Hoofdstuk 35

81 10 4
                                    

Het felle licht van de tl-buizen schijnt volop in mijn ogen. Ik raak haast verblind door het contrast. De comfortabele donkere binnenkant van mijn oogleden maakt plaats voor een stekende pijn die de tl-lichten veroorzaken.
Ik kreun zacht. De tonen van de monitor lijken sneller te gaan. De vredige toestand waar ik mij nog geen paar seconden geleden in bevond, maakt plaats voor de hectische wereld. Zelfs de meest subtiele geluiden slaan als een hamer op mijn hoofd.

"Brannon?" De stem van mijn moeder klinkt verbaasd, haar breekbare stem is verdwenen en heeft plaatsgemaakt voor een intense blijdschap. Mijn zicht is wazig, ik zie niet veel. Haar gezicht zweeft voor mijn hoofd en doorbreekt het schrijnende tl-licht. Het onderste deel van haar gezicht bestaat uit een witachtige vlek. Waarschijnlijk lacht ze breeduit.
"Ik bel de dokter even." Ze pakt mijn hand beet en wrijft zachtjes over de rug van mijn hand met haar duim.
Ik wil nog zeggen dat ze de dokter niet hoeft te bellen. Ik ben bang dat hij mij weer een of ander medicijn zal gaan geven wat mij zal verdoven. Ik moet mijn moeder waarschuwen voor Erik alleen is alles zo overweldigend. Elk geluid dreunt na in mijn hoofd, het is één grote chaos.
"Erik," zeg ik. Mijn lippen voelen droog aan en ze komen amper van elkaar af. Nu pas merk ik dat mijn stemgeluid wordt belemmerd door de slang die in mijn keel loopt en uit de hoek van mijn mond bungelt.
"Wat zeg je lieverd?" Mijn moeder buigt zich weer over mij heen.
"Erik, niet gaan," probeer ik nu iets duidelijker over te brengen. Een stekende pijn schiet door mijn hoofd, maar ik kan niet opgeven nu. Mijn moeder moet het weten.
"Papa zei het tegen mij. Je moet niet gaan."
"Lieverd, waar heb je het over? Ik denk dat je aan het ijlen bent. Ik heb de dokter gebeld, hij zal zo hierheen komen. Wees maar stil, het komt allemaal goed." Mijn moeder probeert mij te kalmeren, maar haar onrust is duidelijk te merken. Haar voet tikt zenuwachtig op de vloer en haar hand voelt klam aan.

Niet veel later komt de arts binnenlopen.
"Hallo, u had gebeld?" De brommerige stem van de arts die ik tot nu toe altijd heb gehoord, heeft plaatsgemaakt door een heldere vriendelijke stem van een vrouw.
"Ja, hij is wakker."
"Goed," zegt de arts. "Even kijken." Het geluid van omslaande pagina's vult mijn hoofd en loopt door met de andere geluiden die te horen zijn. Het geluid van een motor die op de weg rijdt, het getik van een schoen op de vloer, een druppel die uiteen spat in een zinken wastafel en de piepjes van de apparaten.

De aanwezigheid van de arts voel ik steeds dichter bij mij komen, het is haast beangstigend.
"Brannon, ik ga even met een lichtje in je ogen schijnen. Je hoeft hier niet van te schrikken," de kalme stem van de arts geeft me al een stuk verlichting. Langzaam ontspan ik wat spieren. De gebundelde lichtstraal schijnt zwak in mijn linkeroog en vervolgens ook mijn rechteroog.
"Dat ziet er goed uit. Kun je mijn vinger volgen?" De arts houdt haar wijsvinger voor haar ovale gezicht en beweegt de vinger in verschillende richtingen. Netjes volg ik haar vinger met mijn blik.
"Uitstekend," mompelt de arts en ik zie hoe ze haar pen uit haar doktersjas haalt en aantekeningen maakt in mijn dossier.
"Ik ga even de intubatiebuis uit je keel halen," zegt de arts. Enkele seconden later lijkt ze te beseffen dat dit wellicht voor mij en mijn moeder onbegrijpelijke taal is en ze verduidelijkt het begrip: "de beademingsslang die in je keel heeft gezeten." Ze glimlacht vriendelijk en de latex handschoenen die ze aandoet, kletsen op haar huid.
Ik zie dat ze haar kleine hand voorzichtig om de slang heensluit, terwijl ze haar andere hand om mijn wang en kin zet. Met beleid trekt ze de slang uit mijn keel. Het rubber dat langs mijn huig glijdt, geeft me kokhalsneigingen.
"Zo, het is gebeurd," zegt de arts wanneer ze het laatste stukje slang uit mijn keel trekt. Een kokhalsgeluid volgt.
"Dit voelt een stuk fijner lijkt mij," glimlacht de arts en ze gooit de slang in een kartonnen nierbekken die ze op mijn borst had gelegd. Ze pakt het nierbekken met inhoud vast en gooit het in de prullenbak.
"Ik wil je wel nog een zuurstofbril geven, puur voor extra zuurstof."
Ik knik en laat de arts de zuurstofbril bij mij omdoen. Elke keer dat ik slik voel ik een stekende pijn in mijn keel, dat komt vast door die slang in mijn keel.

Een wereld zonder pijnWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu