hoofdstuk 62 - bijkletsen

810 36 20
                                    

De rit terug duurde ongeveer anderhalf uur. Ze hadden dus de tijd om bij te kletsen en konden in de tussentijd ook Jonathan aanhoren die de vervolgstappen uit zou leggen.

Dit betekende ook dat ze nog maar negentig minuten waren verwijderd van hun oudste broer.

De oudste die momenteel nog voor pampus lag en vooral bezig was met bij komen van zijn aanvallen.

In totaal had hij vier maal een koortsstuip gehad en Frank heeft meerdere keren op het punt gestaan om de arts terug te bellen en hem op te laten nemen in het dichtstbijzijnde ziekenhuis.

Frank wist dus ook niet hoe de man ging reageren op de plotselinge terugkeer van zijn broers.

Matt had op dit moment behoefte aan zijn vriend. De jongen die op vakantie was gegaan met zijn ouders en zussen. Hij was op de hoogte gesteld door Frank en had ook op het punt gestaan om hun kant op te komen.

Nu ligt de jongen een beetje duf op het bed van Frank. Zijn koorts was 39 half en beetje bij beetje begon er fut in zijn lichaam te komen.

Frank was ondertussen afgelost door Robbie die wel bij Matthyas wilde blijven. Die jongen heeft vooral veel gekletst met de ziekere jonge op het bed.

Nu liggen ze beide een serie te kijken. Feuten. "Ben blij dat jij niet bij het corps zit," lacht Rob als Matt weer een lading medicatie binnen giet.

Matt lacht ook, "zie je mij al gaan? Nee ik zou dat niet kunnen. Ik ben daar te gevoelig voor denk ik."

Zelfs Milo zou een studentenontgroening ordinair en vervelend vinden.

Rob lacht ook zacht maar het lachen vergaat hem snel als hij weer naar de overkant van het bed gaat. Hij pakt snel de emmer en houdt deze onder Matt zijn kin.

Er zit echt helemaal niks meer in de jongen, maar toch moest hij weer al zijn voedingsstoffen uit zijn lijf gooien.

Matt schudt zijn hoofd als hij enige tijd boven de emmer hangt en in een hoestbui beland. Nu pakt de jongen wat zakdoeken en veegt Matt zijn mond schoon.

Rob zucht zacht en als hij het weg wilt gooien, merkt hij de rode substantie op die op de zakdoeken zit.

"Ehm Matt ik ben zo terug oké." Nog voordat Matt tegen kan spreken rent de jongen al uit de kamer. Dit was niet goed. Alles behalve zelfs. Welke debiel hoest er nu weer bloed op?

Rob ziet zijn begeleider op het bordes met zijn zoontje tussen zijn benen. Ze waren een theefeest aan het houden en Noud wilde het graag een keer met zijn vader en al zijn knuffels vieren. Hij was nog even bij Matthyas geweest om er zeker van te zijn dat hij oké was.

Lieke zat samen met Raoul en Koen op het bordes. Ze waren een spel aan het spelen en glimlachen zacht als ze

"Frank heb je een momentje?" Aan de stem van Rob hoorde Frank dat er iets was maar dat het niet hier besproken kon worden.

Frank, die nog altijd met zijn rug richting Robbie zit, knikt zacht. Lieke kijkt ook op en Rob wenkt ook haar mee.

Hij laat ze de zakdoeken zien en dan ontgaat de paniek bij Frank hem niet. Lieke lijkt er vrij rustig onder en lacht zelfs zacht. "Moest hij hoesten of?"

Rob kijkt haar aan en knikt. "Ja hij moest eerst overgeven maar er kwam niks uit en toen moest hij hoesten en daardoor sta ik dus nu met twee bebloede zakdoeken."

Lieke knikt, "zijn keel is gewoon helemaal kapot door het overgeven en hoesten. Het is heel normaal maar ik snap dat je ervan bent geschrokken. Zal ik even kijken bij hem om zeker te zijn."

Nog voordat Rob de kans krijgt om te knikken heeft Frank al geantwoord dat hem dat wel erg gerust zou stellen als Lieke dat wilde doen.

Lieke loopt richting de kamer waar Rob net uit was gekomen. Even staan beide recht tegenover elkaar. "Rob?"

Robbie knikt als hij zijn begeleider aankijkt. "Rob denk je dat Matt in staat is om nog nieuws te ontvangen vandaag?"

Meteen schudt de jongen zijn hoofd. "Dan kan je hem naar het ziekenhuis afvoeren. Hoezo? Wat is er aan de hand Frank? Waar zijn Jona en Jaïr trouwens?"

Frank zucht als hij zijn hand op Rob zijn schouder legt. "Jesse en Ezra ophalen. Ze zijn veilig Rob maar niemand weet nog van iets. Hoe gaan we dit met Matthyas doen?"

Er gloort hoop in Rob zijn lichaam. Dit is fantastisch nieuws in elk geval. "We vertellen hem niks," lacht Rob zacht, "we zien wel hoe hij het op zich neemt en als hij neer valt dan valt hij neer. Het gaat ons allemaal wel lukken!"


Sam zit in haar rolstoel. Milo houdt het racket samen met haar handen vast. Aan de andere kant stond Rosa met Milo zijn racket. 

"Oké dus we slaan alleen terug Sammie. Ik rol jou en jij slaat terug." 

Sam knikt en kijkt naar de bal die op haar afkomt. Ze ziet de bal aankomen maar dan slaat ze volledig mis. Gefrustreerd kijkt ze Milo aan. Het was een klein balletje ten opzichte van haar racket. 

"Lukt niet." 

Milo hurkt zich neer en houdt even zijn hand omhoog naar Rosa om te stoppen. Hij laat het meisje hem aankijken. Hij moest binnen dringen bij het kleinere meisje. Ze kon niet alles in één keer doen. Ze kon het niet altijd goed doen. Soms moet ze een foutje maken.

"Lieverd," zucht Milo als hij het racket even laat zakken, "soms kunnen we niet alles in één keer goed doen. Soms moet je een paar dingetjes leren. Kan jij al vloeiend Spaans voordat je begint aan Spaans op school."

Sam kijkt hem vervreemd aan. Tuurlijk kon ze Spaans. Hallo.

"Holá senior Milo, yo tengo una pregunta. Dondé esta el padel?"

Milo grinnikt als hij haar aankijkt. "Oké touché Sam. Maar geloof me meisje. Ikm heb uren en uren moeten trainen voordat ik dit kon. Morgen gaan we gewoon weer oké. Nu gaan we lekker naar huis en wellicht nemen we onderweg wel even een ijsco."

Sam knikt gelukkiger en rolt alvast richting de uitgang. Op die manier kon Milo niet meer terug van zijn belofte om een ijsje te halen. Ze had hem al helemaal uitgekozen in haar hoofd. 

Als ze eindelijk hun ijsje hebben en terug gaan naar de tent, worden ze ingehaald door de auto van Jonathan. Milo kijkt verbaasd de auto na. Er waren toch maar twee mensen vertrokken met die wagen? Waarom zitten er nu ineens vier mensen in de auto.

Dan lijkt het kwartje te vallen en vullen zijn ogen met tranen. Ze waren terug. Jesse. Ezra. Jaïr. Matthyas. Ze waren weer met zijn viertjes. 

In de bungalow kreeg ook Frank hoogte van de aankomst. Hij wilde ze naar de kamer van hun broer begeleiden dadelijk. 

Raoul, Koen en Lieke kijken verbaasd naar de auto wanneer er twee achterdeuren opengaan. Er vliegen twee meteen omhoog want ze zien er twee die ze dachten nooit meer te zien. "Omg," komt er zacht uit bij Koen, "jullie zijn er!"

Jesse en Ezra vallen in de armen van beide heren. Jonathan en Frank kijken toe naar het tafareel.

"Matt?" Ezra kijkt om zich heen waar zijn oudere broer was. Hij kon hem niet vinden en vreesde voor het ergste.

Jonathan wenkt ze mee en ze lopen richting de kamer. "Matt is niet fit maar kijk maar." Als de deur opengaat, rent Ezra meteen de kamer in. Matthyas kijkt op zijn telefoon en valt huilend in de armen van zijn broers. Ze waren weer compleet. Ze waren bij elkaar.

thuisWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu