Hoofdstuk 19

36 7 79
                                        

'Asher, kom je?' riep Rue vanaf beneden en ze zuchtte geïrriteerd omdat haar broertje moest opschieten, maar hij dat niet deed.

'Ik kom!' riep hij vanaf boven.

Ze tikte op haar horloge. 'De tijd tikt!' zei ze lachend, waarna Asher de trap af kwam stormen. Ze liepen snel hun huis uit. Ze hadden niet zoveel tijd meer. 'Ga jij maar alvast in de auto zitten, ik doe de deur nog op slot,' zei ze tegen hem en ze gebaarde naar de auto. Na dat te hebben gedaan, stapte ze in de auto. 'Klaar?' vroeg ze voor de zekerheid, en ze maakte alvast haar gordel vast. Toen hij knikte, gaf ze gas. 'Welk vak heb je zo?'

Hij zuchtte geïrriteerd. 'Bio. Die man is zó ontzettend saai, hij lijkt zijn eigen vak niet eens leuk te vinden, en hij is erg streng, dus irritant.'

Ze grinnikte, en na een tijdje parkeerde ze haar auto vlak voor de school. 'Wil je alvast lopen, of ...'

Hij opende het portier. 'Ik ga wel zelf. Succes met Zaid,' en hij sloeg de deur dicht.

Ze begreep ook wel dat hij niet samen met haar wilde lopen; als jongen wilde je niet zo gezien worden met je oudere zus. Zij zou het ook niet bepaald fijn vinden. Ze stapte uit en liep de oprijlaan op. Haar broertje had een beetje beschreven hoe Zaid eruit zag; bruine huidskleur, donkerbruin haar, donkerbruine ogen en een pet, een zwarte had hij er specifiek bij gezegd. Ze vroeg zich wel af hoe ze elkaar hadden ontmoet. Ze duwde de klapdeuren open, waar een vrouw – een andere dan ze gewend was – achter de receptie haar toelachte en een teken gaf om naar haar toe te komen.

'Zou je je naam op willen schrijven?' en ze wees naar een klembord. 'We houden bij wie er de school binnenkomt, vooral na ...' Ze hoefde haar zin niet af te maken om duidelijk te maken wat ze bedoelde.

Ze knikte en pakte de pen beet, waarna ze haar naam op het papier krabbelde. Ze keek vlug de lijst door om te kijken of er nog een bekende langs was gekomen, maar dat was niet het geval. Jammer weer, dacht Rue teleurgesteld.

'Oké, dank je wel,' zei de vrouw achter de balie met een glimlach, waarvan Rue niet kon vertellen of het een gemeende was, of eentje die ze aan zowat elke bezoeker gaf.

Ze liep snel door, zoekend naar Zaid. Toen ze iemand zag die voldeed aan Ashers beschrijvingen, ging ze een beetje onzeker op hem af. 'Zaid?'

Hij keek op van zijn telefoon en glimlachte naar haar vriendelijk toe. 'Dat klopt, en dan ben jij Rue?'

Ze knikte en glimlachte ook om beleefd te zijn. 'Zullen we naar jouw kantoortje gaan?' stelde ze voor om aan de ongemakkelijke stilte te ontkomen.

Hij wenkte haar om hem te volgen, de trappen op en door de gang. Hij opende vervolgens een deur, vol computers, laptops en er stond een JBL-speaker in de hoek van de kamer. 'Dus wat moet ik voor je hacken?' vroeg Zaid, terwijl hij op zijn bureaustoel plofte.

'Als ik het je vertel, beloof je dan met niemand te delen?' vroeg ze voor de zekerheid en ze keek recht in zijn ogen.

'Natuurlijk, ik weet heus wel hoe moordzaken werken, hoor,' zei hij lachend en hij streek zijn haren door. .

Ze zuchtte. 'Ik bedoel dat je het helemaal voor je houdt. Je zegt ook geen woord tegen de politie.'

Zijn blik werd wat serieuzer en hij ging verzitten. 'Is goed, je kan me vertrouwen.'

Rue glimlachte. 'Kan ik dat?' vroeg ze met een grijns. 'Ik ken je nauwelijks, en blijkbaar speel je spelletjes met mijn broertje van veertien.'

Zaid lachte. 'Asher houdt echt van dat spelletje, ik doe alleen maar mee.'

'Ja hoor, maak dat de kat wijs. Maar even ter zake nu,' en ze haalde haar telefoon tevoorschijn. 'Ik wil inbreken in iemands Microsoftaccount.'

'Van Bethany?'

'Nee, van je hond,' zei Rue sarcastisch en ze rolde met haar ogen.

Zaid negeerde die opmerking en probeerde een beetje zijn lach in te houden.

Ze unlockte haar telefoon en opende de startpagina. 'Ik weet waarschijnlijk al haar e-mailadres, die is van school. Nu haar wachtwoord nog.'

'Het wachtwoord is altijd het lastigst,' zei hij peinzend.

Rue knikte instemmend. 'Laten we maar beginnen8 met 123,' zei ze lachend.

Zaid sloeg zijn hand in zijn gezicht. 'Je kan beter haar naam met haar geboortedatum proberen,' grapte hij.

'Wat hack je eigenlijk voor deze school?' vroeg Rue nieuwsgierig. Zaid lachte. 'Ik hack niet voor deze school, maar ik kan het wel,' antwoordde hij.

Ze keek hem verward aan. 'Wat doe je dan wel?'

'Ik maak kapotte Chromebooks en help als de wifi eruit ligt,' vertelde hij trots.

'Kan je dan bij mij thuis de wifi fiksen als die het niet meer doet?'

Hij dacht even na. 'Als ik tijd heb, dan ja.'

Rue had thuis vaak problemen met de wifi, dus ze kon zijn hulp goed gebruiken. Haar vader probeerde het altijd te fiksen, maar dat ging meestal niet helemaal goed. Ze hadden een keer een week geen internet, omdat haar vader de internetkabel had gesloopt.

'Ik ga eens een programma proberen,' en Zaid begon op het toetsenbord van zijn computer te tikken. 'Wat is het e-mailadres?'

'101514519@stanislascollege.nl,' las ze langzaam genoeg voor zodat hij het over kon typen. 'Is hacken moeilijk?' vroeg Rue terwijl ze toekeek. Er viel een ongemakkelijke stilte.

'Hacken is soms moeilijk, als ik eerlijk mag zijn, gok ik dat Bethany niet een heel sterk wachtwoord heeft, dat hebben bijna alle scholieren niet. En met dit programma zou ik het wel moeten kunnen achterhalen.'

Rue lachte vrolijk naar Zaid. Hij toetste een paar toetsen in op zijn toetsenbord.

'Gelukt!' zei Zaid blij.

Ze liep snel naar Zaids computer. 'Was het een moeilijk wachtwoord?'

Zaid schudde zijn hoofd. 'Ze had een simpel wachtwoord, zoals de meesten mensen.'

Rue lachte. 'Was het 123?' vroeg ze met een glimlach op haar gezicht. 'Nee, zo makkelijk was het ook weer niet hoor.'

'Zie je iets opvallends?' vroeg Zaid nieuwsgierig. Hij bekeek het document op de laptop.

Ze aarzelde. Rue kende hem niet, dus was het niet verstandig zijn vragen te beantwoorden. Aan de andere kant had hij haar wel geholpen én hij kende Asher blijkbaar goed. Ze schrok op bij het horen van haar ringtoon.

Harvey belde.

Ze twijfelde even of ze wel op wilde nemen, maar aangezien hij anders weer boos zou worden en ze daar geen zin in had, nam ze toch op. 'Hallo, met Rue,' groette ze zonder enig enthousiasme.

'Waar ben je?'

Rue zuchtte. Wat moest ze hem nu vertellen? Ze wist het toen zeker, ze zou liegen. Ze was er zeker van dat ze hem zou vermoorden als hij erachter kwam dat ze zelf bezig was. Het eerste smoesje dat in haar opkwam was de tandarts. 'Ik ben bij de tandarts in de wachtkamer.'

Het bleef stil aan de lijn. 'Hoelang duurt dat nog?'

Hij geloofde haar, dacht ze opgelucht. Voor nu. 'Eh, ik denk een half uur of zo? Wat is er aan de hand?'

'Dat merk je wel. Ik verwacht je bij Beths huis,' antwoordde hij.

Rue vroeg zich af wat er aan de hand was, maar ze had op dit moment wel andere dingen aan haar hoofd.

'Oh, ik ben nu aan de beurt, ik moet ophangen,' zei ze en hing zonder nog een woord te zeggen op. 'Sorry, werk,' en ze ging weer achter de computer zitten om een goed kijkje te nemen in het document. Er was tegen Rues verwachtingen in, maar één document. Best raar eigenlijk, dacht ze, maar ze begon maar met lezen.

Vertrouw NiemandWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu