James draait de wagen op de parkeerplek. "Ben je oké?"
Matt kijkt hem aan. Zijn ogen zijn bloeddoorlopen en vermoeid legt hij zijn hoofd weer terug tegen het raam aan. Matthyas was gesloopt door de operatie. Hij kon het niet anders omschrijven.
"Hey het komt goed schat," fluistert James als hij zijn hand geruststellend op Matthyas zijn dijbeen legt. "Kom ik help je naar binnen schat."
Zuchtend ontdoet hij de gordel van zijn vriend en kijkt naar het raam. Hij hoopte dat er iemand thuis zou zijn om zijn vriend op te vangen. Iemand die hem bij kon staan wanneer hij misselijk werd. Weg zou vallen. Zoveel pijn had dat hij het niet meer recht kon breien.
James gooit de rugzakzak van Matthyas op zijn rug. Hij had nog geen voordeur open horen gaan. Er miste ook één auto dus wellicht dat er niemand thuis was. Hij hoopte dan maar op Raoul, die vandaag vakantie had gekregen van zijn opleiding. Datzelfde was het geval voor Lieke en James. Ze hadden nu vakantie en zouden eigenlijk met zijn vieren gaan eten. Mocht het vandaag goed gaan met Matthyas, dan zouden ze het nog kunnen overwegen maar hoe de man er nu bij loopt, gaat hij ervanuit dat er afgebeld kan worden.
"Kom maat," probeert James weeral als hij zijn armen onder Matt zijn oksels haakt. De jongen was op. Hij was niet meer de jongen die hij was. Al het leven was ondertussen uit hem gezogen. Het gewicht in James zijn armen nam toe en gefrustreerd gaat hij weer terug richting de bijrijdersstoel.
Daar laat hij zijn vriend effectief weer op rusten. Weer was hij het bewustzijn verloren. Weer door de pijn en alle prikkels die hij te voorduren had. Zijn mentor maakte zich grote zorgen om de jongen en had met James afgesproken dat hij hem op de hoogte zou houden. Mocht de man nog sneller achteruit gaan, dan zou hij weer contact moeten zoeken met de man.
"Kom Matthyas," roept James luidt als hij zijn hand op Matt zijn borstkast legt om de ademhaling bij te houden, "open je ogen maar vriend. Ik weet dat je het kan!"
Ergens in de verte hoort James een scooter die steeds dichter en dichter tot hun komt. Hoopvol was hij dat het Raoul was. Hij had de student namelijk laten weten dat zijn beste vriend weer naar huis mocht.
"Hey!"
Een bekende roep en een afgesloten motor klinkt als muziek in de oren van James. Hij stond er niet meer alleen voor en kon Matthyas samen met Raoul hem richting de woonkamer te brengen. James zit nog gehurkt voor zijn eigen autodeur en Roel merkt dat er iets aan de hand is. "Oww is hij weer out?"
Raoul heeft zijn helm nog in zijn armen als hij naar de man kijkt die knikt. Zijn ogen blijven vastgeplakt aan Matthyas. De jongen om wie hij zich zo onwijs veel zorgen maakte dat het niet gezond meer was.
"Wacht ik open de deur wel voor je, dan kan je hem naar binnen dragen." Raoul snelt naar de voordeur en ontdoet deze van het slot. James haalde ondertussen de jongen uit de wagen. Nog als een lappenpop lag hij in zijn armen. "Kom op maatje."
James merkt dat hij gefrustreerd raakt over het feit dat de jongen nog steeds bewusteloos is. Het was niet de eerste keer vandaag. "Moet ik je helpen of?" Raoul houdt de tussendeur open terwijl hij bezorgd kijkt naar de jongen in James zijn armen. Hoe de fuck hebben ze deze man uit het ziekenhuis laten gaan? James legt hem op de bank en kijkt zuchtend naar Raoul. "Jij vroeg?"
Raoul lacht een beetje als hij plaatsneemt op de bankleuning. De bankleuning waar twee dagen eerder een heus mirakel gebeurde. "Of ik je kon helpen. Medicatie?" Twijfelend knikt James en ontdoet zijn vriend van de spijkerbroek die hij aan had getrokken. Hij moest hem net boven zijn broekrand plaatsen.
Raoul komt terug met de injectie en een emmer. Men had ondertussen wel geleerd dat Matthyas over zou gaan geven wanneer hij de injectie in zijn buik zou krijgen. "Hier ik heb alles voor je gepakt," kondigt hij aan, "zal ik hem snel zetten? Dan kan jij hem geruststellen." James vond het een prima idee en draaide de jongen alvast op zijn zij. Een emmer hield hij onder de kin van zijn geliefde.
JE LEEST
thuis
FanfictionHet achtte van het onoverwinnelijke neemt bij een ieder zijn tol. Na alles wat ze hebben doorstaan weten ze nog niet dat het ergste nog moet komen. Nieuwe huisplaatsingen, een andere begeleiders, nieuwe mensen. Waar Matt en Roel op een andere plek h...