58. Ring

769 55 86
                                    

Guys! Ff de logica terughalen xD Hier komt een quizvraag! Degene die de beste antwoord geeft, krijgt een plekje in mijn boek met zijn of haar eigen (Of verzonnen) naam! Alle antwoorden zijn goed o3o/

Quizvraag:

Mevrouw Patterson heeft 'The Red String of Fate gemaakt', maar hoe komt het dat die monster een eigen leven heeft als alles door een systeem wordt bepaalt?

________________________

Ik voel mijn lichaam zwakker en zwakker worden. Wat gebeurt er met me? "We zijn er!" Roept Blaise grijnzend. Ik zie een deur voor ons verschijnen. Met veel moeite opent Blaise de deur. Het licht verblindt zowat mijn ogen. Knipperend tegen het felle licht loop ik naar buiten. We bevinden ons in een enorme glazen koepel boven de wolken. "Woah! Zo'n mooie uitzicht!" Roep ik ongelovig. "Hé! Jullie zijn er eindelijk!" Ophelia en de anderen rennen naar ons toe. "Alleen Aviana en Nixon nog." Zegt Aria bezorgd. "Die komen er heus wel uit." Lacht Jaydan. "Seraphina! Je linkerarm bloed!" Roept Mireya. Ze bekijkt mijn arm en trekt mijn mouw kapot. "Okay, vaarwel shirt." Mompel ik. Mireya kijkt me verontschuldigend aan. "Je kon ook haar mouw opvouwen." Lacht Blaise. "Ja, kon." Zegt Mireya. "Je hebt geluk! Het raakt net je zenuwstelsel en spieren niet!" Roept Mireya opgelucht. Euh ja... Wat kan er gebeuren als dat wel zo was? Ik voel me duizelig worden. "Ik voel me niet zo lekker." Zeg ik zacht. Blaise staat gelijk achter me en tilt me op in bruidsstijl. "Kom, je moet even gaan rusten." Zegt hij. Ik knik. Hij draagt me naar een stoel die met een touw aan het plafond hangt. "Wacht." Roept Jaydan. We draaien ons verbaasd naar hem om. Jaydan wijst naar een gesloten deur. "Ik hoor iets." Zegt hij zacht. Iedereen wordt muisstil. Ik hoor inderdaad ook iets... Rennende voetstappen. "Het zijn Aviana en Nixon of het zijn geesten." Fluistert Ralph. "Kan beide. Er zat namelijk een monster achter ons aan." Fluistert Blaise terug. Iedereen kijkt ons geschrokken aan. De deur knalt open. Aviana vliegt zowat het koepel binnen. Achter haar valt Nixon hardt op de grond. "Sluit die deur." Gilt Aviana. Ophelia en Aria rennen naar de deur. Ze gooien snel de deur dicht. Ik spring uit Blaise's armen en ren naar Aviana toe. "Er zat een monster achter ons aan met donkere ogen en bleke huid." Zegt ze angstig. Nixon komt overeind. Er loopt een beetje bloed uit zijn mond. "Gaat het, schat?!" Aviana bekijkt snel zijn lippen. Nixon knikt geruststellend. "Euhm... Ik wil jullie momentje niet verstoren, maar het monster bonkt op de deur." Mompelt Haiden. We kijken allemaal naar de deur. Het trilt even. Ik richt een pijl op de deur. De anderen pakken hun wapens en gaan in een aanvalshouding staan. "Kunnen we niet uitloggen ofzo." Mompelt Aviana. "Kan niet. Dat ik heb geprobeerd toen jullie het koepel in vlogen." Zegt Saira. "Oh, dus we moeten die monster eerst vermoorden voordat we kunnen uitloggen?" Zegt Elora. De anderen knikken. "Seraphina boven je." Hoor ik een bekende griezelige stem boven me. Er springt iets op mijn rug. Ik gil het uit. De anderen springen achteruit. "Niet bewegen of ik maak haar af." Lacht het monster. Hij houdt een dolk tegen mijn keel. "Laat haar gaan." Gromt Blaise woedend. "Of anders?" Zegt het monster uitdagend. Blaise kijkt even mijn kant op. Ik schud mijn hoofd. "Ik neem haar met me mee." Zegt het monster. "Dat is uitgesloten!" Roept Ophelia. Het monster drukt het dolk steviger tegen mijn keel. Ophelia houdt gelijk haar mond. "Of ze gaat met me mee of ze gaat dood." Grijnst het monster. "Geen van beide graag." Mompel ik. Het monster kijkt me even woedend aan. "Oh, en voordat jullie het nog niet weten. Ik heb het game gehackt, waardoor jullie niet meer kunnen uitloggen. Dus laat me haar met me meenemen en ik laat jullie allemaal vrij." Grijnst het monster. "Nee!" Roept Blaise. "Maak je niet druk, vriendje. Het glasscherfje had gif in zich. Binnen een paar uur is ze iedereen vergeten! Heb je al symptomen van duizeligheid en vermoeidheid gemerkt?" Lacht het monster. De anderen kijken me verschrikt aan. "Jij vieze monster." Sis ik. "Hier wel ja, tot je me in het echt gaat ontmoeten." Lacht het monster. "Ben je een jongen?" Vraagt Aria. "Misschien wel, maar misschien ook niet." knipoogt het monster. Tot nu vind ik hem een hij. Hij trekt me overeind aan mijn haar. "Oké, wij gaan." Grijnst het monster. "Wacht, laat me nog even afscheid nemen." Smeek ik. Het monster kijkt me wantrouwig aan. "Van één persoon maar." Zegt hij. Ik knik en loop gelijk naar Blaise toe. Hij trekt me in een stevige knuffel. "Ik laat je niet gaan." Gromt hij. "Ik wil eigenlijk ook niet gaan, maar we hebben geen keus. Jullie moeten nog hier wel uit zien te komen." Fluister ik. Blaise zegt niks terug. "Vertel mevrouw Patterson wat er aan de hand is en als ik echt mijn geheugen kwijt ben... Ik hoop dat ik jou nog zal herinneren." Zeg ik zachtjes. Blaise laat me even los en tilt mijn kin omhoog. "Ik zal je komen halen. En hij of zij zal hiervoor boeten." Fluistert hij duister. Ik grijns naar hem. "Als je me nooit meer terug kan vinden... Weet alsjeblieft dat ik van je hou." Ik voel mijn tranen opkomen. Blaise knikt. "Ik hou zielsveel van je Seraphina. Voor jou zou ik de hele wereld afreizen om jou te zoeken." Glimlacht hij teder. Hij buigt zich naar me toe en geeft me een kus. Ik proef het bittere smaak van tranen. "Tijd is om." Roept het monster. Ik maak me langzaam van Blaise los. Hij staart me verdrietig aan. Ik glimlach nog een keer naar de anderen en loop dan naar het monster toe. "Wacht!" Roept Blaise. Hij rent op me af en drukt een kleine doosje in mijn handen. "Maak dit later open." Fluistert hij in mijn oor. Ik knik en geef hem nog een kus. Blaise loopt terug naar de anderen. "Adios." Lacht het monster. Hij zwaait met zijn handen. Blaise en de anderen verdwijnen langzaam. Ik zie de meiden me hulpeloos aankijken. En degene die me het diepst raakt iets Blaise. Het lijkt alsof hij zijn wederhelft heeft verloren. Wat misschien ook zo is. Ik glimlach nog een keer naar hen tot ze helemaal zijn verdwenen. "En dan gaan wij ook." grijnst het monster. Hij klapt een paar keer in zijn handen. Alles om me heen vervaagt. Na een paar seconden verscherpt mijn zicht weer. Ik ziet in een kerker uit de middeleeuwen. Zuchtend ga ik op een strobedje zitten en bekijk het doosje. Ik open het doosje voorzichtig. Er springen gelijk tranen in mijn ogen. In het doosje ligt een prachtige zilveren ring met een enorme saffier met eromheen diamanten. Naast de ring ligt een mini opgerolde papiertje. Ik rol het open. Word de mijne. Snikkend rol ik het papiertje weer op en stop het terug in het doosje. "Ik hou van je, Blaise." Fluister ik. Mijn zicht wordt steeds donkerder.

Last GameWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu