8. Het feest begint nu echt

1K 104 19
                                    

'Ja, want ik weet nu dat de DJ inderdaad de man is,' zei hij nijdig. Rea sloeg haar armen over elkaar en liep naar de dansvloer toe.

'Wil je nu dansen?' vroegen Killian en ik verbaast.

'We moeten toch die man vinden sukkels.' De demonen begonnen te lachen en liepen achter Rea aan. Mentaal sloeg ik mezelf in mijn gezicht, een dommere vraag had ik niet kunnen stellen...

Met z'n alle liepen we half dansend over de dansvloer heen tot we bij de draaitafel aankwamen.

'Laat dit maar aan mij over,' zei Rea, zorgde dat haar staart stevig vast zat en liep naar de DJ toe. Hoe ze het nou precies had gedaan wist ik niet, maar de man wisselde met een andere man waardoor hij bij ons kwam te staan. Het had vast iets met vrouwelijke charmes te maken. De muziek ging ongestoord verder. Ik bekeek de man, jup hij was de man van de foto. Killian kreeg de man zo ver om naar de rand van de dansvloer te gaan. Met z'n alle, zielverzamelaars, demonen en de ene man, gingen we aan een tafel zitten. Killian begon eerst met een heel gewoon gesprek over muziek en hoe je nou het best plaatjes in elkaar kon laten overlopen. Langzaam werden Killians vragen persoonlijker en ging het niet meer over muziek, nee, het ging over de dood, niet onze meester, maar het verschijnsel.

'Hier in de buurt, had ik gehoord van een vriend, was een groep feestgangers vermoord,' vertelde Killian aan de man die, volgens mij, door kreeg waar dit heen ging. Hij begon met paniek in zijn ogen rond te kijken, ik volgde zijn blik. Dat was het moment dat ik zag dat hij handlangers bij zich had. Twee vrouwen, twee mannen, van wie de een de DJ nu was. 'Vertel eens,' zei Killian en boog zich naar voren. 'Heb je ooit van het begrip zielverslinders gehoord of ondoden?' De man begon aan zijn gat in zijn oor te frunniken. Oké, niet echt een gat, meer een oorbel die zijn hele oorlel uitrekte, enge dingen vind ik dat, ik vond mijn eigen oorpiercings meer dan genoeg.

'Ik snap je niet,' zei de man, nog steeds aan zijn oor zittend.

'Weet je dat zeker?' vroeg Killian. Een zweetdruppel liep over het voorhoofd van de man.

'Ja, waar heb je het over? Dood en zielverslinders? Ondoden?' Hij keek hulpeloos naar de meiden aan de tafel die hem allemaal met opgetrokken wenkbrauwen aankeken.

'Dus je zegt nu dat je ook niks over die moorden weet?'

'Ja!'

'Als ik het niet wist,' zei de bloedrood harige en glimlachte voldaan. De man zijn hopeloze blik veranderde opeens in die van haat.

'Krijgers!' schreeuwde hij. Rea, Killian, de demonen en ik sprongen in de vechthouding. De man lachte maniakaal. 'Ow, ik had het kunnen weten!' gierde hij. 'Meester Dood durf zelf niet te komen dus stuurt hij zijn zielige leerlingen maar!' De muziek stopte en ik hoorde mensen gillen. Ik draaide me synchroon met Yee om en samen zagen we het meest lelijke monster van de draaitafel afglijden. Voor de snelle beschrijving, het leek op een hoop stront met een paar ogen en tien uitstekende babyhandjes. Als je het wilt weten, dat ding stonk naar het riool, het was niet te harden!

'Wie noem jij zielige leerlingen?!' schreeuwde Rea woedend naar de man waarvan zijn gezicht langzaam begon te vervormen.

'O, als dat niet de van bloed kostende minst getalenteerde vrouwelijke en dromende leerling is!' lachte het ding, want het leek niet meer op een man. Zijn gezicht was van zijn hoofd gegleden en lag nu aan een sliert modder? Eerder poep, op de grond.

'Hey, praat niet zo over haar!' zei Rea's demoon.

'Ah, lief hoor. Daar hebben we haar demoontje!' Ik begon me af te vragen hoe het ding überhaupt nog kon praten nu zijn gezicht met zijn neus naar de grond gericht op de grond lag. 'Lieve Dea, Dea en Rea, mooi stel toch? Ach Dea toch... Nog steeds geen engel neergehaald?' Dea balde haar vuisten en haar ogen begonnen verticaal te scheuren.

'Hou op met je gepraat monster,' zei Killian kalm terwijl hij zijn pistool op het ding richtte. Zijn twee demonen hadden zich als twee zwarte vleugels op zijn rug vast geklemd.

'O, wat een eer!' zei het monster. 'Maar je zou toch moeten weten wat voor een monster ik ben? Of heb je vals gespeeld bij het doorlatingsexamen?'

'Hou je bek nou maar gewoon en vecht!' Killians ogen versmalde.

'O my, word ik nu uitgedaagd door een van de "beste" zesdejaars van De Dood?'

'Ja, dus houd je stinkende kop maar gewoon.' Killian haalde de trekker over en een gouden kogel schoot door het lijf van het monster heen. Het feest was begonnen...

Leerling van De Dood [OUD]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu