Hoofdstuk 25

564 10 2
                                    

Sophie's pov

'sophie' hoor ik ver weg. gelijk daarna voel ik louis' lippen op mijn voorhoofd. voorzichtig open ik mijn ogen. 'hey cupcake' zegt hij met een ochtendstem. 'cupcake?' zeg ik lachend. 'jupp' zegt hij glimlachend. ik geef hem een kus en stap dan uit bed. 'vandaag gaan we hier weer weg' zeg ik zuchtend. 'ja helaas wel. ik hoop dat de volgende plek ook zo mooi is' zegt hij ook licht geirriteerd. 'kom je? dan gaan we ontbijt maken.' zeg ik. hij stapt uit bed en pakt mijn hand. samen lopen we naar beneden, er is verder nog niemand. 'wat zullen we maken?' vraag ik aan hem. 'pannekoeken?' zegt hij terwijl hij een pak tevoorschijnhaalt. ik glimlach zwakjes. samen maken we het beslag en verder doen we het precies als de laatste keer dat ik met mijn moeder ging bakken. ik moet veel moeite doen om mijn tranen binnen te houden 'wat is er? je lijkt zo verdrietig' zegt louis terwijl hij mijn gezicht met twee handen vastpakt. ik haal mijn schouders op en ga verder met de pannekoeken. 'auw' gil ik als mijn hand tegen de hete kant van de pan stoot. 'sophie die pannekoeken kunnen wel wachten wat is er nou aan de hand?' zegt hij bezorgd. 'er is niks oke' snauw ik. gelijk heb ik spijt van mijn reactie want zijn gezicht betrekt. 'sorry zo bedoelde ik het niet' zeg ik gauw. hij kijkt me niet-begrijpend aan. 'wil je me vertellen wat er is? misschien kan ik je helpen.' zegt hij medelevend. de tranen stromen weer over mijn wangen. hij geeft me een knuffel. 'kom' zegt hij en hij pakt mijn hand. 'LIAM KAN JE EVEN DE PANNEKOEKEN AFMAKEN?' roept hij en loopt dan naar boven. onderweg komen we liam tegen. 'wat is er?' vraagt hij verbaasd. 'niks, laat maar' zeg ik en loop naar mijn kamer. ik zak op mijn bed neer en geluidloos stromen de tranen over mijn wangen. maar niet dat ze ophouden, het lukt gewoon niet. ik mis mijn moeder gewoon te veel. meestal gaat het wel maar als we dan dingen gaan doen die ik ook met haar heb gedaan voel ik een steek in mijn hart. louis komt naast me zitten en wrijft rondjes over mijn rug. 'sorry' zeg ik zacht. 'vlak voordat ze doodging hebben we samen pannekoeken gebakken omdat ze me wilde troosten voor michiel. het ging precies hetzelfde en ik moest weer aan de leuke momenten met haar denken' ga ik door. louis knuffelt me, en ik kan maar niet stoppen met huilen. het ging allemaal gewoon zo snel, en ik mis mijn moeder echt heel erg. haar lieve gezicht, de manier waarop ze bezorgd was, ze kon nooit boos op me zijn, maakt niet uit wat ik gedaan had. en als ze dan boos was, kwam ze de volgende dag met een heel klein cadeautje naar me toe, om sorry te zeggen. ik draai aan mijn pandora armband, en opnieuw moet ik huilen. alle bedeltjes die er aan hangen heb ik van mijn moeder gekregen. bijvoorbeeld het klavertje, van toen ik naar de middelbare school ging. ze zei dat dat me geluk ging brengen op de nieuwe school. niet dat het geholpen heeft, maar door dat armbandje is alles beter geworden. vroeger werd ik veel gepest op school, maar ik weet eigenlijk niet eens waarom. tot ik bij mieke in de klas kwam. ze kwam voor me op, en hielp me om zelfverzekerd over te komen. maar dat jaar bleef ze zitten en toen begon het weer opnieuw. een keer toen ze me zelfs hadden geschopt en geslagen ben ik huilend de school uitgelopen. achter me hoorde ik een jongen schelden. ik draaide me om en keek hoe michiel de pestkoppen uitschold. ik was heel erg verbaasd, nog nooit was een jongen voor me opgekomen. maar wat deed ik verkeerd? ik was niet heel erg dik of lelijk, en was ook geen nerd met hoge cijfers. maar toch konden ze het niet laten om mij te pesten. michiel was daarna naar me toe gekomen om te vragen of het wel ging. ik was te verbaasd om iets te zeggen dus ik knikte maar. te verbaast, omdat michiel een van de populairste kinderen van onze jaarlaag voor míj was opgekomen. sinds die dag is hij met me opgetrokken en heeft niemand me meer gepest. ik hoorde zelfs bij de populaire kinderen. en op een dag vroeg hij of ik zijn vriendin wilde zijn, daar twijfelde ik natuurlijk niet aan. weer prikken de tranen achter mijn ogen, dit keer door michiel en mieke. ook al heb ik louis, ik mis hem toch. en een goede vriendin, daar is ook niks mis mee. maar die heb ik niet. louis is in de plaats van michiel gekomen en de jongens in die van mieke. maar ik ben nu een persoon vergeten, jeroen. jeroen was mijn stiefbroer. toen mijn vader "dood" was ging mijn moeder met een vriend, en die had een zoon. hij zat niet meer op school, hij was al bezig met zijn studie. maar toen ik nog gepest werd hielp hij me altijd, hij bracht me naar school en liep met me mee. pas als ik naar de les moest ging hij weg. hij was altijd heel erg lief voor me, hij beschermde me altijd. ik was er ook kapot van toen mijn moeder vertelde dat hij voor een baan in san fransisco was gevraagd. hij ging bij ons weg, dagenlang heb ik op mijn kamer zitten huilen. ik miste hem, niet alleen omdat ik minder gepest werd, hij was als een echte broer voor mij. we deden leuke dingen samen, en hadden natuurlijk ook wel eens ruzie. dat hoort er gewoon bij, maar met hem was het anders, als ik verdrietig was dan kwam hij altijd mijn favoriete tijdschrift brengen, die hij dan gekocht had. nu ik terug kijk, heb ik heel weinig voor hem gedaan. ik heb hem niet vaak getroost, maar het leek alsof hij altijd gelukkig was. 'gaat het weer een beetje?' vraagt louis bezorgd. ik knik zwakjes 'naar welke stad gaan we nu?' vraag ik hem. 'san fransisco' zegt hij. een ding weet ik zeker, ik ga hem opzoeken.

louis' pov

'kom je mee naar beneden?' vraag ik aan sophie. ze knikt en staat op 'wat wil je tegen de rest zeggen of moet ik het zeggen' zeg ik. 'ik zeg wel dat ik gewoon even dipje heb ofzo' zegt ze en loopt naar beneden. ik loop nog even naar mijn kamer om mijn mobiel te pakken en loop naar beneden. ze zitten allemaal al aan tafel te eten. 'goeiemorgen' zeg ik en ga naast sophie zitten. ik glimlach naar haar en ze probeert terug te lachen. ik zie aan haar dat ze het moeilijk heeft. 'mag ik vragen wat er net was?' vraagt liam voorzichtig. sophie haalt haar schouders op en ik zie dat ze met moeite haar tranen binnenhoudt. 'niks belangrijks' mompelt ze. liam kijkt ons vragend aan. dan zie ik weer een traan op haar wang. ze veegt hem snel weg en loopt naar boven. ik zucht 'ze mist haar moeder,' zeg ik als ze weg is. ze knikken begrijpend. ik sta op en loop naar haar toe. ze kijkt me met betraande ogen aan en speelt met haar ring. ik geef haar een knuffel. we zeggen niks, maar het is geen ongemakkelijke stilte. 'kom, we moeten gaan' zeg ik en sta op. ze pakt mijn hand. 'ik .. wil jij het tegen ze. zeggen, ik kan het niet' zegt ze zachtjes. 'ze weten het al' zeg ik geruststellend. ze knikt en we lopen samen naar beneden. als we beneden komen krijgt ze gelijk medelevende blikken. ze glimlacht en we lopen naar onze bus, we gaan naar san fransisco. in de auto is het stil, niemand heeft wat te zeggen maar ik denk ook dat het komt doordat we best wel moe zijn. als we na een tijdje aankomen springt sophie gauw uit de auto. ze pakt haar koffer en loopt naar het huis. gelukkig zitten we weer bij de zee. 'wauw!' roept ze en gaat naar binnen. even sta ik te kijken maar dan loop ik achter haar aan. als ik klaar ben met spullen uitpakken loop ik naar sophie's kamer. ik zie haar niet dus ga ik maar naar beneden. 'hebben jullie sophie gezien?' vraag ik als ik haar daar ook niet zie. ik kijk een beetje rond als ik opeens een briefje op de tafel zie liggen

hey jongens,

ik ben even een rondje door de stad lopen. kom asjeblieft niet achter me aan, ik wil even nadenken. ik ben voor het eten weer thuis, tot zo

xxx sophie

ik zucht. 'is ze niet boven?'vraagt niall. ik schud mijn hoofd en geef het briefje aan ze. ik ga er maar bij zitten, ze wil niet dat ik haar ga zoeken. 'zullen we gaan zwemmen?' vraagt zayn. 'ja, maar we moeten ook nog boodschappen hebben toch?' zeg ik. 'oja' zegt liam. 'als we jou toch niet hadden zouden we allemaal verhongeren' zegt harry lachend. ik grinnik 'wie gaat er met mee?' zeg ik. 'ik ga wel mee' zegt harry en hij staat op. ik pak mijn zonnebril en we lopen naar de supermarkt. ineens zie ik sophie lopen, maar ze is niet alleen. ik kijk wat beter en ik zie dat ze hand in hand met een jongen loopt. 'shit' mompel ik en ren naar ze toe

I need your help [louis tomlinson]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu