullie schaduwen. Anna en Ben zijn voordat we hen konden pakken gevlucht, maar gelukkig hebben jullie meer waarde. Jullie zijn namelijk Myandre. Jullie kunnen grootse dingen doen.' Hij ogen glinsteren kwaadaardig. Dit bevalt me helemaal niet.
'Rayan viel het eerst, maar om zeker te weten dat hij een Myandre had moesten we hem opsluiten. Helaas hebben ook wij spionnen, Milan heeft zijn werk alleen niet heel goed afgehandeld.'

'Wat hebben jullie met hem gedaan?' Vraag ik. Ik wist dat Milan ooit  een vriend van me zus was.
'Ooh niks bijzonders,' reageert Jordan en hij lacht gemeen. 'We hebben gezegd dat hij de groeten moest doen aan je moeder.'

Stilte.

Dan springt Rayan tegen de tralies aan. 'Jij vuile...' Sist hij. Ik voel de withete woede die als een aura om hem heen hangt.

Mevrouw Lelie steekt haar hand op. 'Rustig jongen, alleen als jullie me teleurstellen staat je hetzelfde lot te wachten.' Ze kijkt ons kil aan. Haar schelle stem suist door mijn oren 'Ik zou dus mee werken als ik jullie was, want jou moeder en stiefvader, liefje, verzette zich ook en je weet wat er met hen gebeurd is.

Dood of leven, jullie keus.'

VerbondenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu