28. Een oude liefde

591 75 37
                                    

'Huh? Maar wacht even, wat?' Verbaast keek ik haar aan. 'Hoe doe je dat?'

'Oké, goed opletten,' zei ze lachend en keek mij serieus aan. 'Eerst pak je je ooglid bij je wimpers vast.'

'Euhm, oké,' zei ik en deed haar na.

'Dan duw je je vinger erin en flap je het zo...' Ze stopte haar vinger in haar omhoog getrokken ooglid en klapte het dubbel.

'Wow,' zei ik terwijl ik niet verder kwam dan mijn ooglid omhoog doen.

'En dan nu de andere,' zei ze vrolijk toen ze een omgeklapt ooglid boven haar iris had zitten.

'Wat?!' riep ik vol verbazing uit toen haar beide oogleden gewoon bleven zitten. 'Het is zo eng en fascinerend tegelijkertijd.'

'Jup, maar arhg.' Ze knipperde een paar keer met haar ogen en haar oogleden schoten weer goed. 'Het gaat wel branden joh.' Ik begon te lachen en ze lachte vrolijk mee. 'But, it was worth it! '

'Zekers, alleen jammer dat ik het niet kan,' zei ik teleurstellend.

'Ja, je kan niet alles hebben. Gewoon veel oefenen.'

'Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Dat jij nou zulke soepele oogleden hebt, Linde.'

Ja, je hoort het goed, Linde. De Dood, de enige die me op dat moment niet haatte in de kerkers, had ervoor gezorgd dat ik samen met haar in de werkgroep ben komen te zitten. Ik deed dus een project met haar en een paar andere sukkels. Daardoor kon ik plan B verder in werking stellen. Maar dat kriebelende gevoel in mijn nek was moeilijk weg te denken wanneer er steeds een beschermengel je met samengeknepen ogen aan het volgen was...

'Dat jij nou geen soepele oogleden hebt, Nick,' kaatste ze terug maar stopte met lachen toe ik opeens stil stond. 'Nick? Wat is er?' vroeg ze terwijl ik in de verte staarde.

'Hm?'

'Waarom sta je stil?'

'Nou ik dacht...' begon ik en zag dat naar wat ik aan het staren was mijn kant op kwam.

'Nick?' Linde legde een hand op mijn arm en draaide me naar haar toe. 'Wat dacht je?'

'Dat ik iemand herkende, van heel lang geleden...' Linde lachte.

'Wil je naar die iemand toelopen?' vroeg ze.

'Ik weet het niet,' zei ik twijfelend, maar de iemand had mij nu gezien en ik kon mijn naam uit zijn mond horen komen.

'Nick.'

'Erzo.'

Er viel een stilte waarin we elkaar van een afstand aanstaarde. Ik kon het niet geloven, hij herinnerde me, na al die jaren. Een paar staar seconden later kwam hij langzaam naar mij toegelopen en de herinneringen van hem schoten door mijn hoofd het moment dat ik in zijn bruine ogen keek. De koffiebar, zijn warrige haar, die verloren blik en hoe toen de zon op zijn perfect lichtbruine huid viel...
Uiteindelijk stond hij voor me en keek iets omhoog. Hij was oud geworden...

'Nick,' zei hij met een lach. 'Je bent geen spat veranderd.' Ik glimlachte.

'Sorry,' zei ik en voelde een vreemde steek in mijn hart. 'Jij jammer genoeg wel, ik herkende je bijna niet.' Erzo lachte.

'Ja, dat gebeurt welk eens. En wie is dit?' vroeg hij.

'Ha, juist. Dit is Linde, een vriendin van mij. Linde dit is Erzo, een oude vriend van mij.' Linde knikte en schudde Erzo's hand.

'Maar dit is waar je uiteindelijk geëindigd bent?' vroeg Erzo aan mij, duidelijk op geen enkele wijze geïnteresseerd in Linde.

'Ja, Nederland... Wat doe jij eigenlijk hier?'

Leerling van De Dood [OUD]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu