Ik doe een stap achteruit. 'Wat ben je' vraag ik.
'Mijn naam is-'
'Ik vroeg niet naar je naam' zeg ik snel, 'ik vroeg wat je bent. Je gromt en je oogkleur veranderd.'
Hij loopt boos op me af en ik ren weg. Buiten kan hij me inhalen en meeslepen naar zijn huis. Ik probeer los te komen maar hij is veel te sterk. Hij gooit me in de kamer waar ik wakker werd gisteren. 'Hou op met die vragen' gromt hij.
'Wat ben je' vraag ik terwijl ik wegkruip van hem.
'Ik ben Wolff.'
'Dat is je naam! Wat ben je?!'
Hij gromt en pakt mijn been beet. Daar trekt hij aan zodat ik op mijn rug val. Hij buigt over me heen en gromt naar me. Deze keer zijn zijn ogen zwart van kleur. 'Het enigste wat je op dit moment moet weten is dat je hier nog wel even blijft' gromt hij.
'Wat' vraag ik bang.
'Wanneer word je achttien?'
'Waarom zou ik je dat vertellen' gil ik.
'Omdat ik je anders helemaal niet laat gaan!'
Ik twijfel heel even. Maar als hij zijn wenkbrouwen optrekt zeg ik het toch maar. 'Over een maand.'
'Mooi, dan blijf je hier dus nog een maand.'
'Nee!'
Hij staat op en loopt naar de deur. 'Als je probeert te ontsnappen sluit ik je op in een cel.'
Hij blijft stilstaan in de deuropening. 'Ben ik duidelijk?'
Ik zwijg. Hij draait zich om. 'Duidelijk' gromt hij kwaad.
'Ja' fluister ik.
Hij knikt kort en gaat weg. Hoe kan hij me gehoord hebben? Ik fluisterde het echt super zacht.
Nog een bewijs dat hij geen mens is. Maar wat is hij dan wel?! Een demon? Een tovenaar? Een vampier?
Nee, dat bestaat allemaal niet. Maar wat is hij dan wel?!
Maar nu heb ik een groter probleem. Ontsnappen! Ik moet terug naar mijn grootouders en zusje. Ze zijn vast heel ongerust. Maar als hij mijn mobiel nog steeds aanheeft zullen ze me binnen no time kunnen vinden. Want mijn gps staat aan.
Na een eeuwigheid komt één van de meisjes de kamer in. 'Je hebt hem goed boos gemaakt' zegt ze.
Haar lange haren zijn bruin van kleur en haar ogen zijn amberkleurig. Ze draagt een spijkerbroek met een normaal shirt. 'Wie ben je' vraag ik.
'Ik ben Meike, Lennerts jongere zus.'
'Wat bedoel je met goed boos gemaakt?'
'Wolff wordt niet vaak zo boos. Maar jij hebt hem goed opgefokt.'
'Kun jij wel antwoord geven op mijn vraag.'
'Wat is die vraag?'
'Wat is hij? Hij gromde naar me en zijn oogkleur veranderd steeds.'
Ze zucht diep. 'Nee, die vraag kan ik niet beantwoorden. Dat heeft hij me verboden.'
Ik zucht en kijk uit het raam. 'Wanneer laat hij me wel gaan?'
'Als je achttien bent. Hij wil iets controleren laten we maar zeggen.'
Ik kijk haar aan. 'Wat wil hij controleren?'
'Of je net zoals ons bent.'
'Nou ik grom niet en volgens mij veranderd mijn oogkleur ook niet!'
'Dat heeft niet iedereen. Ik grom bijna nooit en mijn oogkleur veranderd ook niet zo vaak.'
'Dus jouw oogkleur veranderd ook?'
'Ja, en die van mijn broer ook. En die van zijn vriendin ook.'
'Kun je hem halen?'
'Je wil met Wolff praten?'
Ik knik. 'Dat lijkt me geen goed idee lieve schat' zegt ze, 'niet nu in ieder geval. Wacht tot na het avondeten.'
'Dus ik moet me hier tot die tijd blijven vervelen?'
'Ik kan bij je blijven als je dat wil.'
'Oké.'
'Maar, ik kan geen vragen beantwoorden voor je. Dat heeft Wolff me verboden.'
'Oké.'
Ze sluit de deur en gaat op het bed zitten. 'Dus wat is je naam?'
'Carolien.'
'En hoe oud ben je?'
'Zeventien, over een maand wordt ik achttien.'
'Aha, daarom houd hij je dus hier.'
'En hoe oud ben jij?'
'Achttien. Net een paar weken.'
'En hoe oud is Wolff?'
'Hij is twintig. Over een tijdje is zijn verjaardag weer.'
'Waarom noemde je hem Alpha?'
'Dat is een vraag die ik niet mag beantwoorden.'
Ik zucht en zo gaat dat de rest van de dag door. Ik probeer haar te laten antwoorden maar dat lukt echt niet jammer genoeg. Ik wil antwoorden!

JE LEEST
The Wolf Girl
Hombres LoboCarolien weet alles van wolven. Hoe ze jagen. Hoe ze communiceren. En de hoe de rangen werken in een roedel. Maar wanneer ze 's nachts in het bos naar wolven gaat zoeken komt ze een roedel tegen die zich totaal niet gedragen als wolven. Wanneer ze m...