Hoewel Albus en ik altijd een bed hebben gedeeld als ik kwam logeren, voelde ik me daar nooit opgelaten bij.
Tot nu.
Ik pak mijn tas uit, en leg de kleren in de la die Albus altijd voor me vrijhoudt. Als je niet beter zou weten zou je denken dat ik een van de bewoners ben van dit huis.
Even kijk ik om naar Albus, die zelf ook zijn tas uitpakt. Hij let niet op mij of zijn omgeving. Van hem kijk ik naar het bed dat schoon opgemaakt is. We hebben zelfs een vaste kant. Albus voelt zich geborgen bij de muur, en ik vind het prettig om bij het raam te slapen.
Vanuit daar kan ik nét een streepje licht zien dat van buiten komt. Het kijkt uit over de straat, en in deze tijd is het gezellig wakker worden met kinderen die op straat spelen, of gezinnen die op straat sneeuwballengevechten houden met elkaar.
Ik leg mijn pyjama op het kussen, en kijk er even naar. Zal ik niet gewoon om een eigen matras vragen? Of is dat nu te laat?
En wat zou Albus ervan vinden dat ik ineens niet meer naast hem zou willen slapen? Ik bijt op mijn lip, dat valt meteen op. Albus is niet achterlijk.
Dan weet hij meteen dat er iets aan de hand is, ik heb hier nog nooit moeilijk over gedaan, of moeite mee gehad.
"Scor? Zie je spoken?"
"Hm?" geschrokken kijk ik op.
Albus schiet in de lach, "slecht geweten?"
"Altijd," grap ik.
"Je stond zo te staren," verklaart Albus zich, "dat ik bijna bang was dat er een spook op jouw plek lag."
Ik schud mijn hoofd, "nee, gewoon wat in gedachten verzonken," ik plof op het bed neer, "waar kijk je het meest naar uit morgen?"
"Raden wie welke cadeautjes heeft gekocht," Albus ploft ook op bed en gaat liggen, "en benieuwd met welk cadeau ik dan eindig."
Ik grinnik, "Smekkies in alle Smaken," grap ik.
Albus kijkt me aan, en dan zie ik zijn ogen iets verwijdden, "die heb ik je zien kopen bij Zacharinus!" zegt hij, 'don't fucking tell me Scor-"
Onverschillig haal ik mijn schouders op, "het was maar een optie Al," ik kijk hem geamuseerd aan.
"En jij dan?"
Ik laat me ook vallen, met mijn hoofd op zijn buik, "het eten, in de sneeuw ravotten en de cadeaus," geef ik toe. "Ik vind het heel leuk dat Geogria komt, en dat zij en Roos het zo goed kunnen vinden."
"Ja mee eens," bromt Albus.
Of nouja, zo klinkt zijn stem voor mij, omdat ik met mijn hoofd op zijn buik lig. Ik hoor zijn stem eerst daar voor ik hem echt hardop hoor. Het voelt comfortabel zo. Zou ik dat kwijtraken als ik Albus gewoon eerlijk vertel wat er speelt?
Grote kans dat hij afstand gaat nemen...
Ik kijk naar het rijkversierde plafond, bloemen uit het hout gesneden kruipen naar de hoeken van de kamer, om daar hun ranken tot de grond te laten reiken.
Hier kan ik helemaal mezelf zijn. Tot een jaar geleden dan, toen ik mijn gevoelens voelde veranderen.
Het voelde voor mij ineens niet meer zo vanzelfsprekend om in één bed te liggen. Of om kleding van elkaar te lenen.
Niet dat Albus zich daar ook maar iets van aantrok. En nog steeds trekt hij zich er weinig van aan.
Dat is maar weer te bewijzen aan hoe nonchalant hij me een zoen op mijn wang kan geven. Even kijk ik opzij, naar Albus. Hij is in slaap gevallen. Met een zucht wil ik overeind gaan zitten maar hij duwt me terug, "je bent lekker warm, blijf nog even liggen," mompelt hij zonder zijn ogen open te doen.
"Ik heb nog meer uit te pakken man," zeg ik, en ik wil opnieuw overeind komen. Opnieuw duwt hij me terug, nu iets harder.
"Even maar Scor, doe niet zo moeilijk," even doet hij zijn ogen open, en met een opgetrokken wenkbrauw kijkt hij me aan, "wat is je probleem?"
"Dat ik nog spullen moet uitpakken," brom ik binnensmonds en ik kijk hem niet aan. Ik hoor hem lachen, "weet je nog de eerste keer dat je hier kwam slapen? Hoe je verwonderd om je heen had gekeken? Omdat het hier zo gezellig was?" zegt hij, mijn opmerking negerend. "Dat had ik pas begrepen toen ik de eerste keer een keer met jou mee mocht en zag hoe- kaal en strak het bij jou thuis was. En hoe je pa moeite had gedaan een extra matras te fixen voor op de grond, waar ik dan kon slapen."
"Ja, dat weet ik nog."
"Je was toen zo boos. Ik weet nog precies wat je tegen hem riep; "denk je dat hij me op de grond laat slapen als ik bij hem op bezoek ben? Nee! Dan slapen we ook gewoon in zijn tweepersoonsbed!" Ik zal de blik van je vader echt nóóit meer vergeten," Albus grinnikt, "dat choqueerde hem echt, dat we het lef hadden om in één bed te slapen samen."
Ik geef geen antwoord.
"Maar weet je, Scor?"
"Hm?"
"Ik ben me er veilig bij gaan voelen."
Ik kijk opzij, en Albus ligt me aan te kijken, even grinnikt hij, "ja ik weet het, het klinkt echt heel lame. Maar we zijn beste vrienden, dus kan ik best tegen je zeggen dat ik me veilig voel bij je. Je doet het er maar mee."
Nu moet ik half lachen, "wat geeft je het idee dat ik het lame zou vinden?"
"Niet dan?"
"Nee, waarom zou ik?" fronsend kijk ik hem aan, " heeft iemand tegen je gezegd dat het lame is als je dat tegen me zou zeggen?"
Albus tuit even zijn lippen, "misschien."
"Wie moet ik slaan?" ik kom overeind en leun op mijn ellenboog zodat ik hem aan kan kijken.
Nu schiet hij wel in de lach, "Lukas."
"Luk- wanneer heeft hij dat gezegd?"
"In die paar weken dat wij ruzie hadden," geeft Albus toe, "ik gaf aan dat ik je miste. Onder andere omdat ik me veilig voel bij je, en dat vond hij lame. En hij zei erbij dat het helemaal lame zou zijn als ik dat zou gaan toegeven."
"Ik voel me vereerd," zeg ik met een glimlach, "ik heb nooit mensen gehad die zich veilig voelde bij míj. Maar- als het je een beter gevoel geeft; ik voel me ook veilig bij jou. Dus kunnen we Lukas na de vakantie lekker inwrijven dat we samen lame zijn."
Albus lacht hartelijk om die opmerking, "ik kan niet wachten!"
Grinnikend plof ik weer op zijn buik, en ontspannen legt hij zijn arm over mijn borst.
"Als ik niet beter zou weten zou ik denken dat we een stel zijn dat al tienduizend jaar bij elkaar is," zegt hij.
"Zijn we dat niet dan?"
JE LEEST
Scorpius Malfoy: The Prophecy
FanfictionEen Profetie en een tienerjongen, wat kan er misgaan?