Hoofdstuk 34.

27 8 0
                                    

Luna

Één schot.

En daar lag ze. Met grote ogen keek ik toe. Ik voelde mijn tranen weer achter mijn ogen vandaan komen.

Het tweede schot.

Het geluid weerklonk nogmaals in mijn oren.

Mijn betraande ogen, zorgde ervoor dat ik alles wazig zag. Ik zag enkel een vaag beeld van Mark die richting mijn oma liep. Ik stak mijn hand naar voren en schreeuwde. Ik had nog nooit zo hard geschreeuwd. Daniël kwam hurkend naast me zitten en legde een hand op mijn mond, om het geschreeuw te laten stoppen.

Maar natuurlijk, dat werkte niet. Niet na wat ik net had gezien.

Opa, opa, opa. Spookte door mijn hoofd. Waar was hij?

"Oma! Oma!" Begon ik weer te schreeuwen. "Oma...," vervolgde ik zachter en luid gesnik was nog steeds te horen. "Stil maar." Fluisterde Daniël, terwijl hij een arm om mijn middel sloeg. "Ga weg," siste ik. "Nee." Zei hij bot. "Ga weg!" Zei ik nogmaals, maar dan schreeuwend.

Plots viel hij neer op de grond. Met grote ogen keek ik hem aan. Opeens zat David hurkend voor me neer. "David." Zei ik opgelucht. "Ik ben er." Zei hij met een kleine glimlach. Ik glimlachte terug en omhelsde hem stevig. Luid gesnik kwam nog steeds uit mijn mond. "Stil maar, ik ben er." Zei David liefkozend, maar het hielp niks. Mijn oma was vlak voor me neus neergeschoten. Was ik hier maar nooit gekomen.

"Laat haar los," klonk een zware stem. Beide lieten we elkaar los. "Mark." Spuwde David uit zijn mond, terwijl hij langzaam op stond. Ik volgde zijn voorbeeld en stond ook op. Snel veegde ik mijn tranen weg, Mark mocht me niet zwak zien, al was dat plan al totaal mislukt.

Ze stonden weer recht voor elkaar. Angstaanjagend.

Vanuit de verte zag ik mijn opa aankomen rennen. Ik maakte een gebaar dat hij moest blijven op de plek waar hij stond, maar het hielp niks. Tot overmaat van ramp, zag Mark mijn gebaren. Abrupt draaide hij zich om en mijn hart schoot gelijk in mijn keel.

"Luna, wie zijn dit?" Stamelde mijn opa, toen hij eenmaal bij ons was. Tranen bleven naar beneden stromen, ik kon het maar niet stoppen. "Opa..." Snikte ik. "Oma," en ik wees de juiste richting op. Verbaasd draaide hij zich om. Met grote ogen kijk hij me weer terug aan. En alle emoties in zijn gezicht, zijn niet te beschrijven. Er zijn geen woorden voor.

Strompelend liep hij naar mijn oma, die daar stil op de grond lag. Even leken we Mark te vergeten, maar daar kwam al snel verandering in, toen hij maar weer eens besloot om te gaan praten, nou ja, je kunt het eigenlijk niet eens praten noemen.

"Jij, hier komen." Beveel hij mijn opa, eerlijk gezegd nog op een kalme toon. Met betraande ogen en een trillend lichaam liep mijn opa richting Mark. Mark pakte hem stevig beet en hield zijn wapen tegen zijn hoofd gedrukt. "Mark alsjeblieft, laat hem gaan." Smeekte ik huilend. Hij grijnsde. Het was allemaal maar een spel voor hem.

"Graag, maar één ding," hij keek mij met een brede grijns aan. "Als jij Luna, met me mee gaat." Ik sloot mijn ogen. En die keuze was al snel gemaakt.

Ik beende richting Mark. Ik liet het wapen zakken en knikte naar mijn opa, als teken dat het goed was. Mark stopte zijn wapen weer weg en duwde hardhandig mijn opa op de grond. Ik slaakte en een gil en wilde naar hem toe gaan, maar Mark hield me tegen.

Hij pakte stevig mijn pols beet, waarna hij zijn vingers in de mijne wikkelden. Kippenvel raasde gelijk over mijn huid heen. David, stond ondertussen voor Mark. "Jij vuile klootzak." Vloekte hij recht in het gezicht van Mark. Mark grijnsde.

"Ja David, dat is waar," hij stopte even en drukte mij tegen zich aan. "Maar wel een klootzak met een knappe prinses als vriendin." En hij sleurde me mee, richting zijn auto.

The Wedding Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu