Luna
Snikkend lig ik op de grond. Hij gaat weg. Weg voor goed. Hij heeft me verlaten. En ik kan het hem niet kwalijk nemen.
Ik heb er zelf voor gezorgd.
"Luna?!" Hoor ik een jongensstem verbaasd zeggen. Ik negeer de stem. Ga weg, ga weg. Laat me op dit moment echt met rust. Ik ben gebroken. Mijn hart is gebroken.
"Luna? Ben jij het?" Hoor ik de bezorgde stem weer. Ik leg mijn hoofd op de grond. Ik voel een hand op mijn schouder. Wat denkt die persoon wel niet?
"Kijk me aan, alsjeblieft." Zegt de persoon smekend. Wie is het? Hoe weet hij mijn naam?
Langzaam kijk ik omhoog. "Ga weg, laat me met rust." Zeg ik boos en nog steeds snikkend van het huilen. "Ik ben het, herken je me niet meer?" Vraagt de persoon, een tikkeltje beledigend. Opnieuw kijk ik hem aan. Waar moet ik hem van kennen?
"Ik ben het."
"Mark." Zegt hij blij. Maar ik ben het tegenovergestelde. Hij weet niet wat ik meemaak op dit moment. En Mark? Wie is Mark?
"Mark? Meer details." Beveel ik hem en kijk hem raar aan. Hij zucht. "Nog altijd je sterke karakter, maar aan de andere kant zo lief." Zegt hij met een glimlach. Hij pakt mijn bovenarm beet. "Kom, opstaan." Zegt hij. "Laat me los, man. Ik weet niet wie je bent of hoe-" zeg ik boos, maar hij begint er doorheen te praten.
"Rustig, ik ben Mark-" zegt hij, maar nu laat ik hem niet uitpraten. "Ja, nu weet ik wel dat je Mark heet! Ik kan zoveel mensen die zo heten!" Roep ik boos. Nog steeds lig ik op de grond. Het valt me nu pas op, dat mensen om ons heen, ons raar en verbaasd aan kijken.
Hij schud met een kleine glimlach zijn hoofd en zucht even. "Laat me nu even uitpraten, prinsesje." Zegt hij grijnzend. Ik kijk hem vernietigend aan en knik. "Ik ben Mark, ja ik weet dat je dat nu weet! Van het bos." Zegt hij en het laatste zegt hij weer rustig.
"Het bos?" Vraag ik. Hij knikt. Oh... Nu schaam ik me echt kapot.
Hij lacht en pakt mijn arm weer beet en tilt me omhoog. Als ik weer normaal sta, trek ik mijn shirt recht en als ik omhoog kijk, zie ik hem mij aanstaren.
"Je bent nog even mooi als toen." Zegt hij en hij kijkt me van top tot teen aan. Ik voel me bekeken. "Dankje, jij bent uh, veel veranderd." Zeg ik stamelend. "Ik herkende je niet meer." Ja, dat heb ik gemerkt." Zegt hij lachend. Ik bescheiden terug. "Moet ik het positief of negatief opvatten?" Vraagt hij dan. "Positief." Zeg ik met rollende ogen. Nog steeds een eigendunk. En ik viel voor hem. Toen.
Toen had ik ook al met een andere jongen gezoend en David verraden. Wacht! Waarom heeft hij me toen wel vergeven en nu niet? Doordat het de tweede keer?
Oh, wat heb ik toch gedaan! Ik laat mijn droomjongen gaan. Richting Parijs nog wel! Ik ga hem zoeken, hij komt niet zomaar van me af. Hij houd van me. Misschien heeft hij gewoon wat tijd nodig, toch? Of wilt hij me echt niet meer? Allemaal vragen spoken door mijn hoofd, ik krijg het er zelfs benauwd van.
"Luna? Hallo?" Hoor ik Mark zeggen, en zijn hand die voor mijn gezicht gaat, maakt me weer wakker uit mijn eigen wereld. "Huh wat?" Vraag ik. Hij lacht even. Waarom lacht hij zoveel om me? Wat moet hij überhaupt van me? Ik heb hem na David gekozen, is hij daar niet meer boos over?
"Hier is Clint." Zegt hij, die heel de tijd al naast hem stond, maar mij nog niet op viel. "Oh, dankje." Zeg ik glimlachend en pak hem beet.
"Ik uh, zag je huilen en uh die jongen in de trein, was dat David?" Vraagt hij onzeker. Dan voel ik de tranen weer stromen. "David..." Mompel ik. "Ja, dat was hem." Zeg ik nu wel verstaanbaar. "Oh. Heeft hij je wat ergs aan gedaan?" Vraagt hij bezorgd en komt dichter bij me staan. "Nee... Dat heb ik gedaan." Zeg ik en kijk naar beneden.
Hij wrijft over mijn arm en daarna over mijn wang en neemt me mee in een knuffel. Dan haalt hij zijn hand door mijn haren. "Stil maar, alles komt goed." Zegt hij. Ik wil hem weg duwen, maar ik ben te slap. Lichamelijk en geestelijk.
Het beeld van David in de trein, schreeuwend dat hij van me houd, spoken weer door mijn hoofd. Ik zal me dit nooit kunnen vergeven. Ik moet hem terug winnen. Hoe dan ook.
Mark trekt terug uit de knuffel. Ik glimlach kort, als ik naar zijn shirt kijk. "Wat?" Vraagt hij en volgt mijn blik en kijkt dan ook naar zijn shirt. Hij moet ook lachen, als hij zijn shirt ziet, met een grote vlek, afkomstig van mijn tranen. "Geeft niet, jij mag alles doen bij mij." Zegt hij glimlachend. Nu valt zijn mooie glimlach mij weer van eerst.
Maar ik ben niet meer op hem. David is van mij of was. Ik mag hem niet zomaar opgeven en Mark mijn keuze niet weer veranderen.
"Wil je even naar mijn appartement? Kan je even bijkomen." Zegt hij. Ik schrik weer uit mijn gedachtes. Ik knik en hij omarmt me. Ik schrik een beetje van zijn aanrakingen, maar laat het toe, maar ik houd wel genoeg afstand, hij moet niet denken dat ik hem terug wil. Ik wil David terug.
"En Clint dan?" Vraag ik. "Brengen we wel even terug en gaan dan zo snel mogelijk naar mijn appartement. Of heb je geen ruzie meer met je ouders?" Vraagt hij en kijkt me diep aan. Hoe weet hij alles nog zo goed? Hij is me dus zeker niet vergeten na al die tijd, ik hem wel, ergens voel ik me schuldig, maar ook weer niet, ik kan niet weer...
"Ja, nog steeds. Dus laten we het dan inderdaad snel doen." Zeg ik. Hij knikt en gaat er verder niet op in.
Hij tilt me op, net als toen, en zet met op Clint neer en gaat dan zelf voor me zitten.
"Lang geleden." Zegt hij en ik weet dat hij grijnst, ik heb hem goed leren kennen in een korte tijd. "Ja..." Zeg ik zacht en hoor hem daarna niet meer praten.
In stilte luister ik naar het geluid van de hoeven van Clint. En mijn gedachtes dwalen weer af.
Naar David.
David
En weg was ik. Weg was zij.
Ze was uit mijn zicht, uit mijn beeld. Maar ze zal voor altijd op mijn netvlies staan.
Haar mooie, blonde haren, haar glimlach, haar blauwe ogen. Alles.
Ik zal haar nooit vergeten.
Ik ga weg. Naar Parijs nog wel, de 'romantische' stad.
Op naar mijn toekomst.
Mijn toekomst zonder haar.
Luna
Aangekomen op het kasteel, stappen we snel af. We zadelen hem snel af en zette hem op stal. "Doei, Clint." Fluister ik nog snel. "Luna! Snel!" Hoor ik Mark roepen. Ik ren op hem af en rennen richting de poort. Daar stond hij met een oude fiets.
"Hoe kom je daar ineens aan?" Vraag ik stom verbaasd. "Stond bij een boom, maar stap nou maar snel op. Het is een halfuur fietsen vanaf hier." Zegt Mark zuchtend.
Ik ga op de bagagedrager zitten en Mark begint dan te fietsen.
Ik wil mijn armen om zijn middel slaan, maar ik kan het niet. Het voelt dan alsof ik vreemd ga.
En ik zal mezelf beloven, dat ik dat nooit meer doe. Want je ziet wat er van kan gebeuren. Je kan je geliefde kwijt raken, terwijl je dat niet eens is wou.
En het gevoel is vreselijk.
Dan begin ik ineens weer te snikken, als ik aan David moet denken.
"Wat is er?" Vraagt Mark bezorgd. "Niks." Zeg ik en wrijf met mijn handen de tranen weg. "Niks? Je huilt." Zegt hij. Daar heeft hij een punt en ik weet het, er is iets, maat moet ik het vertellen?
"Ik leg het straks wel uit." Zeg ik. Hij zegt niks meer en dan kijk ik naar de weilenden om ons heen. De schapen die staan te grazen.
Hun hebben geen zorgen.
Geen zorgen, over het leven.
Of de liefde.
---------------------
Heyy,
Hopelijk is het verhaal nog leuk!
Het meisje op de afbeelding is Luna, zo ongeveer dan ;)
Xxx caitlinxfranke
JE LEEST
The Wedding
RomanceDit verhaal gaat over een prinses, ze heet Luna en ze is nog maar 20 jaar en iedereen is jaloers op haar. Ze is heel rijk, want ook haar ouders zijn rijk en beroemd en die zijn dan ook namelijk de koning en koningin. Ze heeft een paar problemen. Ten...