23. Lure

842 62 16
                                    

Ik pak Lucardo's hand vast. Ophelia rent naar me toe en drukt iets in mijn hand zonder dat Lucardo het ziet. Ze wijst naar meneer Illery. Ik knik. "Zullen we gaan?" Vraag ik aan Lucardo. Hij knikt. Ik buig me naar hem toe en druk een kus op zijn wang. Hij draait zijn gezicht en geeft me een kus. Vanachter mijn rug steek ik het briefje dat Ophelia me heeft gegeven in meneer Illery's hand. Ik maak me van Lucardo los. Blaise staart me verdrietig aan. "Neem ze gevangen." Beveelt meneer Illery. De bewakers gaan om ons heen staan. De robots wachten op een bevel van Lucardo. "Vertrek jij maar als eerste. Wij komen achter je aan." Fluister ik. Lucardo knikt en loopt naar zijn auto. De robots gaan achter hem aan. We spreiden onze vleugels. "We bezoeken u morgen." Fluistert Ophelia. We stijgen op. "Ik heb het nog niet aan Nixon kunnen uitleggen." Mompelt ze. Ik kijk naar beneden. De jongens kijken naar ons. "Ik weet niet eens of Blaise het echt meende of niet." Fluister ik. Aviana zucht. "Wacht! Ik heb een idee. Ophelia papier!" Roep ik. Ophelia geeft me snel een papier en een pen. Ik krabbel snel wat erop. "Oké, wacht hier." Ik laat mijn zwaard 'per ongeluk' naar beneden vallen. Aviana begint te lachen. Ik maak een duikvlucht naar beneden. Mijn zwaard valt naast Blaise op de grond. Ik land op de grond en pak mijn zwaard. "Papier." Ik laat mijn papiertje vallen en stijg weer op. "Kon je dat niet eerder zeggen! Dan kon ik Nixon er ook één geven!" Mompelt Aviana. Ik rol met mijn ogen. "Ik heb alleen 'Act' erop geschreven." Lach ik. Ze knikt verdrietig. "Kom! Lucardo is al bijna verdwenen!" Mireya gebaart naar de auto van Lucardo. We vliegen snel achter hem aan.

"Lucardo!" Mevrouw Patterson en Lucardo lopen ruzie te maken. "Nee mam! Ik ga hier echt niet mee stoppen!" Roept Lucardo. We zitten op een stoel naar hen te staren. "Je gaat hier zo spijt van krijgen!" Roept mevrouw Patterson. "Nee hoor!" Grijnst Lucardo arrogant. "We moeten ervoor zorgen dat we morgen meneer Illery kunnen spreken." Fluistert Ophelia. "Maar hoe dan?" Vraag ik. We blijven gespannen naar hun ruzie luisteren. "Meneer Illery heeft alle codes al behalve die van Aviana en Seraphina!" Lacht mevrouw Patterson. Lucardo begint opeens vals te lachen. "In dat geval is het een uitstekend idee om hen als lokaas te gebruiken." Grijnst hij. "Shit." Fluistert Aviana. Mevrouw Patterson staart ons spijtig aan. "Seraphina en Aviana worden morgen naar hun gebouw gebracht. Gewond en uitgeput." Legt Lucardo uit. Ik knik langzaam. "Met make-up?" Vraagt Ophelia. Lucardo schudt zijn hoofd. "Echt." Ik kijk hem verschrikt aan. "Grapje zeker!" Roep ik. Lucardo schudt weer zijn hoofd. Ik kijk paniekerig naar Aviana. Ze bijt op haar onderlip. "Het is al bijna tien uur 's avonds." Lucardo gebaart naar een paar robots. "Begeleid Seraphina en Aviana naar de martelkamer." Roept hij. "Leuke naam voor een kamer." Mompel ik. We worden vastgepakt en door een gang naar een kamer geduwd. "Waarom wilt hij dat we gemarteld worden?!" Aviana kijkt me paniekerig aan. "Waar zitten de codes?!" Roep ik. "Ophelia zei tegen me dat het op onze schouderblad zit." Fluistert Aviana. "Hij wilt ervoor zorgen dat de codes niet meer zichtbaar zijn." Fluister ik terug. Aviana schuift mijn haren weg. "19." Ik draai me om bekijk haar code. "1." Lach ik. Ze knipoogt naar me. Lucardo komt naar binnen. "Sorry liefje, maar jullie moeten gemarteld worden. Voor jullie eigen best wil." Zegt hij. Ik knik. "Ik snap het." Glimlach ik. Lucardo knikt en gebaart naar de robots. De robots pakken een paar zwepen. "Tot morgen." Lucardo loopt weg. "Morgen?!" Roept Aviana. We worden vastgebonden tegen de muur. Ze proppen een doekje in onze mond. Oh god. De robots maken zich klaar. Aviana begint te snikken. Laat dit alsjeblieft snel voorbij zijn.

Ik voel het bloed langs mijn ogen naar beneden glijden. De afgelopen nacht was echt een nachtmerrie geweest. Om de seconde kreeg ik een zweepslag ergens op me lichaam. Het doekje wordt uit mijn mond gehaald. Ik spuug wat bloed uit mijn mond. Het doekje is nat van mijn bloed. Aviana kruipt naar me toe. "Dit noem je martelen." Hijgt ze. Ik knik. "Je hebt gelijk. Onze codes zijn niet meer te zien." Fluister ik. Ze knikt. De deur gaat open. Lucardo komt naar binnen. Hij schrikt als hij ons ziet. "Het ziet er goed uit." Glimlacht hij trillend. Ik hoop dat je ooit hetzelfde ondergaat. We worden overeind getrokken. Ik kreun van de pijn. "Voorzichtig ja!" Roep ik. Ik zie bloed op de grond waar wij gelegen hadden. Diep ademhalen Seraphina. We lopen naar een zaal. De meiden en mevrouw Patterson kijken ons geschokt aan. Ik glimlach trillend. "Is het zo erg?" Vraagt Aviana. De meiden schudden heftig hun hoofd. "Ja!" Gilt mevrouw Patterson. De meiden kijken haar boos aan. Ik schud lachend mijn hoofd. "Maakt niks uit." Ik ga aan tafel zitten. "Jullie krijgen een prik waardoor jullie wat zwakker worden." Lucardo gebaart naar een paar robots. Ik zucht geërgerd. De robot duwt een naald in mijn arm. Ruim 100ml spuit hij in mijn arm! Ik voel me gelijk vermoeid. "Oké! Ik leg jullie even mijn plan uit."We brengen Seraphina en Aviana naar hun gebouw. Een paar meiden proberen de andere codes te stelen. Zo hebben ze geen code meer en zal niemand uit het game kunnen." Legt Lucardo uit. "Je hebt ons beloofd dat wij eruit mochten." Roept Rhea. Lucardo knikt. "Later." Grijnst hij. "Is alles duidelijk?" Vraagt hij. We knikken. "Mooi! Dan gaan we nu!" Ik en Aviana worden opgetild door een paar robots. "Kan me nauwelijks bewegen." Mompel ik. "Over een paar uur wel hoor." Lacht Lucardo.

We rijden richting de gebouw van mevrouw Patterson. "Oh jullie worden trouwens door de robots van de dak naar beneden gegooid." Zegt lucardo opeens. "Wat?!" Roepen ik en Aviana tegelijk. "Dat kan je niet menen!" Roept Ophelia. "Jullie hebben toch een ontvangsthal met een glazendak?" Vraagt hij. Ik knik. "Mooi! Jullie worden door een glazendak naar beneden gegooid." Legt hij uit. "Waarom?" Vraag ik. "Dan ziet het er leuker uit!" Lacht hij. "Oh we zijn er." Aviana begint te trillen. "Rustig maar." Fluister ik. "Oh en gebruik niet je vleugels." Roept Lucardo. "We gaan zo dood!" Roept Aviana. We worden naar buiten gesleurd door een paar robots. De robots stijgen op. "Wojow!" Roep ik. "Ik wist niet dat ze konden vliegen!" Gilt Aviana. De meiden worden kleiner. We vliegen richting het gebouw van mevrouw Patterson. "We krijgen sowieso glasscherven in ons huid." Mompelt Aviana. Ik knik. De robots laten ons opeens los. "We zijn er al!" Roep ik geschrokken. We vallen hard op glazendak. Er verschijnen scheuren in het glas. "Shit." Fluistert Aviana. We durven ons niet te bewegen. Onder me zie ik allemaal bewakers en mensen rondrennen en naar ons wijzen. "Leg je hoofd op mijn buik als het kan." Beveel ik. "Dan ga jij dood!" Roept ze. Ik schud mijn hoofd. "Misschien niet, maar het beter als één van ons het wel overleefd." Grijns ik. Aviana schudt geërgerd haar hoofd. "Alsjeblieft?" Vraag ik. "Ik ga hier zo veel spijt van krijgen!" Mompelt Aviana. Ze legt haar hoofd op mijn buik. Het glas kraakt meer. Een robots laat een steen op het glas vallen. "Potverd-" Roept Aviana. Het glas breekt. We vallen naar beneden.

Last GameWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu