Hoofdstuk 9

34 7 58
                                    

Nila's glimlach vervaagde langzaam. 'Ja hoor, tuurlijk, wat is er aan de hand?'

Ze stond op het punt het haar te vertellen, maar de serveerster was haar voor: 'Lusten jullie al iets te drinken, dames?'

Rue wisselde een blik uit met Nila, en toen ze het antwoord in haar blauwe ogen had gezien gaf ze antwoord: 'Tweemaal een warme chocolademelk, graag.'

De serveerster noteerde het met een glimlach en overhandigde hen beiden een menukaart. 'De specialiteit van de dag is een falafelburger met groentechips en een verfrissende salade.' Haar lippen krulden zich weer tot een glimlach en ze liep weg om een andere klant te bedienen.

Beiden knikten dankbaar, en legden de menukaarten weg zodra de vrouw hen de rug had toegedraaid.

'Het klinkt een beetje ernstig, Klaproos,' begon Nila, 'Dus het eten kan wel even wachten.'

Die bijnaam die haar vriendin haar gaf omdat ze aan de Klaproosstraat woonde, wist ook deze keer een glimlach op haar gezicht te toveren. Rue werd ook alleen maar door Nila Klaproos genoemd; niemand anders noemde haar zo. Nila is echt een rare vogel af en toe, maar ze is wel echt de aardigste die je ooit zal kennen. Je kon Nila niet haten; ze had daar een te groot hart voor.

'Misschien heb je de geruchten gehoord, maar er is dus iemand omgebracht op het Sint Lucascollege. Iemand die ik vaag kende.'

Nila verstijfde eventjes. 'Wat erg! Deze wereld is echt bezopen, het zit vol met hersenloze knikkers!' antwoordde ze verbijsterd.

Rue lachte ongemakkelijk. Het woord 'hersenloze knikkers' maakte haar altijd aan het lachen, vooral als Nila het zei. Ze wist de tonen goed uit te spreken, waardoor ze haar lach niet kon inhouden. Wat zou ze toch zonder Nila moeten? Ze kenden elkaar al vanaf dag één en toen waren ze al vriendinnen.

'Was het een leerling?' vroeg ze erna op fluistertoon.

Ze knikte: 'Ze zat pas in de tweede. Dus ik had net de plaats delict bekeken en liep weg met Harvey – de leider van de hersenloze knikkers – toen ik de balie zag. En ik kreeg een supergoed idee – dankjewel,' zei ze nog even tegen de serveerster die hun drankjes kwam brengen. De chocolademelk was nog gloeiend heet.

'Graag gedaan, zijn jullie er al uit?' en ze keek naar de menukaarten.

'Nog niet, bijna,' antwoordde Rue.

'Geen probleem, ik geef jullie nog even.'

Nila kon zich niet inhouden en proefde wat van de slagroom.

Ze zag dat er wat op haar neus was terechtgekomen, maar ze zei niks. Iedereen zou haar dan raar aankijken en dat vond Rue wel grappig. En ze wist dat Nila het achteraf ook lachwekkend zou vinden.

'Vertel, je had een supergoed idee, en toen?'

'Ja, dus ik wilde erachter komen in welke klas Bet– diegene zat,' corrigeerde ze zichzelf vlug, 'en zonder overleg met Harvey die een sigaar aan het roken was ...' Ze moest lachen toen Nila een vies gezicht trok; haar vriendin had duidelijk gemaakt dat ze een hekel had aan roken en het feit dat haar ouders het beide regelmatig deden was de grootste oorzaak. 'Ik hoef niet in die gore stank te zitten,' had ze gezegd.

'Roken is zo goor,' liet ze ook vandaag weten. 'Maar goed, wat deed je toen?'

'Ik ging dus naar de balie en vroeg het aan die vrouw daar. Ik kwam erachter in welke klas ze zat en wie haar mentoren waren. We kregen ze gisteren niet aan de lijn, maar ik ga opnieuw even bij die school langs,' vertelde ze. 'Ik weet wel dat Asher in dezelfde klas zit als het slachtoffer, en hij heeft me verteld dat één van ze amper Nederlands kan. Ze spreekt bijna alleen maar Duits, en foetert leerlingen die slecht in Grieks zijn uit, oftewel Asher.'

Vertrouw NiemandWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu