18. Casper
Stilte. Alle ogen waren op mij gericht. Iedereen leek zich af te vragen waarom ze bij elkaar geroepen had. Wat er zo dringend was. Waarom Joshua dat niet gedaan had, want normaal was hij het die deze bijeenkomsten hield.
"Ik ga meteen met de deur in huis vallen." begon ik. Ik stak mijn handen in mijn broekzakken, in de hoop zo te verbergen hoe zenuwachtig ik was.
"Ik heb gelogen tegen iedereen. Ik ben niet zelf ontsnapt, maar heb hulp gekregen van iemand binnen in de roedel." Een aantal keken naar elkaar. Anderen fronsten dan weer. "Het meisje dat me daar geholpen heeft ... Ik ben haar mate."
Zodra het woord mate gevallen was, ontplofte alles. Iedereen begon door elkaar te roepen. Er werd gevloekt en verwijten werden naar mijn hoofd geslingerd. Ik probeerde er niet teveel op te letten. Natuurlijk wist ik dat dit zou gebeuren, dus had ik mezelf er al op voorbereid.
Joshua was uiteindelijk degene die alles terug stil kreeg. "Laat hem uitpraten." Hij zei het met een gewone spreekstem, zonder zijn stem te verheffen. En toch had zijn zin zoveel kracht.
"Ik weet dat jullie niet blij zullen zijn met wat ik ga voorstellen." zei ik na een aantal minuten wachten. "Aangezien ze haar leven in haar roedel heeft opgegeven voor mij, wil ik hetzelfde doen voor haar. Ik wil haar bevrijden voor ze haar uit de roedel gooien."
Opnieuw begon iedereen door elkaar te schreeuwen. Deze keer probeerde ik ze zelf terug stil te krijgen.
"Het enige dat ik van jullie vraag is dat jullie haar een eerlijke kans geven. Tot ik een plaats gevonden heb waar ze kan blijven. Verder moeten jullie helemaal niets doen."
Deze keer bleef iedereen zwijgen. Alsof ze niet goed wisten wat te zeggen of te doen. Na even wachten, sprak iemand dan toch. "Vraag je ons nu echt om een weerwolf te gaan redden?! Alsof iemand ons ooit nog serieus gaat nemen daarna!"
Een aantal anderen traden hem bij door instemmend te knikken. "Niemand anders dan wij hoeft dit te weten." probeerde ik hen te overtuigen. "Zodra ik een oplossing gevonden heb, gaat ze terug weg. Ze blijft niet langer dan nodig is."
Joshua kwam naast me staan. "Ik denk dat het tijd is voor de stemming." Een korte zucht verliet mijn lippen, zodra de eerste handen de lucht in gingen om tegen te stemmen.
"Je weet evengoed als ik dat ik toch doorga met dit plan." mompelde ik tegen Joshua. Hij keek kort mijn kant op. "Ik weet het." was zijn korte antwoord. "Juist daarom wil ik je veel succes wensen, want als je hiermee doorgaat ga je voor veel problemen zorgen." Hij draaide zijn lichaam, voor hij me een schouderklop gaf. Het was meteen ook het einde van de stemming.
------------------
Ik bekeek mijn pistool voor de laatste keer. Alles moest in orde zijn voor ik de roedel binnenging. Dan was er echt geen weg meer terug.
Vanop een afstand bekeek ik de wachter. Wachtend op het juiste moment om toe te slaan. Op dit moment kon ik me nog steeds bedenken, alleen verwachtte ik dat niet. Mijn punt stond vast. Ik moest hiermee doorgaan. Al was het maar om mijn eigen schuldgevoel los te kunnen laten.
Zodra de wachter dieper het bos in stapte, greep ik mijn kans. Ik besloop hem langs achter en greep naar mijn pistool.
"Ik doe je niets zolang je mijn bevelen opvolgt." zei ik, terwijl ik het pistool op hem richtte. De weerwolf leek te twijfelen hoe hij zou reageren. Als hij me zou aanvallen was hij dood. In het andere geval had hij misschien nog een kans.
"Kom langzaam naar me toe." Hij zette een aantal stappen naar voor. "Nu wil ik dat je voor me naar de roedel stapt." Hij aarzelde even. Niet goed wetend of hij wel de juiste keuze had gemaakt. "Ik ga niet blijven wachten." bromde ik. Het zette zijn lichaam meteen in beweging.
Hij stapte voorzichtig voor me, terwijl ik het pistool op zijn rug richtte. Op die manier stapten we de roedel in.
Het duurde even voor iemand ons opmerkte. Het was dan ook al nacht. Sommigen vluchtten meteen weg. Anderen kwamen dan weer kijken. Wachters stonden tussen ons en de gewone weerwolven. Ze versperden de weg.
"Jullie roeddellid zal niets overkomen als jullie gewoon doen wat ik zeg." zei ik op een gewone toon. Iedereen zou me wel gehoord hebben. "Ik kom iemand ophalen. En als jullie haar gewoon aan me uitleveren is er helemaal geen probleem."
"Je hebt echt wel lef om hier zomaar binnen te vallen. In je eentje veronderstel ik?" Ik herkende de stem meteen als die van de Alfa. Melanie's vader kwam voor de wachters staan en kruiste zijn armen.
"Je zal pas versteld staan als je weet wie ik kom halen." zei ik met een grijns om hem uit te dagen. Ik wou dat hij besefte hoe dit zo ver was gekomen.
De Alfa trok een wenkbrauw af en gaf daarmee meteen prijs dat hij geen idee had over wie ik het had.
"Ik wil Melanie."
Wat vinden jullie ervan? :pVote/Comment/Follow
JE LEEST
Myth Hunter
WerewolfElke weerwolf wachtte op hetzelfde moment. Het moment waarop ze voor de eerste keer konden veranderen. Meteen ook het moment waarop er een tattoo op hun lichaam verscheen. Elke tattoo was anders. Toch was er altijd één die net dezelfde was. Die van...