Hoofdstuk 20

60 0 0
                                    

Ze loopt zo langs me op, ze kijkt me niet eens aan. Maar in alles lijkt ze op Laura. Haar haren: lang, krullend en blond. Haar gezicht: serieus, maar sympathiek. Ze is ook even lang en ze heeft hetzelfde figuur. Ze is al snel weer weg, ik vang maar een glimp op van haar gezicht.

Ik staar haar na. Niet hyperventileren.

Niet hyperventileren, please.

Niet nu.

Niet hier.

'Jill, kom!' zeggen Ryan en Quinn. Ze staan een eindje verderop en kijken me aan.

'Ik kom eraan,' zeg ik beduusd.

Hoe kan Laura hier zijn? Laura is dood. Het kan Laura niet zijn. Maar waarom lijkt ze er dan zo op?

In alles, alles lijkt ze op Laura. Het moet haar wel zijn. Maar ze is dood!

Het valt zelfs mezelf op dat ik stil ben. In de hoop dat Quinn en Ryan niks opmerken, stel ik voor om naar de Arc de Triomphe te gaan. Die staat helemaal aan het einde van de Champs-Élysées.

'Goed idee, en dan kunnen we daarna misschien bij de Mac Donalds gaan eten,' zegt Quinn.

'Geld besparen,' grinnikt Ryan.

Ik probeer te lachen. We lopen richting de Arc de Triomphe, en gaan in de tussentijd nog wat winkels in. Een grote autoshowroom, voor Ryan en Quinn. Een grote Chanelwinkel, voor mij. Niet dat ik iets koop, gewoon voor de lol.

Even later staan we een stuk voor de Arc de Triomphe. Een heel stuk ervoor, want eromheen rijden natuurlijk auto's. We maken wat foto's en gaan dan naar de Mac. Er staan allerlei zelfbedieningsschermen, die allemaal bezet zijn. Het is druk, en de winkel is best smal.

We gaan in de rij staan voor een van de schermen, de rij daarvoor is korter dan de rij waar je gewoon mondeling kunt bestellen.

Na 5 minuutjes zijn we aan de beurt. We zetten het ding in het Nederlands. Of nou ja, iets wat erop lijkt. Sommige dingen staan gewoon nog in het Frans en er klopt niet veel van de grammatica en spelling. Ach ja.

Ik bestel een medium friet, fritessaus en een Oreo- McFlurry. Die McFlurry lijkt me echt lekker, in Nederland hebben ze die helaas niet. We krijgen een nummertje en we gaan in de rij staan waar je het eten op kunt halen. Ze roepen telkens een nummer om, en die moet je dan komen halen. Wij hebben nummer 581.

'Cinq cent quatre-vingt et un!' roepen ze na een tijdje.

Ik schrik op. Dat is ons nummer. Ik loop naar de balie en pak ons dienblad.

'Quinn, pak die andere!' schreeuw ik naar hem. Het is echt heel druk, een paar mensen lopen tegen me aan en ik doe mijn best om het dienblad niet te laten vallen. Hij pakt het tweede dienblad, en we lopen de trap op. Boven is het ook heel druk, maar wel iets minder. We vinden een tafeltje en ploffen neer op de bank.

'Eet smakelijk!' zeg ik.

Ryan en Quinn herhalen het en beginnen aan hun menu's.

Laura, zegt een stemmetje in mijn hoofd.

Nadat we ons eten op hebben en nog wat winkeltjes in zijn geweest, is het tijd om terug te gaan naar het gastgezin. Ik snap nog steeds geen donder van het metrosysteem, maar Quinn gelukkig wel.

Het station waar we uitstappen, is heel druk. De uitgang waar we er deze ochtend ook in gingen is wel heel dicht bij dit perron. We lopen richting het huis, ook al weten we het adres niet eens. Gelukkig weten we hoe de wijk eruit ziet, en herkennen we de enorme auto.

We bellen aan, en de tiener, Emilie, doet open.

'Salut!' zegt ze.

Ik glimlach naar haar, en we lopen naar binnen. Nicole zit in de woonkamer achter haar laptop, en ze kijkt meteen lachend op.

'Vous avez déjà mangé?' vraagt ze.

'Oui,' zegt Quinn.

'Demain matin, vous pouvez manger ici, si vous voulez,' zegt ze dan. Ik glimlach. Leuk ! morgen mogen we bij ze dineren!

Na een tijdje kletsen met Nicole en Emilie, gaan we naar boven. Pascal was er niet. Ik ga naar de badkamer, zeg tegen Quinn en Ryan dat ik ga douchen en doe de deur op slot. Gewoon, just to be sure.

Ik kleed me uit, zet de douche aan en pak in de tijd die hij nodig heeft om warm te worden douchegel en shampoo. Daarna stap ik onder de douche, en laat ik het warme water over me heen stromen. Ik geef mezelf even de tijd om na te denken over wat ik heb gezien in de stad. Waarom zag ik Laura daar?

Die nacht slaap ik heel licht en onrustig. Ik word wakker van elk geluidje in de kamer, ook al is het gewoon Quinn of Ryan die mompelt in zijn slaap. En als ik dan toch slaap, droom ik over Laura. De ruzie, de truck, dood in bed, en nu in Parijs. De hele nacht spoken er vragen door mijn hoofd.

Waarom zag ik Laura?

Was het Laura?

Laura is dood, maar waarom was ze daar dan?

Was het iemand anders? Nee, dat kan niet. Ze had geen tweelingzus.

De volgende ochtend schrik ik wakker van een vogel die met zijn snavel tegen het raam aan tikt. Ik zucht, en werp een blik op de klok. Shit! Half elf, en om elf uur moeten we al bij de Notre Dame staan!

'Ryan, Quinn, wakker worden! We hebben nog maar een half uur, shit, shit, shit!' schreeuw ik terwijl ik ze door elkaar schud. Quinn en Ryan komen geïrriteerd overeind en mompelen wat scheldwoorden.

Ik pak snel een jurkje, schiet hem aan en ren naar de badkamer. Gelukkig heb ik al mijn make-up al uitgestald. Ik gooi wat water in mijn gezicht, goed genoeg voor vandaag. Ik heb niet alle tijd om mijn gezicht te reinigen en verzorgen. Ik smeer snel wat concealer op mijn oneffenheden, doe mascara op en stift mijn lippen in een dieprode kleur. Heel Frans, zeg ik tegen mezelf.

Als ik de badkamer uit kom, zijn Ryan en Quinn gelukkig al klaar. Ik schiet snel mijn bruine sandaaltjes aan, die leuk staan bij mijn crèmewitte jurk. We stormen de trap af, en vertellen snel dat we heel erg moeten opschieten omdat we inmiddels nog maar 20 minuten hebben tot we bij de Notre Dame moeten zijn. Nicole heeft gelukkig al een heel ontbijt uitgestald, en we smeren snel wat croissantjes en drinken onze jus d'orange.

Even later staan we in de metro. Hij zit bomvol, maar dat is niet nieuw. Over 8 minuten moeten we er zijn, hopelijk zijn we op tijd. Dan zie ik een bord hangen met de verwachte aankomsttijden bij de stations.

'Bij welk station moeten we uitstappen?' vraag ik.

'St- Michel Notre Dame,' zegt Ryan. Ik kijk weer naar het bord. Dat station is nog 6 minuten rijden, dus dan hebben we nog ongeveer 2 minuten om er heen te lopen. Of rennen.

'Station St- Michel Notre Dame,' zegt een robotachtige stem. We rennen snel het perron op, en zoeken naar een bordje die naar de uitgang wijst.

'Links!' zeg ik. We volgen de bordjes en zijn vrij snel buiten.

'Daar is de Notre Dame!' zegt Quinn. Ik kijk snel, en zie onze hele klas al staan. Nou ja, denk ik.

We rennen er snel naartoe, en krijgen een applaus van mevrouw La Jeune. 'Jullie zijn precies op tijd, het is nu precies 11 uur.'


StilteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu