p.o.v Carolien
Het is een maand geleden dat Wolff me thuis heeft gebracht. En ik ben bijna mijn kamer niet uit geweest. Mijn grootvader en zus wilden me ompraten zodat ik niet terug ga naar Wolff. Maar ik wil het echt een kans geven!
Ik ben een keer boos op ze geworden en sindsdien kom ik mijn kamer niet meer uit. Niemand mag er meer in behalve mijn oma. Zij is de enigste die me begrijpt. Ze snapt dat ik het een kans wil geven. Ik ben een half wolf en ik heb mijn mate nodig.
Ik mis Wolff. Ook al was hij opvliegerig, hij was aardig tegen me en heeft me goed behandeld. Hij heeft geen gekke dingen geprobeerd ook al zou niemand me helpen als hij iets deed.
Op dit moment heb ik mijn mobiel in mijn handen. Niemand is thuis, dus ik ga Wolff vragen om me te komen halen. Dan kan niemand me tegenhouden.
Ik verzamel al mijn moed en druk op zijn nummer. Hij gaat twee keer over voordat er opgenomen wordt. 'Ja' hoor ik iemand zuchten.
'Wolff' vraag ik voorzichtig.
'Caro? Hey, hoe gaat het?'
Hij klinkt een stuk opgewekter nu. 'Goed' zeg ik 'met jou?'
'Zijn gangetje.'
Ik hoor wat mensen grinniken op de achtergrond. Zit hij in een vergadering? Want dan bel ik later wel weer terug. 'Zit je in een vergadering' vraag ik dus maar.
'Eigenlijk wel, maar die wilde ik net gaan afronden.'
Ik hoor geschuifel en ergens een deur. Waarschijnlijk is iedereen weggegaan. Ik vraag me af wat ze bespreken bij zo'n vergadering? 'Ik wil het een kans geven Wolff' zeg ik, 'kun je me ophalen?'
'Natuurlijk kitten. Ik ben over iets meer dan een kwartier bij je. Neem een koffer met kleding mee, de rest heb ik voor je.'
'Oké, tot zo.'
'Tot zo kitten.'
Hij hangt op waardoor ik opgelucht adem haal. Gelukkig nam hij op, want ik had het hier niet langer uitgehouden. Ik pak mijn tas met kleding en loop naar beneden. Ik pak een notitieblok en begin aan een briefje naar mijn grootouders en zus.
Lieve opa, oma en Lore,
wees alsjeblieft niet ongerust over mij. Ik houd van jullie, maar ik wil het proberen met Wolff. Hij heeft me goed behandeld. Ik zal contact houden met jullie. Maar ik werd een beetje gek dat jullie me om wilden praten. Ik denk dat Wolff en ik goed bij elkaar passen dus daarom ga ik naar hem toe. Als het niet werkt, dan hoop ik dat ik hier toch weer welkom ben.
liefs Caro
Ik plak het briefje op de tussendeur en kijk naar buiten. Als ik Wolff's auto zie loop ik naar buiten. Hij stapt uit en glimlacht naar me. 'Hey' zegt hij.
'Hey, bedankt voor het halen.'
'Geen probleem. Is er iemand thuis?'
'Nee, daarom belde ik je juist.'
'Moeten we dan niet op ze wachten?'
Waarom probeert hij dit? Wil hij me niet meer? Heeft hij een andere Luna gekozen? 'Nee' zeg ik, 'ik wil gaan Wolff.'
'Oké, geef mij je koffer maar.'
Ik schud mijn hoofd en loop naar de auto. Ik leg de koffer achterin en stap in. Wolff sluit de bijrijdersdeur en gaat achter het stuur zitten. 'Ready' vraagt hij.
'Ready' zeg ik zacht.
Hij start de auto en rijd weg. Ik kijk naar buiten. We zijn stil tot ik opeens zeg: 'Sorry nog dat ik belde tijdens je vergadering.'
'Dat geeft niet' zegt hij, 'ik was er toch niet echt bij met mijn gedachten.'
'Kwam dat door mij?'
Hij glimlacht. 'Eigenlijk wel ja.'
Hij kijkt me even aan. 'Ik ben blij dat je me gebeld heb.'
'Ik ben blij dat ik gebeld heb.'
Hij grinnikt en zegt: 'Als we bij het dorp zijn moet ik nog wel wat regelen. Meike en Feija zullen helpen om je spullen op te ruimen.'
'Oké.'

JE LEEST
The Wolf Girl
Manusia SerigalaCarolien weet alles van wolven. Hoe ze jagen. Hoe ze communiceren. En de hoe de rangen werken in een roedel. Maar wanneer ze 's nachts in het bos naar wolven gaat zoeken komt ze een roedel tegen die zich totaal niet gedragen als wolven. Wanneer ze m...