17.

39 4 1
                                    

'Laat me los!' Riep ze. 'Ze is wel koppiger geworden...' Merkte één van zijn vrienden op. 'Dat komt door die verdomde Jonas... Ik heb geen idee wat hij met d'r deed, maar wat het ook was, het is irritant.' Core trok zich nogmaals los. 'Het is niet Jonas schuld! Als je dan echt per se iemand de schuld wil geven, moet je bij Staener zijn. Hij is hier de oorzaak van!' Staener keek haar verward aan. 'Hoezo?' Vroeg hij. 'Jij hebt me voor even vrijgelaten, die paar minuten vrijheid deden me beseffen dat er mooiere plekken op deze wereld zijn, het deed me beseffen dat ik daar liever ben dan in mijn kleine kamer waar ik opgesloten zit in angst! Daarom werd ik ongehoorzaam, ik wil niet meer de angsthaas zijn die uit schrik alles doet wat jullie willen!' Staener lachte. 'En toch zal jij-' 'Ze zal juist niets!' Riep plots een bekende stem. Iedereen draaide zich geschrokken naar de omheining toe. Het was Jonas! Core werd dolgelukkig hem te zien. Hij klom zonder al te veel moeite over de omheining heen. 'Jonas, je kwam terug!' Riep Core en rende naar hem toe. 'Ik kon je toch niet achterlaten?' Glimlachte hij. Ze omhelsde hem. 'Ik ben zo blij dat je weer terugkwam!' Jonas genoot van haar warme lichaam dat ze tegen hem aandrukte. Hij wou met zijn hand door haar haren gaan, maar besloot dat uiteindelijk niet te doen. Ging dat te snel? Zou hij zichzelf dan verraden met het feit dat hij verliefd op haar was?

Ze lieten elkaar weer los. Jonas stapte meteen op Joris en zijn vriendjes af. 'Val je haar soms lastig?' Vroeg hij op een nijdige toon. 'Helemaal niet! In feite Jonas, ben jij degene die óns lastig valt.' Core ging achter Jonas staan, alsof hij een soort van schild was. 'Blijf bij haar uit de buurt.' Zei hij duidelijk met een dreigende toon. Joris lachte hem uit. 'Denk je nou echt dat wij naar jou zouden luisteren? Kijk toch naar jezelf! Wie ben je zelfs?' Jonas keek hem kwaad aan en baalde zijn vuisten. 'Ik ben Jonas Ten, een Xio uit Conimar en daar ben ik trots op! De vraag die je jezelf moet stellen Joris is heel simpel: "Wat ben ik?"' Joris schudde zijn hoofd. 'Ik ben een mens.' 'Fout, je bent een monster, die de vraag "wie ben ik" zichzelf niet mag stellen. Je verdiend het niet om een persoon te zijn.' Joris duwde Jonas uitdagend naar achteren. 'En jij, jij bent een beest! Een hond als je het mij vraagt! Gescheurde kleren, lange wilde haren, wonden over heel je lijf, bedekt met zand en modder. Jij bent geen persoon, geen enkele Xio is een persoon.' Jonas wou Joris aanvallen, maar Core greep snel zijn arm vast. 'Jonas, negeer hem.' Fluisterde ze. 'Weet je wat? Ik daag je uit.' Zei Joris plots. 'Morgen spelen we het Jagerspel nog eens, maar dit keer met jou. Als ik win, dan begeef je jou nooit meer in de buurt van Core.' Jonas knikte. 'Goed, máár als ik win, dan zeg je nooit meer een kwaad woord tegen ons, je behandeld ons dan met respect.' Joris en z'n vrienden begonnen te lachen. 'Mooie deal als je het mij vraagt.' Lachte iemand. 'Ach, hou je mond. Wat hij wil! Des te beter voor ons.' Lachte Joris. 'Dat is dan afgesproken.' Jonas stak zijn hand uit om de deal te sluiten, maar Joris keerde zijn rug naar hem toe en wandelde weg. Staener, Core en Jonas gingen dan ook weer naar huis.

Toen ze het huis betraden, werd Zendra plots weer blij. Er verscheen een glimlach op haar gezicht, dat was zeer zeldzaam. 'Jonas... Je bent terug.' Grijnsde ze. 'Ik euh, ja ik kwam terug omdat ik euhm, omdat ik het hier fijner vind: eten, een plaats om te slapen, warmte,...' Core keek hem teleurstellend aan. 'Dáárvoor keerde je terug? Ik, nou ja, ik dacht dat je terugkwam voor mij?' Jonas keek in haar ogen. 'Ja, ook voor jou natuurlijk!' Zei hij snel. Stan deed subtiel teken naar hem dat hij het Core moest vertellen over zijn gevoelens voor haar. Jonas slikte en wreef door zijn haar. 'Core, ik moet je wat vertellen.' Begon hij. Ze keek hem geïnteresseerd aan. Ze hoopte dat hij zou vertellen dat hij verliefd op haar was, zodat ze hem kon kussen als teken dat ze dat ook op hem was! 'Ik heb soortgenoten ontmoet.' Zei hij. Core fronste haar wenkbrauwen. Dit had ze niet verwacht... Jonas kon zichzelf wel voor de kop slaan. Hij wou het haar doodgraag vertellen, maar hij was bang voor haar reactie. 'Soortgenoten?' Vroeg Core na alsof ze hem niet goed gehoord had. 'Ja, James en Thomma! Die gasten die bij me waren toen we je probeerden te redden.' 'Oh, die gasten...' Jonas knikte. 'James ken ik al, we zijn bloedbroeders. Grappig toch dat we elkaar weer tegenkomen?' Core forceerde een glimlach. 'Ja, fijn.' Jonas kreeg door dat ze teleurgesteld was, zou ze weten dat hij verliefd op d'r was? 'Is er iets, Core?' Vroeg hij voorzichtig. 'Nee, ik ben gewoon moe. Ik ga slapen.' Zonder verder nog iets te zeggen liep ze voorbij hem en ging naar boven.

VrijheidWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu