Chapter 1

6.3K 145 18
                                    

Ik ga het boek herschrijven! Dit is hoofdstuk 1
Hoop dat jullie het leuk vinden!
Ps wil iemand een cover voor dit boek maken?

"Looking for adventure"

"Mag ik wat vragen?" Ineens is het stil aan de tafel. "Mam, pap, wie zijn mijn echte ouders?" Vraag ik dan. "Lieverd daar ben je nog wat te jong voor en dat weet je" zegt mijn moeder.

Het standaard antwoord dat ik krijg.

"Maar ik ben bijna 18, alsjeblieft" zeg ik. "Sophie eet gewoon je eten op. We praten hier over een paar jaar over" zegt mijn vader. "Ja, dat zei je 5 jaar geleden ook al" zucht ik. "Ga naar je kamer!" Zegt mijn moeder dan streng. Ik leg mijn vork neer en loop naar boven en doe mijn deur op slot.

Op mijn 10e kwam ik erachter dat ik niet echt Sophie Berends heet. Maar dat ik in een pleeggezin zit. Natuurlijk zijn mijn pleegouders wel aardig enzo. Maar ik wil graag weten waar ik vandaan kom, of ik nog broers of zussen heb. Hoe mijn échte ouders eruit zien.

Ik pak pen en papier en begin te schrijven. Als ik klaar ben pak ik mijn spullen en doe ze in een rugzak. Ik leg het papiertje midden op de grijze vloerbedekking. Ze moeten het wel zien nu.

Ik loop naar het raam en klim naar beneden. Dit is al jaren mijn ontsnapping route. Niemand heeft het ooit gemerkt omdat ik altijd op tijd terug kwam. Maar nu kom ik niet terug, voorlopig niet tenminste.

Het begint te schemeren en ik loop het perron op. Ik heb in een van mijn moeders dagboeken gelezen dat ze me in Dover hadden opgehaald. Dus dat word mijn eerste bestemming. Ik volg de aanwijzingen op de borden en niet veel later zit ik in de trein naar Dover.

Het begint te regenen en de druppels tikken tegen het raam. Ik loop naar het toilet toe als de trein ineens stopt en ik op iemand val. Ik sta snel op en help de jongen overeind.
"Het spijt me, ik lette niet op" zeg ik snel. "Maakt niet uit" de jongen heeft donker bruine haren en zeeblauwe ogen die in de mijne boren. "Is er een stroomstoring of zo?" Vraag ik. "Weet ik niet" antwoord de jongen. De trein staat nog steeds stil en ik besluit toch maar even naar de wc te gaan.

Ik ga naar binnen en was mijn gezicht. Ik kijk naar mijn wat warrige donker bruine, bijna zwarte haar en mijn wilde grijs-blauwe ogen. Dan kam het wat door met mijn vingers totdat mijn haar wat netter zit. Ik besluit om weer terug te gaan naar de zitplaatsen. Maar de deur zit op slot. Ik klop op de deur maar niemand hoort me.

De lichten flikkeren en ik heb claustrofobie dus dit is niet echt gezond voor mij. "Help!" Roep ik. De deur word geopend. Een zucht verlaat mijn mond.

Maar de oplucht duurde niet lang, een man met een bivakmuts duwt een doekje tegen mijn mond en neus. Van schrik haal ik adem en dat was het domste dat ik in deze situatie kon doen. Al snel domel ik weg.

Malia MoonlightWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu