Hoofdstuk 14

281 21 5
                                    

Pov Almas
Altijd vragen ze het zelfde. Allemaal zijn ze hetzelfde.

Ik loop in me eentje door de donkere wijk. Ik heb niet zin in al die mensen in de huis. Ik heb geen zin in lawaai, ik heb gewoon tijd voor mezelf nodig.

Ik blijf maar lopen en lopen. Ik heb mezelf afgesloten van al het geluid van buiten.

"Ey zina!" Wordt er geschreeuwd. Ik negeer het en loop zo snel mogelijk door. Ik hoor daarna voetstappen achter mij. Ik blijf maar sneller en sneller lopen. "*** Hoer! Kifesh je doet zo. Kom mee, ik zal je de beste avond van je even geven." In shock blijf ik verlamd staan. "Ik wist het wel." Hoor ik de jongen achter mij zeggen. Ik voel dan zijn hand vanaf mijn bovenarm naar mijn hand gaan. Het zorgt voor een rilling over mijn hele lichaam.

"Heb je niet geleerd van de vorige keer?" Hoor ik een bekende stem vragen maar ik kan maar niet plaatsen wie het is. "Wie ben jij?" Vraagt de jongen die zojuist mij probeerde mee te nemen naar zijn huis. "Niet jou zaken, ik zou haar los laten als ik jou was." Zegt de bekende stem weer. "Op***en jij!" Zegt de jongen en pakt mijn hand stevig vast en sleurt mij bijna mee maar ik krijg eindelijk de moed terug om tegen te werken.

Ik bevrijd mezelf van de jongen zijn greep en neem meteen afstand van hem. De jongen wilt mij weer pakken maar er komt iemand tussen ons staan.

Mounir..

"Kom mee." Zegt Mounir met irritatie in zijn stem. Hij loopt voorop maar ik zit zowat helemaal verlamd vastgenageld aan de grond door de shock. Ik kan geen enkel beweging maken hoe graag ik weg wil van deze plek.

Mounir draai zich om naar mij en zucht even diep uit maar zijn strenge blik verzacht wel. Hij komt naast mij staan en legt zijn hand op mijn onderrug en duwt me voorzichtig naar voor. "Kom we gaan naar huis." Zegt hij met een kalme stem waardoor ik ook wat rustiger word. Ik adem even in en uit om rustig te worden en alle schrik te kunnen verwerken.

~~
Ik merk nu pas hoe ver ik had gelopen. De hele weg terug naar huis heb ik nog niks gezegd.

"Almas!" Hoor ik een stem zeggen. Ik draai me om en zie Rami op mij af rennen. Voordat ik het weet slaat Rami zijn armen al om mij heen. Ik sta versteld daar en doe helemaal niks. Mijn armen liggen slap langs mijn lichaam. Hij laat mij kort erna eindelijk los.

"Waarom ging je zomaar weg? Ik maakte me echt zorgen om je." Zegt Rami bezorgd, maar ik reageer niet. Mijn keel lijkt niet zijn werk te willen doen. Ik krijg geen woord over mijn tong gerold. 

Pov Mounir
Ze is helemaal gechoqueerd. Hij had haar nog niks gedaan, ik kan me niet voorstellen wat het wel niet met haar heeft gedaan toen ik zo aan haar zat.

Ik zie dat er bijna tranen ontstaan in haar ogen maar ze loopt dan weg. Rami wil achter haar aangaan maar ik hou hem tegen. "Ze heeft tijd voor zichzelf nodig. Laat haar even met rust." Zeg ik tegen mijn neef. "Hoe kan je dat bepalen. Ze mag jou geen eens." Zegt Rami grof en wil dan langs mij heen komen maar ik laat hem hier niet zo snel mee wegkomen.

Ik kan het me goed voorstellen dat Almas mij haat maar ik zal haar kosten wat het kost haar veilig houden. Ik heb ten slotte haar leven verwoest.

"Wat deed je überhaupt bij haar? Je gaat me niet zeggen dat je haar iets hebt gedaan of dat jullie iets hebben gedaan. Kan ze het een beetje goed?" Zegt Rami met een grijns. Ik kan mezelf niet meer inhouden en mijn vuisten gaan op een hoge snelheid op Rami af maar Rami houdt . Hij ging te ver! Hij ging veel te ver deze keer.

Ik ben verre van perfect maar dit maakt me wel gek als ik eerlijk ben. Hoe hij over haar praat maakt mij gek, hoe hij naar haar kijkt en de gedachten die om zijn hoofd gaan.

Ik zal en moet haar beschermen.

Rami wil weer naar Almas toegaan maar ik hou hem tegen. Ik leg mijn hand op zijn arm waarna hij mij aankijkt. Ik schud afkeurend met mijn hoofd. "Je kan haar het beste even laten." Zeg ik tegen hem. 

Rami zijn gezichtsuitdrukking veranderd van bezorgd naar walgend. "Wat heb je haar gedaan? Waarom was je met haar? Broer ze mag je geen eens." Zegt Rami vol walging en bevrijd ruw zijn arm van mijn greep en loopt weg.

"Ik weet niet wat jij tegen haar zei maar ze was woedend." Zeg ik hard genoeg dat Rami mij nog kan horen. 

Rami draait zich ruw om en loopt terug naar mij met een boze blik. Hij komt snel naar mij toe en pakt me bij mijn kraag. "Ik ken jou, ik laat jou haar niet aanraken." Zeg ik walgend. Rami zijn vuist raakt mij dan goed maar het doet mij niet zo erg veel.

Ik zie dan opeens Almas op ons afrennen. "Ga terug naar binnen." Zeg ik tegen haar maar ze luistert niet en pakt Rami bij zijn arm en probeert hem van mij af te duwen maar Rami duwt haar hard weg waardoor ze hard op de grond valt op de grond.

Ik kijk haar geschrokken aan. Rami wil nog een keer uithalen naar mij maar ik ben hem voor en raak hem tegen zijn wang en ik haal nog een keer uit naar zijn buik.

Rami zakt pijnlijk in elkaar maar het boeit mij allemaal helemaal niks. Ik ren naar Almas die nog op de grond ligt.

Ze is flauwgevallen. Ik pak haar rustig op maar dan zie ik rood op de grond. Het is vochtig.

Mijn shirt voelt ook vochtig aan. Ik voel aan de hoofd van Almas.

Ik schrik me dood. Ze is aan het bloeden. "Almas." Zeg ik bezorgd. 

"Wat is er Mo?" Hoor ik mijn zusje Chaima vragen. Ze mag deze bloed niet zien, ze is nog maar een kind. 

"Haal Dina alsjeblieft." Smeek ik mijn  kleine zusje. Ze gaat dan zonder iets te vragen weg.

Even later komt Dina en komt naar mij toe. 

"Oh mijn god. Almas." Zegt Dina gechoqueerd.

"Ik weet niet wat ik moet doen Dina, dit is mijn schuld." Zeg ik paniekerig. 

"Ik ga de ambulance bellen, blijf rustig." Zegt Dina kalm en pakt haar telefoon en belt de ambulance.

**************************************

1090 woorden

Vergeet niet te stemmen!


A human being {VOLTOOID}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu