Hoofdstuk 17

12 3 0
                                    

De geur van kaneel en appelcider krulde zich om mijn zintuigen en haalde me uit de diepe slaap waarin ik was verzonken. Mijn ogen waren groggy en zaten aan elkaar geplakt, het soort wat je hebt wanneer je wakker wordt uit een slaap die een halve dag heeft geduurd. Het kussen waar mijn hoofd op ruste was nat door het kleine kwijlvlekje dat zich net naast mijn mondhoek had gevormd.

Onzeker over mijn lichamelijke toestand kwam ik overeind. Hoewel ik op sommige plekken nog wel beurs was, was ik in een betere staat dan ik had verwacht. Zwachtels waren om mijn armen en benen gewikkeld en roken naar eucalyptus. Zodra ik rechtop in bed zat werd het even zwart voor ijn ogen maar na een paar diepe ademteugen was dat ook verholpen.

'Kijk ze is wakker,' Een stemmetje piepte opgewonden. Ik keek op en zag aan de rand van mijn bed en klein figuurtje zitten. Haar piepkleine beentjes waren gevormd in een kleermakerszit en ze ruste met haar hoofd in haar handen. Grote ovaalvormige ogen in de kleur van kersenbloesem staarde me onophoudelijk aan. Ik glimlachte naar haar, voor zover mijn uitgedroogde mond dat toeliet. Nadat ze een volle minuut me had aangestaard, zonder ook maar een keer te knipperen begon ik me een beetje ongemakkelijk te voelen.

'Eh hallo,' ik schraapte mijn keel en zwaaide met mijn hand voor haar blikveld. Met een klein schokje tilde ze haar hoofd op. 'Oh sorry,' Ze sprong op en marcheerde met haar kleine voetjes over het matras. Zodra ze me was genaderd klom ze boven op mijn been en plofte neer. 'Ik ben Roux. Ik weet niet of je me herinnert maar ik heb je- samen met mijn zussen natuurlijk- gered van de Xilix, je weet wel die lelijke engerds.' Ze huiverde bij de gedachte aan hen. Vol anticipatie wachtte ze op me. Ik wilde heel graag reageren maar mijn stem werkte niet mee. Het enige geluid wat ik uit wist te brengen wat een combinatie van gekraak en gerochel. Ik wees hulpeloos naar mijn keel. 'Oh ja natuurlijk. Wat stom van me.' Ze wees naar het nachtkastje waar een groot glas met water op stond. Het zag er helder uit en kon de frisheid al bijna in mijn mond voelen. Zodra ik de helft dorstig naar binnen had geklokt voelde mijn keel al een stuk beter.

'Bedankt, dat had ik echt even nodig.' Ik glimlachte dankbaar naar het kleine schattige wezentje. 'Xilix zei je- waren dat die rare skeletbeesten?' Ik veegde met de rug van mijn hand mijn mond af en keek verwonderend naar de kundigheid waarmee de bandages waren omgedaan.

Ze knikte driftig. Zo hard dat haar hele lijfje heen en weer stuiterde bij de beweging ervan. 'Mmh het zijn enge wezens. Hun essentie is onnatuurlijk, tenminste dat is wat de bomen en planten ons vertellen. Ze jagen in groepen en laten gewoonlijk niks van hun slachtoffers over, dus je hebt geluk dat we op tijd bij je kwamen.'

Uit het niets sprong ze op. Christus, dat piepkleine meisje had echt veel te veel energie. 'Ik ben Roux trouwens, en ik ben een pixie zoals je wel kunt zien.' Ze draaide als een echte diva een rondje en klapte met haar vleugeltjes. Zo te zien waren ze gemaakt van een soort roze-achtig vlies, met uitgebreide detailleringen erop. Haar jurkje was gemaakt uit bloemblaadjes en bestond uit verschillende tinten roze. Ze paradeerde heen en weer over mijn been, alsof ze een heuse modeshow aan het geven was. 'Sorry dat ik het vraag, maar zijn er meer van jouw soort? Want ik heb nog nooit een-....' Ik moest even nadenken over het woord wat ze had gebruikt. 'Pixie gezien. Nou ja behalve in mijn boeken dan, maar ik dacht dat alle bovennatuurlijke soorten bijna waren uitgestorven na de oorlog.' Het einde van mijn zin klonk bedenkelijk en nieuwsgierig wachtte ik op haar antwoord. Zou het kunnen dat de geruchten niet waar waren, en er nog veel meer bovennatuurlijke soorten bestonden?

'Ja- Ja er zijn een hele hoop van ons, maar we leven hier nog al afgezonderd, dat is waarschijnlijk de reden dat je nog nooit een pixie bent tegengekomen.' Ze klonk bedroefd. Bijna alsof ze het betreurde dat niemand van hun bestaan bewust was. Ze schudde haar haar los en plakte een glimlach op haar gezicht.

'Ik ben zo blij dat we je op tijd hebben gevonden! Nu heb ik eindelijk een echte vriendin. Buiten de andere pixies dan, en de bosdieren, maar dat is anders!' Vol verrukking danste ze op en neer. 'Wacht. Je wilt toch wel mijn vriendin zijn he?' haar stemmetje sprong van hak op tak en hoopvol keken haar ogen naar me op. Ze leken zo mogelijk nog groter te worden boven haar kleine wipneusje. Ze zagen er zo smekend uit dat ik wel akkoord moest gaan. Dus zodra ik knikte fladderde ze omhoog en knuffelde met haar armpje de zijkant van mijn gezicht. Het was zo 'n grappig gevoel dat ik bijna in lachen wou uitbarsten.

Andere stemmen die de grote, lichte ruimte binnen zweefden wekten me op uit het moment, en voor het eerst nam ik mijn omgeving in me op. De muren van de ruimte waren lichtjes gekromd en gemaakt uit een goudkleurig hout. De nerven erin krulden alle kanten op en het zag er zo natuurlijk uit dat ik me verwonderde over het bouwwerk. Bloemen in alle soorten en maten bedekten de zijkanten van de kamer en gaven een vrolijk accent. Het matras waarop ik lag was bedekt met dikke kussens, die mijn hoofd ondersteunden. Naast het bed was een kleine houtenkubus geplaatst die dienstdeed als een nachtkastje.

Aan het plafond hingen slingers met lampjes. Ze waren groen, en tot mijn verbazing zag ik dat het lianen waren met daarop-.. Waren dat vuurvliegjes? Verwonderd staarde ik erna en realiseerde me dat het inderdaad dat het inderdaad kleine insectjes waren die rustig op de liaan zaten.

'Calla, Briar kijk eens wie er wakker is!' Roux schetterde als haar kleine vrolijke zelf naar de twwee pixies die binnen gefladderd kwamen.

'Nou dat zou ook wel een tijd worden zeg,' Het groene meisje bromde nukkig terwijl ze met haar armpjes over elkaar geslagen naderde. Het paarse meisje, waarvan ik de naam had onthouden –Briar- Was in tegenstelling tot haar zus wel blij om me overeind te zien zitten.

'Hoi, 'Ze zwaaide een beetje verlegen en legde een klein madeliefjes in mijn handpalm. 'Deze is voor jou. Ik hoop dat je je al wat beter voelt.' 'Dankjewel, hij is prachtig,' Bedankte ik haar hartelijk. 'Jullie allemaal bedankt voor jullie hulp, anders zou ik hier niet meer gezeten hebben ben ik bang,' Ik liet een kort ironisch gegrinnik uit terwijl ik ze om beurten aankeek.

'Roux sprak namens haar zusje en wapperde het bedankje weg. 'Wel nee joh, je hoeft ons niet te bedanken.'

'Nou-..'Calla begon maar werd onderbroken door haar zus die haar berispend tegen haar arm sloeg. 'Graag gedaan,' vluchtig paste ze haar zin aan.

'maar eigenlijk kwamen we om te zeggen dat de koningin op haar zit te wachten. Ik fronste terwijl ik in mijn hoofd haar woorden nog een keer afspeelde. De koningin... 'Als in de koningin van de pixies..?' Vragend staarde ik haar aan.

'Jup, die koningin.'

As promised:) 

Love, 

Me:))


Emperor of Death | DutchWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu