We besloten om terug te gaan naar Vanessa. 'Laten we eerst nog een klein omweggetje nemen', stelde Laurens voor. 'Oke, is goed', zei ik, 'maar waar wil je dan nog heen gaan?'. Laurens glimlachte, 'dat zul je nog wel zien' Ik rende Laurens achterna, verder het bos in. Het was ondertussen donker geworden, maar toch kon ik elk blaadje in detail zien. Ik had niet in de gaten dat Laurens stopte, toen ik doorhad dat hij niet meer voor mij liep was ik al 100 meter verder. Ik moet er met mijn gedachten echt beter bij blijven! Ik rende terug naar Laurens. Nu pas zag ik waar we waren.. We stonden voor een heel groot meer. 'Je weet nu al wat jouw gaven zijn, je weet wat de gave van Vanessa is, maar je weet mijn gave nog niet' Laurens keek me aan met zijn mooie blauwe ogen. 'Wat zijn jouw gaven dan?', vroeg ik. 'Let maar op', zei hij, 'mijn gaven zijn lang niet zo speciaal als die van jou'
Opeens zag ik het water voor me omhoogkomen, steeds verder, totdat het meer bijna leeg was. Boven het meer vormde zich een grote klomp water. 'Wauw!', riep ik uit! Laurens lachtte, 'loop er maar eens onderdoor!', zei hij, 'je zou er bij wijze van ook in kunnen zwemmen!' Laurens lachte. Binnen een halve seconde stond ik onder het water. Tot mijn verbazing was bodem van het meer helemaal droog! Het enige wat ik zag op de bodem waren de vissen die lagen te spartelen omdat ze geen water hadden en planten die op de bodem groeiden Ik maakte een kleine sprong zodat ik het water boven mijn hoofd aan kon raken. Ja, het is gewoon water. 'Niet laten vallen hé!', riep ik naar Laurens. Ik lachte naar hem. Hij lachte terug, 'natuurlijk niet!' Ik liep nog een klein rondje en rende toen weer terug naar Laurens. 'Ik kan alles besturen wat vloeibaar is', grijnse hij. Langzaam liet hij het water weer in het meer lopen. 'Wow, dat is echt gaaf!', riep ik uit. Opeens voelde ik dat brandende gevoel in mijn keel weer. De dorst! Ik greep naar mijn keel. Laurens zag het 'Ah, je hebt weer dorst.. Er lopen nu hier geen mensen rond. Je kunt je ook voeden met dierenbloed', stelde hij voor, 'Vanessa en ik doen dat soms, als we geen mensen ruiken in de buurt.' 'Hoe ruiken dieren?', vroeg ik. 'Ongeveer zoals mensen, maar dan net iets minder zoet. Wij zijn eigenlijk gemaakt om ons met mensenbloed te voeden. Je moet mensenbloed eigenlijk zien als ons lievelingskostje. dierenbloed is eigenlijk een alternatief, voor als we geen mensenbloed kunnen vinden' Ik deed mijn ogen dicht. Ik snoof diep in. Ik rook het water, daarna rook ik nog een geur, het rook niet zoals dat van een mens.. Iets anders, maar toch rook het wel lekker. Heel licht hoorde ik het hart van het dier kloppen 'Je ruikt een beer', hoorde ik Laurens zeggen. Nog voordat hij zijn zin had afgemaakt was ik al weg. Op 10 meter afstand voor de beer bleef ik staan. Het was een grote zwarte beer. Nog voordat de beer mij zag had ik mijn tanden al in zijn nek gezet en zoog het bloed naar binnen. Mensenbloed smaakte inderderdaad beter, veel zoeter dan dit. Achter mij hoorde ik voetstappen. Ik draaide me op en ik zag dat Laurens naar me toe kwam. 'Goed gedaan!', riep hij 'Ik denk dat het tijd is om terug te gaan, anders gaat Vanessa zich afvragen waar we blijven' Ik knikte. Laurens pakte mijn hand. Zijn koude huid voelde prettig op de mijne. Samen renden we het donkere bos in.
Ik hoop dat jullie mijn verhaal tot nu toe leuk vinden! Ik heb een twitteraccount aangemaakt @datwl (staat voor 'do all things with love') Je kunt dit account volgen voor meer (achtergrond)informatie, vragen, updates over het verhaal en over nieuwe verhalen die ik binnenkort ga schrijven! xoxo
p.s. in het volgende hoofdstuk komt meer actie!