The Wolf Girl

*/* achttien */*

De rest van de rit zijn we stil. Maar het is geen ongemakkelijke stilte. We weten gewoon niet waar het over moeten hebben.

Als Wolff de auto geparkeerd heeft komt een vrouw van rond de vijftig aanlopen. Haar haar is lichtelijk grijs en ze heeft groene ogen. Ze is niet lang qua lengte, maar ook niet klein. Haar postuur is best slank eigenlijk. 'Alpha' zegt ze, 'we moeten echt praten over het dorpsfeest.'

'Weet ik' zegt Wolff, 'maar eerst wil ik dat je iemand ontmoet Liene.'

Hij legt zijn hand op mijn rug en zegt: 'Dit is Caro, mijn mate.'

'Luna' zegt ze terwijl ze haar hoofd buigt.

'Dit is Liene, de directrice van de dorpsschool.'

'Fijn om u te ontmoeten' zeg ik tegen haar.

'Wederzijds Luna' zegt ze, 'mag ik nu de Alpha even van u lenen.'

'We praten in mijn werkkamer' zegt Wolff.

Ze knikt en loopt achter ons het huis in. Meike en Feija komen aanlopen. 'Onze Luna is weer terug' zeggen ze blij.

Ik glimlach naar ze. 'Helpen jullie haar' vraagt Wolff, 'dan bespreek ik wat met Liene.'

Feija en Meike knikken. We lopen naar boven naar mijn kamer. 'We zijn echt blij dat je terug bent' zegt Feija, 'Wolff was afwezig toen je hier niet was.'

'Wel, ik ben blij om terug te zijn. Ik hield het thuis niet meer uit.'

'Waarom' vraagt meike.

'Iedereen probeerde me over te halen om Wolff af te wijzen. Alleen mijn grootmoeder snapte me.'

'Je woont bij je grootouders' vraagt Feija.

'Ja.'

'Waarom? Als we vragen mogen natuurlijk.'

'Mijn vader was een wolf, mijn moeder niet. Ze zijn gedood toen een andere roedel hun roedel aanviel. De hulp van de rest van de roedelleden kwam te laat. Mijn zus heeft mij mee kunnen nemen naar onze grootouders. Daar zijn we opgegroeid.'

'Oh. Weet je welke roedel ze bij hoorden?'

'Deze roedel' zeg ik.

Ze gapen me aan. 'Jouw vader was de gedode Bèta' vragen ze tegelijk.

Ik knik. 'Maar kunnen we nu mijn kleding op gaan ruimen' vraag ik.

'Tuurlijk' zegt Meike.

We ruimen alles op ook al is het stil. Daarna gaan we naar beneden en gaan in de woonkamer zitten. 'Wat gebeurd er bij het dorpsfeest' vraag ik.

'Wolff is dan jarig' zeggen ze.

'Daar moeten we iets voor bedenken' zegt Meike, 'je moet iets speciaals doen.'

'Wat dan' vraag ik.

Meike en Feija kijken elkaar aan. 'Iets voor in de avond' zegt Meike, 'als je daar klaar voor bent dan ten minste.'

'Ehm... weet ik niet.'

'We zien dan wel' zegt ze, 'maar we moeten sowieso met je uit shoppen voor een leuk jurkje.'

'Want dan denk ik dat Wolff je gaat voorstellen aan de rest van de roedel.'

'Moet ik daar bang voor zijn?'

'Nee' zeggen ze tegelijk, 'absoluut niet. Ze zullen blij zijn dat ze een Luna hebben. Jij betekent veel voor de roedel. Zonder jou kan Wolff ontsporen.'

'Oh, en wat als ik hem afwijs?'

'Dan zal hij liefdesverdriet hebben. Maar daar komt hij wel overheen als hij zijn volgende Luna vindt.'

'Oké.'

Wolff komt de woonkamer inlopen. 'Dus alles eindelijk besproken voor het dorpsfeest grote Alpha' vraagt Meike.

Wolff zucht en ploft naast mij neer. 'Dus wat hebben jullie gedaan' vraagt hij.

'Over het dorpsfeest' zeg ik, 'dat ze moeten gaan shoppen met me.'

'Deal, en ik betaal.'

'Nee' zeg ik snel, 'dat doe je niet!'

'Dat doe ik wel, jij bent nu bij mij. Dus ik betaal voor je.'

Ik zucht. 'Ga je me ooit zelf laten betalen?'

'Nope.' 

Ik zucht en kijk die andere twee aan. 'Doet hij altijd zo' vraag ik.

'Ja' zeggen ze, 'dat doet hij inderdaad altijd.'

'Raak je eraan gewend?'

'Dan verzint hij wel weer iets nieuws' zegt Feija.

'Hebben jullie niets anders te doen' vraagt Wolff.

'We moeten boodschappen doen' zegt Meike, 'dus ja.'

Ze staan op. 'Jullie eten mee vanavond?'

Wolff kijkt even naar mij. Ik knik. 'Gezellig.'

Ze glimlachen en gaan weg. Ik kijk Wolff aan. 'Mag ik wat vragen aan je' vraag ik.

'Wat wil je vragen kitten?'

'Wat moet ik doen als Luna?'

'Dat komt later kitten. Eerst zorg ik dat we elkaar iets beter leren kennen. En dat ik laat zien wat je kan als je het mate proces voltooid.'

Ik knik. 'Wil je iets van me weten?'

'Leven je ouders nog?'

'Ja, als je wil zal ik je morgen aan hen voorstellen.'

'Lijkt me gezellig. Hoe zullen ze reageren?'

'Dat zien we morgen wel.'