Hoofdstuk 11

943 56 17
                                    

Miami, FL - November the 8th, 2015 - 21:01 PM

Ik haal een diepe zucht en kijk zo geconcentreerd mogelijk naar de tv. Het is negen uur 's avonds en mijn ouders zijn nog niet thuis. Luna is boven in haar kamer en ik zit beneden op de bank. Ik slik wanneer ik af en toe voorzichtig om me heen kijk. Bang, dat ik de vrouw weer zie. Ik weet nog steeds niet of deze vrouw nou echt is, of dat ik me steeds verbeeld. Ik ken deze vrouw ook helemaal niet, ze komt me helemaal niet bekend voor. Ik heb haar nog nooit eerder gezien in mijn leven.
Wáárom zie ik dan in hemelsnaam steeds een onbekend persoon? En wáárom verdwijnt ze weer na een paar seconden? Het is alsof ze me stalkt of zoiets, maar ik snap gewoon niet hoe en waarom. Ik denk terug aan gisteren, toen ze ineens in mijn kamer stond. Ik liep naar haar toe en wou haar aanraken, maar ze gilde plotseling en ik viel van de schrik op de grond. Mam deed de deur open en zag me op de grond liggen. Ze hoorde helemaal geen gil, maar alleen het geluid van dat ik viel. Dat is toch vreemd? Die gil was echt duidelijk hard, die zou ze toch moeten horen? Ook dit snap ik niet.
Misschien verbeeld ik me toch wel. Ik ben zo erg in de war. Ik denk aan Gary. Dit kan ook niks met hem te maken hebben, want als dat wel zo was, wist ik waarschijnlijk wel wie deze vrouw was. Maar ik ken haar écht niet.
Dan hoor ik zachte, rare geluiden, die mijn gedachten ook onderbreekt. Met grote ogen kijk ik langzaam om me heen. Ik slik. Ik ben zo bang dat het weer de vrouw is.
Ik sta op en loop met trillende benen wat rond in de woonkamer. Dan loop ik richting de keuken. Mijn hart begint sneller te kloppen. De keuken zit achter een muur, dus ik kan niet meteen zien wat er in de keuken staat. Ik sluit mijn ogen en haal diep adem. Briana, je kan het. Wees maar niet bang, de vrouw die je telkens ziet is maar verbeelding, stel ik mezelf gerust.
Ik zet een stap vooruit en kijk achter de muur, naar de keuken. Er staat niemand. Opgelucht haal ik een diepe zucht. Ik grinnik in mezelf. Dit ziet er vast heel raar uit, ik maak me vast druk om helemaal niks.
Ik schrik me rot wanneer opeens de huistelefoon loeihard afgaat. Ik loop er geïrriteerd naartoe en pak het meteen op om op te nemen.
'Ja?!'
Dat kwam best kortaf en bot over, maar dat was niet zo bedoeld. Het kwam door de stres, die eigenlijk nergens voor nodig is.
Niemand geeft antwoord aan de telefoon.
'Hallo?'
Nog steeds niet. Is dit een grap of zo?
'Hallo? Wie is dit?'
Plotseling klinkt er zacht gehijg, die maar slechts drie seconden duurt voordat diegene ophangt. Ik frons mijn wenkbrauw en ondertussen gaat er een rilling door me heen. Dat was best creepy. W-wie was dat..?
Ik hoor nog steeds de geluiden, maar ik weet niet waar het vandaan komt. Maar dan kijk ik naar het plafond.
Ik loop terug naar de woonkamer, zet het geluid van de tv wat zachter en luister nog even goed. Ik hoor zacht gebonk, gefluister en voetstappen. Nu weet ik het zeker, het komt van boven.
Dat gefluister, het klinkt als een zacht kinderstem. Het is dus Luna. Maar met wie staat ze dan te praten? Ze is toch alleen?
Even denk ik aan mijn nichtje Amy, die altijd bij ons thuis is wanneer ik op haar en Luna moet passen. Hun twee zijn samen altijd heel druk en spelen totdat ze uitgeput zijn. Maar vandaag is Amy niet bij ons.
Ik zet de tv uit en loop de gang in. Onderaan de trap luister ik nog even goed. Die stem is inderdaad van Luna, maar ik kan niet precies horen wat ze allemaal zegt. Het is nogal onduidelijk.
Muisstil sluip ik de trap op. Eenmaal boven, ga ik achter de deur van Luna's kamer staan. Met mijn oor tegen de deur gedrukt luister ik haar af. Ik hoor haar zachtjes praten, maar ik hoor daarbij ook zacht gebonk en nog steeds voetstappen. Maar aan Luna's stem te horen lijkt het alsof ze gewoon stilstaat.
Ik buk een beetje om door het sleutelgat te kunnen loeren. Ik kan alleen Luna's rug zien, ze staat met haar gezicht naar de muur. Ze staat dus inderdaad gewoon stil. Ik probeer nog een keer naar haar stem te luisteren, maar ik kan haar nog steeds niet verstaan.
Ik besluit om te kloppen en te vragen wat ze aan het doen is. 'Luna?' Ik klop aan haar deur. 'Luna? Mag ik binnenkomen?'
Ineens is ze stil. Ik frons mijn wenkbrauw. Waarom geeft ze geen antwoord? Ik doe de deur maar open en loop naar binnen. Luna staat nog steeds naar de muur te kijken.
'Luun? Tegen wie ben je aan het praten?'
Ze zegt nog steeds niks. Ze draait zich niet eens om. Waarom doet ze ineens zo raar? Langzaam loop ik naar haar toe totdat ik recht achter haar sta.
Ik leg voorzichtig mijn hand op haar schouder. 'Luna? Waarom zeg je niks?'
Nu pas kijkt ze om. Met haar heldere, blauwe oogjes kijkt ze me aan.
'Hey kleine.. Tegen wie was je aan het praten?' vraag ik opnieuw.
'Tegen een vriendinnetje van mij.' zegt ze uiteindelijk. Ik kijk haar verbaasd aan. W-wat bedoelt ze daarmee? Er is hier verder niemand in haar kamer. Luna's blik gaat weer naar de muur.
'Hoe heet dat vriendinnetje van je, dan?' vraag ik haar.
Even blijft het stil, maar dan begint ze te glimlachen. 'Ik mag haar naam niet zeggen,' zegt ze met haar schattige, hoge kinderstemmetje. 'Dat mag alleen ik weten. Het is een geheimpje. Ze wilde mijn vriendinnetje zijn.'
Ik knik langzaam. Misschien is dit een denkbeeldige vriendin van haar. Dat hebben kinderen best vaak, heb ik gehoord.
'Maar ik kan geheimen bewaren hoor.' Ik ga op mijn hurken zitten zodat ik even groot als Luna ben.
Ze schudt haar hoofd en haalt haar schouders op. 'Ik mag het alsnog niet zeggen.'
Ik knik weer twijfelend.
Nog voordat ik iets wil zeggen, schuift Luna's kinderstoeltje ineens met veel lawaai een stuk naar achteren, uit zichzelf.
Ik schrik en sta meteen op.
Mijn hart gaat tekeer.
'Geen zorgen,' zegt Luna kalm. 'Ze doet niks, hoor.'
De manier waarop ze dat zegt, maakt me juist nog banger. Wat heeft ze ineens?!
Mijn ademhaling gaat steeds sneller.
Dit is duidelijk géén denkbeeldig iets.
Met wijde ogen staar ik naar het kinderstoeltje.
Ik slik.
Hoe is het mogelijk? Hoe kan dat stoeltje nou ineens uit zichzelf verplaatsen? Wat gebeurd er allemaal?!
Ik denk aan dat ene filmpje op YouTube, van dat lege kantoor. Het zag er precies zo uit. Het schoof ineens, uit het niets, naar achter.
In paniek kijk ik om me heen.
Ik verslik me.
Plotseling zie ik een duidelijke schaduw achter het gordijn.
Shit!
Ik slaak een gil en pak snel Luna's hand.
'Kom mee!' zeg ik en ik wil haar meetrekken, maar ze weigert. 'Luna, kom op nou!' kreun ik bang.
'Het is een lief meisje! Ze doet je niks kwaad!' schreeuwt ze en ze trekt haar hand los. Ik schud mijn hoofd.
'Dit is niet goed!' schreeuw ik terug en ik besluit om haar op te tillen. Ik ren met mijn zusje in mijn armen de trap af. Tranen stromen over mijn wangen van angst, maar dan zie ik dat mam en pap weer thuis zijn. Precies op tijd! Ik ben zó blij.
Ik zet Luna weer neer en spring huilend in mams armen. Ze kijkt me verbaasd aan. 'Wat is er gebeurd?!'
Praten lukt me niet, ik kan alleen maar huilen. Luna blijft stil, maar dan draait ze zich om en loopt weer de trap op. Mijn ogen schieten wijd open. 'Luna, nee! G-ga niet terug! B-blijf hier!' schreeuw ik dan.
'Wat is er boven dan?!' vraagt pap.
'Een v-vrouw..' is het enige wat ik uit me kan brengen.
Mam trekt een rare blik. 'Hè?! Een vrouw?'
Ik knik wild. Pap rent ook de trap op. 'Er is hier niemand.' hoor ik hem, nadat hij rond heeft gekeken, roepen van boven. Mam probeert me te kalmeren en wrijft over mijn rug.

The Strange Lady (chapter I: the beginning)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu