p.o.v Carolien
'Caro' roept mijn zus, 'eten!'
'Kom eraan!'
Ik ren de trap af. 'Caro' zegt mijn grootvader, 'hou op. Straks val je nog.'
Ik rol met mijn ogen en ga aan tafel zitten. 'Rol je ogen niet naar me' sist hij.
'Het spijt me' zeg ik zacht.
Hij legt zijn hand op mijn hoofd en zegt: 'Het is je vergeven. Maar je weet dat ik dat haat.'
Ik knik. Mijn oma en zus zetten eten op tafel en we eten. Na het eten ga ik naar boven en lees mijn wolvenboek voor de zoveelste keer. Ik ken alles al uit mijn hoofd. Maar als ik niets herhaal vergeet ik het weer razendsnel. Mijn geheugen is best slecht eigenlijk.
Ik weet ook niet wat er met mijn ouders is gebeurd. Mijn zus wel en mijn grootouders natuurlijk ook. Ik was nog maar vier toen mijn ouders zijn verdwenen. Mijn zus was toen zeven. Ze droeg me helemaal naar het huis van onze grootouders. Ik weet alleen dat onze ouders ergens in het bos woonden.
Mijn grootouders hebben ons verder opgevoed. Ik ben nu zeventien en wordt over een maandje eindelijk achttien! Ik volg nu een opleiding diergedrag. Zoals wordt gezegd, daar bestuderen we dus het gedrag van dieren. En ik wil me gaan richten op wolven. Want ja, daar weet ik toch al alles van.
Lore komt binnen. 'Kloppen' zeg ik.
'Je leest toch alleen maar.'
Ik rol met mijn ogen. 'Wat wil je?'
'Opa zegt dat je morgen op onderzoek uit mag. Een vriend heeft een roedel wolven gezien. En ze liepen onze richting op.'
Ik kijk haar aan. 'Geweldig! En het mag van opa?!'
'Ja, als je maar wel voorzichtig bent en je mobiel aanhoudt! En ook je locatie. Zo kunnen we je terug vinden als je te laat thuis bent!'
'Jaja, ik weet het. Ik zal voorzichtig doen.'
'Mooi, dan zijn opa en oma gerust.'
Lore knikt. Haar blonde, korte haren dansen heen en weer. Haar felgroene ogen staan bezorgd. Ze is altijd al bezorgd geweest om me. Alleen maar omdat ik jonger ben en iets roekelozer ben dan zij. Ik neem geen blad voor de mond terwijl zij heel erg rustig en beleefd is. Mijn bijnaam van mijn grootouders is koppige Caro. En mijn zusje wordt ook wel stille Lore genoemd.
Mijn zus lijkt ook veel meer op mijn grootvader. Ook qua uiterlijk. Mijn grootvader heeft felgroene ogen. Hij heeft lichtgrijze haren en is breed gebouwd. Vroeger was hij heel gespierd heeft hij me verteld. Mijn oma lijkt meer op mij. Ze heeft haren tot aan haar schouders die vaak in een knot zit. Mijn oma heeft net als ik groene ogen. Mijn ogen zijn donkerder dan mijn zus haar ogen.
Ik weet niet hoe onze ouders eruit zagen. Dat hebben ze nooit verteld aan me. En ik heb er nooit naar gevraagd. Mijn grootouders worden iedere keer erg verdrietig als ik erover begin. Mijn zus kapt me daarom meestal af. Ze heeft me zoveel mogelijk verteld. Maar ook zij weet niet alles meer.
JE LEEST
The Wolf Girl
WerewolfCarolien weet alles van wolven. Hoe ze jagen. Hoe ze communiceren. En de hoe de rangen werken in een roedel. Maar wanneer ze 's nachts in het bos naar wolven gaat zoeken komt ze een roedel tegen die zich totaal niet gedragen als wolven. Wanneer ze m...